Home

Haïti in de wurggreep van internationale schuldenlast

Haïti werd in januari getroffen door een aardbeving van 7 op de schaal van Richter. De media bombarderen ons met apocalyptische beelden uit het rampgebied en doen uitgebreid verslag over de genereuze financiële toezeggingen die staten en organisaties hebben gedaan. Haïti moet worden herbouwd. Ons wordt verteld dat het een van de armste landen ter wereld is, zonder veel meer uitleg. Deze aardbeving was echter niet de oorzaak van armoede en ellende. Haïti moet al jarenlang de middelen ontberen om zich te herstellen van eeuwen van slavernij en onderdrukking. Haïti is geen vrij, noch een soeverein land. Politieke keuzes worden er gemaakt door een regering die voortdurend onder druk staat van het buitenland en bovendien het slachtoffer is van allerlei manoeuvres van lokale elites.

Daarom is het noodzakelijk om terug te blikken op de harde strijd voor emancipatie van de Haïtiaanse bevolking. Het land werd na de onafhankelijkheid (1804) gedwongen zijn vroegere kolonisator Frankrijk een ‘schadevergoeding' te betalen van 150 miljoen frank. Dat is ongeveer 21 miljard dollar van vandaag. Schuldenlast werd aldus het neokoloniale instrument bij uitstek om toegang te behouden tot de vele natuurlijke rijkdommen van het land. Eerst Frankrijk, vanaf 1915 werd die rol vooral overgenomen door de Verenigde Staten.

De gewelddadige Duvalier-dictatuur, ondersteund door westerse landen, teisterde het land bijna 30 jaar. Tussen 1957 en 1986 was de buitenlandse schuld vermenigvuldigd met 17,5. Op het moment dat een volksopstand Duvalier deed vluchten, bedroeg de schuldenlast al 750 miljoen dollar. Vervolgens steeg die, door interesten en boetes, tot meer dan 1.884 miljoen dollar. Uit recent onderzoek blijkt dat de persoonlijke rijkdom van de familie-Duvalier 900 miljoen dollar bedroeg, of méér dan de totale schuld van het land in 1986. Op dit moment blijven deze activa bevroren door de Zwitserse bank UBS. De bank vindt de voorwaarden voor de teruggave ‘onaanvaardbaar'. President Jean-Bertrand Aristide, enthousiast gekozen door de volksmassa, werd al snel beschuldigd van corruptie en uiteindelijk van de macht verdreven door het Amerikaanse leger.

Volgens recente ramingen zijn de Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank (417,5 miljoen dollar) en het IMF (165 miljoen dollar) de grootste multilaterale schuldeisers van Haïti. De Wereldbank staat op de derde plaats met leningen ter waarde van 38,8 miljoen dollar. De vroegere ‘structurele aanpassingsprogramma's' zijn dan wel vervangen door het Poverty Reduction Strategy Program (PRSP), maar Haïti heeft onbeduidende schuldverlichtingen gekregen en moest in ruil vrede nemen met leningen die worden gebruikt voor de verdere aflossing van de oude schuld.

In 2006 werd Haïti toegelaten tot het HIPC-initiatief voor arme landen met een zware schuldenlast. De buitenlandse schuld bedroeg 1.337 miljoen dollar. In juni 2009, als het proces was afgerond, was de schuld al gestegen tot 1.884 miljoen dollar. Een kwijtschelding van 1.200 miljoen dollar werd toegestaan. Maar de structurele aanpassingsplannen hadden al een ravage aangericht, vooral in de landbouw. De voedselcrisis bereikte zijn hoogtepunt in 2008. De Haïtiaanse boer heeft zwaar te lijden van de dumping van goedkope Amerikaanse landbouwproducten. Dat is een direct gevolg van het opgelegde macro-economische beleid waarbij Haïti zijn eigen zwakke markten niet meer mag afschermen. De kwetsbaarheid van het land is zo alleen maar toegenomen. Samen met vele Haïtiaanse organisaties roepen internationale bewegingen voor de opheffing van de schuldenlast alle leden van de VN-missie MINUSTAH, de VN en in het bijzonder Frankrijk, de Verenigde Staten en de regeringen van Latijns-Amerika, op om de schuldenlast nu volledig en onvoorwaardelijk kwijt te schelden. De Haïtianen kunnen hun land maar heropbouwen in waardigheid als de nationale soevereiniteit is hersteld. Een totale en onvoorwaardelijke kwijtschelding van de schuldenlast is daartoe een eerste, maar noodzakelijke stap. (Vertaling en samenvatting: JVC)

Klik voor oorspronkelijk artikel Haïti: au-delà des effets d'annonce door Sophie Perchellet (vice-voorzitter van CADTM-Frankrijk) en Eric Toussaint (voorzitter van CADTM-België, Comité voor de Afschaffing van de Derde Wereld Schuld)

Klik voor Lettre des organisations et plateformes haitiennes Haïti: quelles perspectives après la catastrophe?

Klik voor IMF-landenrapport over Haïti van september 2009

Klik voor Haiti's Debt in Context  AfricaFocus Bulletin 2 Feb 2010

Klik voor meer over de Haïtiaanse schuldenlast: On The Path to Debt Cancellation for Haiti

Klik voor oproep van Amerikaanse organisaties om de VS-schuldenlast kwijt te schelden

Regio's: 
Landen: 

Lees ook

UITVERKOCHT Van eiland tot wereld. Appèl voor een menselijke samenleving

cover Van eiland tot wereld. Appèl voor een menselijke samenleving

van Dirk Barrez

UITZONDERLIJK AANBOD 12 EURO i.p.v. 19 - verzending inbegrepen

Van overal reizen afgevaardigden naar het eiland Pala om het verhaal en het programma van de goede samenleving te schrijven, met een economie die eindelijk van ons is, die de aarde geen geweld aandoet en waarvan de welvaart eerlijk verdeeld raakt, met mondiale sociale zekerheid en een aardegebruiksrecht voor iedereen.

Aan al wie beweert dat het nastreven van utopieën gevaarlijk is, antwoorden we: ‘Hadden we dan geen welvaartstaten moeten afdwingen? Of geen gelijke rechten voor man en vrouw? Wij hebben de vrijheid om ons leven te verbeteren.’

Dit boek doorbreekt de crisis van de verbeelding en ziet wel alternatieven. De auteur durft opnieuw de grote verhalen brengen.

12,00 €

EU-Afrikaanse top van Lissabon kwam veel te laat

Ruim zeven jaar na de allereerste topontmoeting van staatshoofden en regeringsleiders van de Europese Unie en Afrika (Cairo 2000) had het Portugese EU-voorzitterschap er alles aan gedaan om van de EU-Afrikatop van 8 en 9 december in Lissabon een succes te maken. Eerste minister José Sócrates sprak zelfs van een historische gebeurtenis in de wederzijdse relaties tussen de twee continenten waarin zijn land een ideale brugfunctie vervult. Maar of de hooggestemde verklaringen over een ‘nieuw strategisch partnerschap' waarin de relatie donor-ontvanger geleidelijk moet vervagen veel zullen uithalen, is de vraag. Algemeen wordt aangevoeld dat deze top veel te laat kwam.