Home

Afghanistan: kroniek van een aangekondigde mislukking

De oorlog in Afghanistan stevent af op een complete mislukking. Dat was de boodschap van generaal Stanley McChrystal, de opperbevelhebber van de Amerikaanse en NAVO-troepen in Afghanistan, die op dinsdag 22 september zowat alle voorpagina's van 's werelds kranten sierde. Het uitgebreide ‘geheime' rapport van de generaal aan president Barack Obama was uitgelekt en de teneur was voor iedereen duidelijk: de oorlog in Afghanistan is niet te winnen met militaire middelen, maar hoe het dan wel verder moet, is veel minder evident. 2009 is ondertussen veruit het bloedigste jaar in de oorlog sinds de coalitietroepen er op initiatief van toenmalig VS-president George W. Bush in 2001 binnenvielen als reactie op de terreuraanval van 11 september in de VS.

Voor de vredesbeweging komt die ‘officiële' erkenning van de mislukking van de door het Westen totnogtoe gevolgde Afghanistan-strategie allerminst als een verrassing. Kees Rietveld, een Nederlandse consultant met jarenlange Afghanistan-ervaring als oorlogsarts voor Artsen Zonder Grenzen, heeft al lang fundamentele kritiek op de manier waarop de NAVO omgaat met het complexe Aziatische bergland. Hij heeft er ook gewerkt in opdracht van de VN, de Europese Commissie en talloze andere organisaties. In de jaren tachtig overleefde hij Russische bombardementen en ging hij op stap met Mudjahedeenstrijders. Jaren later zat hij met de Taliban aan de onderhandelingstafel. Donderdag was hij te gast bij Vredesactie in Berchem.

Volgens Rietveld zat de mislukking al ingebakken van bij het begin. De regering-Bush wilde wraak nemen voor de laffe aanval op Amerikaans territorium en zocht naar de zwakste schakel, zonder dat er ooit duidelijkheid kwam wat Afghanistan precies te maken had met de terreuraanslagen. Bin Laden, een rijke Saudiër die ooit nog van de VS steun kreeg in de strijd tegen de Sovjetbezetting van Afghanistan, was er als gast van de Taliban, maar de terreuraanslagen werden in Hamburg voorbereid door mensen die niets met Afghanistan te maken hadden. De Taliban is in de eerste plaats een ultranationalistische beweging van de Pashtun, die strijden voor erkenning van de meerderheid van de Afghaanse bevolking en zelfs gebied claimen dat nu tot Pakistan behoort. Na de chaotische periode van de elkaar bestrijdende warlords die volgde op de terugtrekking van de Sovjettroepen eind jaren tachtig, brachten de Taliban law and order volgens de geplogenheden van een archaïsche clanmaatschappij, maar die wel kon rekenen op ruime steun onder de bevolking. Dat vrouwenrechten of een pluralistische maatschappij niet meteen tot hun prioriteiten behoorden, klopt. Maar ook in buitenlandse terreuraanslagen waren ze niet geïnteresseerd, zegt Rietveld, die vindt dat over de Taliban veel onzin wordt verkocht. Hij verwijt de politici dat ze nooit echt naar experts hebben geluisterd en een oorlog zijn begonnen waarvan onduidelijk was wat de doelstellingen waren. Geen enkele buitenlandse troepenmacht heeft ooit de controle over het ideale guerrillagebied van de Afghaanse bergen kunnen verwerven, de Britten niet in de 19de eeuw, de Russen niet in de 20ste eeuw en nu ook de NAVO niet. Hoewel de NAVO nu over meer troepen op het terrein beschikt dan de Sovjets in de jaren tachtig, is de militaire slagkracht beperkter omdat de westerse regeringen het zich niet kunnen permitteren bloedbaden onder de burgerbevolking aan te richten. Daarom is een militaire strategie op voorhand tot mislukken gedoemd tegen de taaie Afghaanse verzetsgroepen (veel meer dan alleen Taliban!) die strijden voor de onafhankelijkheid van hun valleien en land en de winstgevende opiumproductie. President Karzai wordt algemeen gezien als een marionet van het Westen, die zonder die steun het niet lang zou uithouden. De recente verkiezingen werden bovendien door grootschalige fraude ontsierd, wat zijn geloofwaardigheid nog meer heeft aangetast.

Rietveld klaagt vooral het cultureel imperialisme aan dat het Westen met een gevaarlijke mengeling van militaire slagkracht en humanitaire actie probeert op te dringen aan de Afghaanse bevolking. Dat zal nooit werken en veeleer contraproductief zijn wat betreft rechten van vrouwen en democratisch beleid. Door de verwevenheid van de NAVO-operatie met de embedded humanitaire heropbouwinitiatieven is het onderscheid voor de bevolking totaal onduidelijk. Ook de media hebben zich laten muilkorven zodat er nog zelden onafhankelijke berichtgeving komt uit het oorlogsgebied. Voor Rietveld is één zaak duidelijk: de NAVO zou zich best zo snel mogelijk terugtrekken uit Afghanistan en het proces van heropbouw van een ontwrichte samenleving via scholing - vooral van meisjes - zal nog decennia tijd vergen.

Jan Van Criekinge - eigen berichtgeving

Klik voor Vredesactie: Afghanistan

Klik voor Afghanistan: the West has defeated itself

Klik voor Afghan questions: eight years too late

Landen: 

Lees ook

Donorlanden komen beloften niet na in Afghanistan

Van de hooggestemde verwachtingen op een snelle wederopbouw en ontwikkeling van Afghanistan na de val van het Taliban-regime is vandaag bitter weinig overeind gebleven. De armoede waarin de overgrote meerderheid van de Afghanen moet overleven, is niet afgenomen en de veiligheidssituatie in grote delen van het land blijft uiterst precair. ACBAR (Agency Coordinating Body For Afghan Relief), een overkoepelende hulporganisatie waarin 94 NGO's participeren, wijst met een beschuldigende vinger naar de internationale donorlanden die helemaal niet doen wat ze beloofden. Ruim 10 miljard dollar van de beloofde hulp is nog altijd niet toegekend.

Pro-interventielobby trekt maar geen lessen uit Irak: Iran, Soedan,...

De recente uitspraken over Iran van de Franse minister van Buitenlandse Zaken, Bernard Kouchner, klonken als een regelrechte oorlogsdreiging aan het adres van Teheran. De reacties in het Midden-Oosten waren unaniem zeer negatief, uitgezonderd van Israël, het enige land in de regio dat over kernwapens beschikt. Zelfs een oorlog van enkele Europese landen zonder instemming van de VN-Veiligheidsraad zou te overwegen zijn, vindt Kouchner, om koste wat het kost te voorkomen dat Iran ooit over een atoomwapen zou beschikken. Wie nog geloofde dat dergelijke gevaarlijke onzin alleen maar uit het brein van een Amerikaanse neocon kan ontspruiten, moet dringend zijn mening herzien.