Home

Bijdrage vrouwen aan ontwikkeling van rurale gebieden is essentieel

Op 15 oktober, aan de vooravond van Wereldvoedseldag, zullen de organisaties van de Verenigde Naties voor de tweede keer officieel de Internationale dag van de Rurale Vrouwen

vieren. De Algemene Vergadering van de VN creëerde in december 2007 deze speciale dag als uitloper van een uitdrukkelijk verzoek van de NGO-delegatie op de 4de Wereldvrouwenconferentie van Beijing in 1995. De VN vraagt speciale aandacht voor de essentiële rol van vrouwen in de voedselproductie en in de uitroeiing van armoede in landelijke gebieden.

Uit recente rapporten van de Voedsel- en Landbouworganisatie van de VN (FAO) blijkt dat vrouwen in ontwikkelingslanden en dan vooral in de rurale gebieden van Zuid-Azië en grote delen van Afrika nog altijd aankijken tegen een enorme achterstand in ontwikkelingskansen in vergelijking met mannen en vrouwen in meer verstedelijkte gebieden. Toch zijn vrouwen er vaak de spil van de voedselproductie en presteren ze veel onbetaalde en ondergewaardeerde arbeid voor hun gemeenschap. Volgens de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) werken er wereldwijd 428 miljoen vrouwen in de landbouwsector tegenover 608 miljoen mannen. In vele ontwikkelingslanden blijft de landbouw de belangrijkste sector voor werkgelegenheid van vrouwen: 68 procent in Afrika ten zuiden van de Sahara en 61 procent in Zuid-Azië. 25 procent van de kinderen in rurale gebieden maakt de lagere school niet af, tegenover maar 16 procent van de kinderen in stedelijke gebieden. Bovendien hebben jongens nog altijd een (kleine) voorsprong, wat de ontwikkelingskansen van vrouwen ook in de toekomst nog hypothekeert. Meisjes moeten al erg jong de verantwoordelijkheid dragen voor allerlei huishoudelijke taken en de zorg voor jongere kinderen. De toegang tot basisgezondheidszorg is meestal erg beperkt in landelijke gebieden. Voor zwangere vrouwen zijn er nauwelijks voorzieningen zodat ze moeten blijven werken tot vlak voor de bevalling en onmiddellijk daarna, wat voor een deel de hoge moedersterftecijfers kan verklaren.

Zeventig procent van de armen in ontwikkelingslanden leeft op het platteland. En slechts twee procent van de landbouwgrond is er eigendom van vrouwen. Omdat vrouwen zelden de eigendomsrechten bezitten van de grond die ze bewerken, kunnen ze ook makkelijk de toegang tot die grond verliezen en zo in een positie van totale afhankelijkheid terechtkomen. Voor vrouwen is het ook moeilijk om aan voldoende krediet te geraken, zeker als ze in een positie terechtkomen van alleenstaande moeder zonder noemenswaardige bezittingen. Een bijkomend probleem is de sterke migratiestroom van mannen die in de stedelijke gebieden op zoek gaan naar werk buiten de landbouw. Vrouwen blijven dan meestal alleen achter in de dorpen zonder voldoende middelen om weg te raken uit de structurele armoede. Vrouwen en kinderen worden ook zwaarder getroffen door de gevolgen van de wereldwijde klimaatverandering en zijn kwetsbaarder bij grootschalige natuurrampen.

De VN roept daarom alle lidstaten op om dringend werk te maken van de toepassing van de Convention on the Elimination of All Forms of Discrimination against Women, de enige mensenrechtenconventie die ook expliciet de achterstand van rurale vrouwen aan de kaak stelt. (Jan Van Criekinge)

Klik voor VN Women Watch: International Day of Rural Women 2009

Klik voor VN Division for the Advancement of Women

Klik voor IFAD-bijdrage tot Millenniumdoelstelling 3: gendergelijkheid

Klik voor Wereldbank-rapport: Gender in Agriculture

Wie de precaire situatie van rurale vrouwen wil zien of tonen kan terecht bij de DVD met de film Het Gezicht van de Honger - nog altijd beschikbaar en heel geschikt voor onderwijs, klik hier

VOORDEELAANBOD DVD's Het Gezicht van de Honger + KOE 80 heeft een probleem - klik hier

Regio's: 

Lees ook

Wereldvoedselprogramma krijgt Nobelprijs voor de Vrede. Signaal voor duurzaam voedselsysteem

De Nobelprijs voor de Vrede voor het VN-Wereldvoedselprogramma vestigt terecht de aandacht op de toenemende honger. Maar kunnen laureaat en verwante organisaties het structurele hongergeweld wel de baas? Zal uit die hoek de transitie komen van ons falende voedselsysteem?