Home

Chinezen zien Angola als ideale uitvalsbasis voor handelsexpansie in Afrika

Weinige Afrikaanse landen zijn zo grondig door militaire conflicten ten gronde gericht als Angola. Maar Angola beschikt ook over gigantische reserves aan olie en andere strategische grondstoffen.

Recent kondigde Luanda trots aan dat het land wel eens Nigeria zou kunnen inhalen als grootste olie-exporteur van zwart Afrika. De staatsinkomsten verdubbelden bijna van 13 naar 25 miljard dollar. Sinds de burgeroorlog vier jaar geleden ten einde liep, staan de Chinese handelsmissies en zakenmensen dan ook te dringen om meer dan een graantje mee te pikken bij de heropbouw van het land.

De expanderende Chinese economie is dringend op zoek naar grondstoffen en nieuwe afzetmarkten. Voor de Angolese overheid, die niet bepaald uitblinkt in transparantie inzake staatsinkomsten, komen de Chinese investeringen als een geschenk uit de hemel. In tegenstelling tot de westerse donoren en de Wereldbank stelt China geen lastige vragen over corruptie en ‘good governance’.

De Chinese eerste minister, Wen Jiabao, verklaarde tijdens een bezoek aan Angola dat de “Chinezen bijzonder goed aanvoelen wat de Afrikanen écht nodig hebben”. Peking beweert zich absoluut niet in te laten met de interne zaken van de partnerlanden zolang de contracten worden nageleefd.

China sloot eerder al belangrijke contracten met de regeringen van Zimbabwe en Soedan, twee landen die ook niet moeten rekenen op veel westerse steun. Volgens de Wereldbank zouden de recente Chinese investeringen in Angola ruim 9 miljard dollar waard zijn. Vooral het herstel van het uitgestrekte spoorwegennet is een prioriteit.

BBC News: http://news.bbc.co.uk/2/hi/africa/5080626.stm

Landen: 

Lees ook

China in de wereldeconomie: grootmacht of armoezaaier? (01/06/2006)

De discussie blijft woeden, is China nu een economische grootmacht of vooral toch nog een uiterst arm land? Het beste antwoord is dat China het één en het ander is.Maar laten we vooral enkele cijfers spreken over de Chinese economische ontwikkeling. Tussen 1990 en 2004 verdubbelt het aandeel in de economische wereldproductie van 2 tot 4% BNP. In reële koopkracht zou het aandeel zelfs 13% zijn. In 1983 is Japan goed voor 8% van de werelduitvoer en China voor 1,2%. Amper twee decennia later, in 2004, is Japan met 6,2% van de wereldexport voorbijgestoken door China dat al 6,5% voor zijn rekening neemt. Ja, China is flink op weg om de fabriek van de wereld te zijn in de 21ste eeuw.

China en India krijgen meer te zeggen in wereldeconomie

Het Internationaal Monetair Fonds en de Wereldbank hebben hun jaarlijkse Lentevergadering in Washington achter de rug. Beide instellingen zijn opgericht in 1944 in het Amerikaanse stadje Bretton Woods om de wereldeconomie in goede banen te leiden. Maar sindsdien is de wereld fel veranderd, o.a. door de opkomst van nieuwe sterke economieën in vooral Azië.
Meer en meer raakt aanvaard dat landen als China en India een grotere rol moeten spelen binnen IMF. De macht in het Fonds is verdeeld volgens het aandeel dat landen hebben in het kapitaal. Er is nu beslist dat er voorstellen mogen komen om dat stemmenaandeel te veranderen.