Accueil

Het China van Xi Jinping is niet dat van de Chinezen

Onweer over China 3

Klik om te vergroten

China mist de industriële revolutie. Na veel onheil moderniseert het via een uitgesproken marktaanpak. In het slot van zijn inleiding betoogt de auteur dat Xi Jinping kiest voor staatskapitalisme én totalitaire macht… Het leidt tot een gedesoriënteerd China.

2013 is voor het huidige China cruciaal geweest. In dat jaar heeft China definitief het innovatietijdperk opgestart, ‘een scharnierjaar waarin men ook van kwantiteit naar kwaliteit-eerst is overgestapt’. Het jaar ook waarin het merendeel van de Chinese studenten, eens afgestudeerd aan Amerikaanse topuniversiteiten, terugkeerde naar China. Ze kozen er dus voor om in het eigen land carrière te maken, niet in de Verenigde Staten.(13)

2013 is nog om een andere reden een kanteljaar geworden. Op 15 november 2012 heeft Xi Jinping de macht overgenomen van Hu Jintao. Deze generatiewissel aan de top is vreedzaam verlopen, in scherp contrast met de gewelddadige machtstransities die vroeger troef waren.

De onmogelijke combinatie van Mao en Deng

Xi Jinping heeft gebroken met nog een andere ‘verworvenheid’. Hij ziet blijkbaar af van collectief leiderschap en vertikt het om zijn regeringsperiode te beperken tot twee ambtstermijnen. 2013 is dus het eerste volledige jaar dat Xi Jinping heeft geregeerd. Sindsdien is duidelijk geworden dat we terecht kunnen spreken over de contrareformatie van Xi Jinping. Hij wou het beleid van Deng niet voortzetten, maar koos voor een soort neo-maoïsme, dus voor een achterhaald ideologisch kader. Het ‘fabrieksmerk’ van Xi is de onmogelijke combinatie van Mao en Deng. Hij presideert een totalitair regime. Tolerantie is weg! Hij gebruikt spitstechnologieën om zijn machtsmonopolie te versterken: enerzijds is de sociale controle ten top gedreven; anderzijds heeft hij een technologische firewall opgetrokken, een digitale Grote Muur, om het Chinese volk te isoleren. Zijn wantrouwen ten aanzien van de bevolking is onwaarschijnlijk groot. Het China van Xi is niet dat van de Chinezen…

Populistisch nationalisme

Het communisme wordt in woorden beleden, maar niet langer in daden. Xi Jinping heeft het vervangen door een populistisch nationalisme. Taiwan en Japan zijn de voor de hand liggende zondebokken. (14) Enerzijds heeft Xi het einde van een tijdperk ingeluid (15). Hij vervangt het autoritarisme van Deng door een totalitair regime à la Mao. Maar de dubbelzinnigheid die Deng heeft geïntroduceerd, namelijk de combinatie van een moderne economie met de politieke status quo van de éénpartijdictatuur, blijft intact. Anderzijds heeft hij de groei van China een nieuwe drijfkracht willen geven. De Volksrepubliek China is fragiel (16). De heroriëntering van Xi contrasteert met de desoriëntering van de Chinezen. Is er onweer op komst?

Nieuwe inzichten

Onwaarschijnlijke samenhang van 1800 tot nu

De eerste doelstelling van dit boek is om aan te tonen dat de periode van circa 1800 tot heden in de geschiedenis van China een onwaarschijnlijke samenhang vertoont. Het feit dat China circa 1800 de industriële revolutie gemist heeft, heeft als een tsunami gewerkt. Twee eeuwen lang heeft China bij herhaling tevergeefs getracht om de decalage weg te werken en de transitie naar de moderniteit te realiseren. Niemand heeft verwacht dat ze daar zou in slagen door de communistische weg op te geven en voor een kapitalistische ontwikkeling te kiezen.

De meeste aandacht in dit boek gaat naar de periode sinds circa 1980, de tijd van de postcommunistische transitie. China heeft daarbij twee fasen doorgemaakt. Deng Xiaoping heeft de drijfkracht geleverd voor een diepe, allesomvattende transformatie. Dat proces heeft ongeveer dertig jaar geduurd.

Sinds 2013 heeft Xi Jinping een beleid opgestart dat een versnelde ontwikkeling wil tot stand brengen. De defensieve, pragmatische aanpak van Deng is voltooid verleden tijd. Het China van Xi profileert zich als de dominante grootmacht van Oost-Azië en als een game changer op wereldvlak. Sinologe Elizabeth C. Economy zegt dat China een derde revolutie beleeft. Dat is wennen en gissen geblazen.

Integratie van nieuwe inzichten in
samenhangende Chinese geschiedenis

Tegelijk heeft deze transformatie sinologen en historici blijkbaar gestimuleerd tot diepgravend bronnenonderzoek. Dat heeft recent geleid tot een vloed China-publicaties. Zelf steunen we vooral op de lectuur van boeken, uitgegeven in de jaren 2015-2021. In dit geval gaat kwantiteit echter gepaard met kwaliteit. Nieuwe inzichten resulteren in een fijnstelling van de China-visie. Opvallend is dat in deze recente publicaties veel aandacht gaat naar continue ontwikkelingslijnen. Hoe ook, het is de tweede doelstelling van dit boek om waar mogelijk verslag uit te brengen van de nieuwe inzichten en die te integreren in het verhaal waarmee we getracht hebben de samenhang van de tumultueuze geschiedenis van China sinds circa 1800 te evoceren.

De nieuwe inzichten zijn gespreid over de hele periode van circa 1800 tot op de dag van vandaag. We verwijzen bijvoorbeeld naar de verklaring voor het feit dat China circa 1800 de industriële revolutie heeft gemist en waarom dat in Groot-Brittannië, een groeiland in de periferie van de wereldeconomie, wél is gelukt.

Een ander nieuw inzicht betreft aspecten van continuïteit tussen de Republiek China en de Volksrepubliek en tussen het beleid van de Guomindang en dat van de CCP. Zo wordt bijvoorbeeld gewezen op de impact van de Japanse bezetting op de weerbaarheid van de CCP en op de uiteenlopende penetratiegraad van de CCP in de verschillende regio’s van China.

De CCP is een baken van stabiliteit geweest in de tumultueuze geschiedenis van de Volksrepubliek. De overleving van het regime is te danken aan de CCP. Vooral in de jaren toen de ‘frénésie idéologique’ (Raymond Aron), de ideologische waanzin van Mao, China beheerste en verstoorde, was dat opvallend. De weerbaarheid van de CCP in die tijden van anarchie en chaos, van crises en geweldpleging, waar vooral de gewone mensen massaal het slachtoffer van waren, was opmerkelijk. De CCP bezat blijkbaar het vermogen om niet in de pas te lopen met de ‘Grote Roerganger’.

China’s groei start al in de jaren 70, tien jaar vroeger

Een laatste voorbeeld…Recent historisch onderzoek heeft tot het inzicht geleid dat er een continue ontwikkelingslijn tussen de Mao- en de Dengtijd heeft bestaan. In het Westen was het tot nog toe vanzelfsprekend dat de spectaculaire opgang van China gestart is met de Vier Moderniseringen en de Opendeurpolitiek van Deng Xiaoping. Maar…voor zijn moderniseringsbeleid is Deng niet van nul moeten beginnen. Op basis van uitvoerig bronnenonderzoek heeft sinoloog Joshua Eisenman aangetoond dat Deng heeft kunnen steunen op het rendement van de communes in de jaren 1970. De communes, de productiebrigades en de productieteams waren toen generators van welvaart op het platteland. Eisenman steunt op nieuwe bronnen en presenteert statistieken die tonen hoe de productiviteit op het platteland in de jaren 1970 snel en in het hele land groeide. Eisenman bewijst daarmee dat de conventionele visie dat China’s plattelandseconomie vóór 1978 ernstig in de problemen zat, kant noch wal raakt. En dat het dus wishful thinking is dat ze neoliberale impulsen nodig had om die situatie te fiksen. Het conventionele verhaal situeert de start van China’s groei tien jaar te laat. 1980 betekende dus helemaal geen breuk aangezien de stijging van de productiviteit en van de levensstandaard reeds begon in de vroege jaren 1970.

De nieuwe inzichten die recent historisch onderzoek hebben opgeleverd, relativeren orthodoxe visies en geven de doorstroming van de traditie en de continuïteit tussen verschillende periodes profiel. Bovenstaande items illustreren hoe kanteljaren, momenten van breuk, door de feitelijke evolutie overbrugd werden. De trage geleidelijkheid van de historische evolutie zorgde voor rijping en stille transformaties (François Jullien). De gevoeligheid voor het spectaculaire en het sensationele heeft al te dikwijls het besef van de continuïteit verdrongen. Terwijl de interactie onmiskenbaar was.

Het gedesoriënteerde China

De postcommunistische transitie naar een modern staatskapitalisme is door Xi Jinping op geen enkel moment in vraag gesteld. Wel integendeel. Om de vitaliteit van de CCP te garanderen, heeft hij niet geaarzeld om een totalitair neo-maoïstisch regime te installeren. Je zou zelfs de stelling kunnen verdedigen dat de initiatieven in het buitenlands beleid en de stimulering van de interne consumptie instrumenten zijn om de éénpartijdictatuur te bevestigen en te versterken. In een van zijn essays stelt Liu Xiaobo – een mensenrechtenactivist, die in 2010 de Nobelprijs voor de Vrede ontving – dat ‘in China het Tijdvak van het Cynisme is begonnen… Trouw aan de traditie en aan gekoesterde waarden is verdrongen door loyaliteit aan alles wat materieel gewin oplevert’. (17) De Chinezen zijn gedesoriënteerd…(18)

Op 29 oktober 2020 vergaderde het Centrale Comité van de CCP. Het lauwerde Xi Jinping als de grote Stuurman van de partij en van het land. Het formuleerde ook de ambities van China om uit te groeien tot een economische, militaire en culturele grootmacht.

De wijze waarop Beijing de problemen in Hongkong heeft aangepakt, heeft de geloofwaardigheid van China echter aangetast. Recente ontwikkelingen hebben de argwaan nog opgevoerd. Noemen we Beijings snoeiharde repressie van de Oeigoeren, de Han-kolonisatie van Xinjiang en de agressieve initiatieven in de Zuid-Chinese Zee. Ook interne uitdagingen hypothekeren de onaantastbaarheid van de CCP en van zijn Stuurman. Niemand in de elite haalt het echter in zijn hoofd om de positie en de strategie van Xi Jinping nog maar in vraag te stellen.

Voor Xi Jinping is het blijkbaar ‘a window of opportunity’, een uitgelezen kans: uitgerekend dergelijke onweerswolken illustreren de nood aan de rustige vastheid en de onmisbaarheid van een sterke leider. Het Centrale Comité heeft deze analyse bevestigd: Xi’s visie op China’s toekomst is blijkbaar alleenzaligmakend.

Het is maar de vraag of het een valabele optie is om steeds meer Chinezen – ook komende generaties – om te turnen tot volgzame Delta’s en Epsilons (Aldous Huxley). Samuel Huntington heeft ooit gezegd dat niet de ‘schok van de beschavingen’ de grootste dreiging vormt voor de wereld, maar wel de imitatie van de westerse ontwikkeling door groeilanden als India en China…

Hugo Van de Voorde, Berchem, 6 mei 2021

Dit is het derde deel van de inleiding uit het boek Hugo Van de Voorde, Onweer over China. Waarom het China van Xi niet dat van de Chinezen is, 2021, Pelckmans, 368 p., ISBN 978 94 6401 294 1
Lees ook de andere delen van de inleiding
Onweer na onweer teistert China na de gemiste industriële revolutie | Onweer over China 1
De moeilijke overgang naar de moderniteit | Onweer over China 2

Voetnoten
(13) Pascal Coppens, China’s New Normal. Hoe China de standaard zet voor innovatie. Kalmthout, 2019. p.23-24
(14) Elizabeth C. Economy, The Third Revolution. Xi Jinping and the New Chinese State. New York, 2018. p.8-11
(15) Carl Minzner, End of an Era. How China’s Authoritarian Revival is Undermining its Rise. New York, 2018. 0verview: The End of China’s Reform Era, p.17-36
(16) Susan L. Shirk, China. Fragile Superpower. New York, 2007. p.1-12
(17) Het citaat van Liu Xiaobo: in Simon Leys, Anatomy of a ‘post-totalitarian’ Dictatorship. The Essays of Liu Xiaobo on China Today,  essay opgenomen in: Simon Leys,  The Hall of Uselessness. Collected Essays. New York, 2011.
(18) Lu Zhang, La Chine désorientée. Paris, 2018

Tot het einde gelezen? En het artikel gewaardeerd?
Dan kan Pala misschien op uw steun rekenen: uw gift is welkom
op rekeningnummer BE66 5230 4091 1443 van Pala vzw – Leuven.
Of we verwelkomen u graag als vaste steungever - klik hier

Een goed artikel? Interessant nieuws? Neem een gratis abonnement op de Pala nieuwsbrief (maximaal 2 maal per maand), dan hoeft u geen enkel artikel te missen. Gebruik daarvoor het inschrijvingsformulierklik hier

Landen: 

Lees ook