milieuproblemen
Ze bestaan in verschillende soorten.
Er is vooreerst vervuiling of verontreiniging waarbij men het milieu opzadelt met een verhoogde concentratie van stoffen die schadelijk kan zijn voor mens en natuur. Denk maar aan de bijna klassieke water-, lucht- of bodemverontreiniging.
Het is belangrijk om het verschil te zien tussen dat eerste generatiemilieuprobleem en de tweede generatieproblemen van uitputting en aantasting.
Bij uitputting gaat het om het al te mateloze verbruik van de natuurlijke hulpbronnen die onze Aarde weet te bieden, zowel van de niet-hernieuwbare fossiele brandstoffen en delfstoffen als van de hernieuwbare bronnen. Voor die laatste komt het erop aan de natuurlijke productiecapaciteit van de Aarde en haar ecosystemen niet te overschrijden of uit te putten. Voorbeelden daar van zijn overbevissing of overmatig oppompen van water.
Voor de fossiele stoffen geldt de afweging van de beschikbare voorraden, van de recuperatiemogelijkheid en van de eventuele alternatieven. Maar heel vervelend voor de fossiele brandstoffen is dat de verbranding ervan de opwarming van de atmosfeer en klimaatverandering veroorzaakt, ruim voor hun uitputting dreigt.
Daarmee zijn we bij aantasting belandt. Die slaat op het wijzigen van ecosytemen zodat hun kwaliteit en hun biodiversiteit schade ondervindt. En dat is ook schadelijk voor de mens die b.v. aan de opwarming een minder leefbare Aarde zal overhouden.