Home

Wij geven mensen vrije tijd

Alles illustreert hoe onbelangrijk wij zijn.
15 jaar geleden kreeg ik €8,5 per uur, nu 11,8, ons pensioen bedraagt hoogstens €1100 en meestal het minimum, verplaatsingsvergoeding van amper 15 cent per km, onderzoek naar veiligheid van kuisproducten is onbestaande.

Cynthia Van der Vennet
HUISHOUDHULP

Ik poets, strijk, doe de was, kook… alle huishoudelijke taken liggen op mijn weg. Dat werk verricht ik al sinds het systeem van de dienstencheques is gestart in 2003. Daarvoor werkte ik in een kantorencentrum, ook in de kribbe ervan, en bij mijn baas thuis, heel afwisselend. Nu ben ik altijd bij mensen in huis aan de slag, wat meebrengt dat je niet veel collega’s kent. Dit is één van de interviews uit het dit jaar verschenen boek Voor de kost. 40 mensen over hun job en echt werk.

Wij geven mensen vrije tijd door hen de klussen uit handen te nemen. Wij zorgen ervoor dat zij andere jobs kunnen doen, met hun kinderen kunnen bezig zijn, zich toeleggen op hobby’s of op nog tal van andere activiteiten.

Mijn huidige werkgever is dus een van die bedrijven die hulp in huis biedt tegen betaling met dienstencheques. Er zijn ongeveer 2300 mensen in dienst en het bedrijf maakt deel uit van een grotere groep met onder andere ook een ziekenfonds.

Dienstencheques zijn in de eerste plaats uitgedacht om het zwartwerk uit de huishoudhulp weg te krijgen, al was het niet allemaal zwart, een aantal mensen hadden reeds een normale job. Men startte dan wel met die cheques in 2003, maar pas in 2004 kwam er een specifiek systeem voor die dienstencheques met een eigen paritair comité. Daarvoor hoorden de eerste dienstencheques onder de gezinszorg. Dat is belangrijk want gezinszorg bood een beter statuut met onder meer loonbarema’s die een regelmatige opslag garanderen.

Door het nieuwe systeem zijn diegenen die al werk hadden eigenlijk veel kwijtgespeeld. Gelukkig mochten we toch onze vrije dagen van arbeidsduurverkorting behouden. Natuurlijk, al diegenen die tevoren in het zwart klusten en dus van niets kwamen, zijn er wel op vooruitgegaan. Ze bouwen nu pensioenrechten op en genieten van ziekte- en invaliditeitsverzekering. Toen ikzelf vijftien jaar geleden begon, verdiende ik 8,5 per uur, nu zit ik aan 11,8 euro. Die verhoging is er enkel maar gekomen door de indexering en door de koopkrachtverhoging die werkgevers en werknemers afsluiten in hun interprofessioneel akkoord. De tijd dat bedrijven bijgeven is lang voorbij, bij ons al helemaal niet.

Voor wie echt geen werk heeft, biedt deze sector kansen. Maar ik zou mijn kinderen toch aanraden om, als dat lukt, een meer courante job uit te oefenen. Zelf ben ik erin gestapt omdat mijn man ploegwerk deed. Het beroep van kapster, want dat is mijn opleiding, viel niet te combineren met een gezin. En dan was dit het beste alternatief.

De kwalen kondigen zich al aan,
de rug in de eerste plaats,
de gewrichten van het wringen met de dweilen
en de knieën van het bukken.

In dit beroep vier ik zeker niet mijn zevenenzestigste verjaardag. Fysiek is het nu reeds niet makkelijk. De kwalen kondigen zich al aan, de rug in de eerste plaats, de gewrichten van het wringen met de dweilen en de knieën van het bukken.

Ze geven wel opleidingen ergonomie. Maar ik hamer er in ons vakbondswerk altijd op dat het toch flink beter kan. Soms hebben ze daar maar weinig oren naar. Dat moet gebeuren door gespecialiseerde diensten, anders krijgen ze daar geen subsidies voor. Maar ik vraag mij af waarom wij die vormingen niet kunnen geven, want wij hebben veel kennis en expertise.

Vanaf vorig jaar sturen ze eindelijk wel poetscoaches mee die ze rekruteren onder de werknemers. Maar die bereiken op jaarbasis maar een beperkt aantal collega’s. Dat is niet genoeg, zeker niet als je weet hoeveel personeelswissels er zijn: ze vertrekken naar een ander bedrijf, vinden een betere job, geraken medisch ongeschikt of zijn met bevallingsverlof, heel normaal is dat want er zijn amper vijftig mannen in dienst.

Zeggen dat er veel kan verbeteren, is echt geen geklaag. De medewerkers kunnen extra opleiding en vorming goed gebruiken. Daarvoor moeten ook meer coaches uit eigen huis aan de slag. Het belang van ergonomie kan allerminst overschat worden. Zeker voor wie voltijds werkt, is het fysiek heel zwaar. We zouden zoals de gezondheidssector rimpeldagen moeten hebben om het werk langer te kunnen volhouden op een fatsoenlijk manier, jammer dat zoiets er voorlopig niet in zit.

Wij zijn de werkende armen. Veel alleenstaanden met kinderen die het niet redden, mensen in brugpensioen of pensioengerechtigd die nog komen bijklussen omdat ze niet toekomen.

Dan is er nog de verloning, die mag toch wel hoger zijn. Onze tweede pijler bedraagt nul, die hebben we gewoonweg niet. Op swt of brugpensioen gaan is bijna onmogelijk. Zelfs als de baas wil bijgeven, is dat amper 79 euro voor wie voltijds werkte. Zo kom je aan een pensioen van zowat 1100 euro. Maar omdat de meesten deeltijds werken, hebben ze slechts recht op een minimumpensioen en is vroeger stoppen met werken praktisch onhaalbaar.

Wij zijn de werkende armen. Ik hoor veel van alleenstaanden met kinderen die het niet redden, en van mensen in brugpensioen of pensioengerechtigd die nog komen bijklussen met dienstencheques, voor twaalf uren of zo. Dat zoiets moet na een hele carrière omdat je niet toekomt met een pensioen, is schrijnend.

Over mijn klanten ben ik heel tevreden, de ene heb ik al twaalf jaar, de andere zes, één zelfs veertien jaar. En ze moeten flexibel zijn, want ik ben ook syndicaal afgevaardigde en zit zowel in de ondernemingsraad als het comité voor preventie en bescherming op het werk (cpbw). Dat is veel verantwoordelijkheid maar die maakt de job ook werkbaarder.

Er is geen onderzoek naar de gezondheids-
en milieueffecten van kuisproducten,
dat toont hoe onbelangrijk wij zijn.

Gezondheid is een permanente zorg. Nogal wat medewerkers kampen met allergieën. We mogen geen ammoniak, javel en nog andere kuisproducten gebruiken. Dat is allemaal goed beschreven. Maar dan nog ben je afhankelijk van wat de klanten in huis halen. Eigenlijk zou die selectie in de eerste plaats moeten gebeuren op het niveau van de sector, nog een actiepunt. Daar moeten de lijsten opgesteld met producten die wel en niet kunnen, zowel om gezondheidsredenen als om milieuredenen. Eigenlijk gebeurt daar geen onderzoek naar. Dat illustreert hoe onbelangrijk wij zijn…

Het blijkt ook uit de uiterst lage verplaatsingsvergoedingen van 15 cent per kilometer, in de gezinszorg is dat ruim het dubbele. Nochtans malen wij dikwijls vele kilometers want wij leveren diensten aan huis, en zeker in dit land liggen die heel verspreid. In de stadsgebieden valt het nog mee, maar daarbuiten kun je niet voldoende rekenen op openbaar vervoer. Er is nu sprake van elektrische fietsen die men zou leasen. Of je koopt die zelf, en dan bedraagt de vergoeding 23 cent per kilometer. Een aantal collega’s schakelen inderdaad over.

Heel specifiek voor de sector van de dienstencheques is die driehoeksverhouding tussen werknemers, klanten en werkgever. De werkgever speelt uit dat de klant primeert. Wie syndicaal actief wil zijn, probeert men op te zadelen met een schuldgevoel, ze plegen ook emotionele chantage op de werknemers: “ze hebben u het liefst”. Dan haken ze geregeld af omdat ze vinden dat de klanten bediend moeten worden. Maar ten gronde is dat wel de verantwoordelijkheid van de werkgever die moet zorgen dat er vervanging is, zoals dat ook gebeurt in een fabriek. Een oplossing is noodzakelijk want alle dienstenchequebedrijven hebben die kwaal om op het gevoel in te werken.

Het gevolg is dat mensen ingaan tegen hun eigenbelang. Dat is niet enkel een probleem op de werkvloer, dat plant zich voort in de maatschappij, en tot in het stemhokje. Altijd diezelfde praatjes die zoveel invloed hebben, over langer werken, te hoge lonen, de noodzaak om een indexaanpassing over te slaan en niets om het werk doenbaar te maken, integendeel. Dat komt allemaal zo makkelijk op tv. Het mankeert de werkende mensen aan sterke eigen megafoons, aan onze eigen media. Ons blad moet voor meer artikels zorgen die we kunnen delen. Digitaal gaat rapper, en je bereikt misschien een groter publiek. Mijn collega’s zijn in elk geval het vlotst te bereiken door ze te sms-en of te mailen.

Eigenlijk zijn wij de moderne assepoesters. We dromen van respect voor ons werk met een deftig loon! (db)
 

Dit is één van de interviews uit het nieuwe boek Voor de kost. 40 mensen over hun job en echt werk.
klik hier om het boek te bestellen met Pala korting en gratis verzending

Uw doordachte reacties zijn welkom op het emailadres infoATpala.be

Overname van dit artikel toegelaten voor niet-commerciële en niet-gesubsidieerde organisaties met vermelding van auteur en bron, met weblink. Wij vernemen het graag | Commerciële en/of gesubsidieerde organisaties nemen voor publicatie contact op met info@pala.be

Tot het einde gelezen? En het artikel gewaardeerd?
Dan kan Pala misschien op uw steun rekenen.
We verwelkomen u graag als steungever - klik hier

Een goed artikel? Interessant nieuws? Neem een gratis abonnement op de Pala nieuwsbrief (maximaal 2 maal per maand), dan hoeft u geen enkel artikel te missen. Gebruik daarvoor het inschrijvingsformulierklik hier

Landen: 

Lees ook

Van een nieuwe Ikea en de jobs van General Motors: de jacht op goedkope arbeid woedt heviger

Wereldwijd hebben allen die van werk moeten leven het moeilijk. Hun aandeel in de welvaart die we produceren gaat op de meeste plaatsen al heel lang achteruit. Dat de financiële crisis ook voor wie van kapitaal moet leven de kaarten hard anders heeft geschud, verbetert daarom nog niet de situatie bij werknemers. Op mondiale economische markten blijven ze gevangen in een heel kwetsbare positie.

Neem de werknemers van de grote Amerikaanse autobedrijven. Vooral in de Verenigde Staten is het lang bon ton geweest, en soms is het dat nog altijd, om de vakbonden te hoge lonen te verwijten en daar de reden voor het falen te zoeken. Vrijwel iedereen moet vandaag beseffen dat in de eerste plaats het management van General Motors, Ford en Chrysler hebben gefaald.

BOEK - VAN EILAND TOT WERELD. Appèl voor een menselijke samenleving

klik hier om het boek te bestellen

Van overal reizen afgevaardigden naar het eiland Pala om het verhaal en het programma van de goede samenleving te schrijven, met een economie die eindelijk van ons is, die de aarde geen geweld aandoet en waarvan de welvaart eerlijk verdeeld raakt, met mondiale sociale zekerheid en een aardegebruiksrecht voor iedereen.

Aan al wie beweert dat het nastreven van utopieën gevaarlijk is, antwoorden we: ‘Hadden we dan geen welvaartstaten moeten afdwingen? Of geen gelijke rechten voor man en vrouw? Wij hebben de vrijheid om ons leven te verbeteren.’

Dit boek doorbreekt de crisis van de verbeelding en ziet wel alternatieven. De auteur durft opnieuw de grote verhalen brengen.