vormen een belangrijke motor van de huidige globalisering.
Flink geholpen door technologische (r)evoluties zijn zij op de vrijgemaakte markten de drijvende kracht achter economische globalisering. Ze dragen onmiskenbaar bij tot de welvaart op onze wereld. Weinigen weigeren hun producten of diensten.
Vele arme landen zijn heel afhankelijk van de uitvoer van grondstoffen voor hun inkomen. Maar de prijzen zijn wisselvallig en op lange termijn dalen ze zodat hun inkomen zakt. In de vorige eeuw, toen men nog echt aan een andere betere wereld wilde werken, sloot men grondstoffenovereenkomsten die daaraan moesten verhelpen. Middelen daartoe zijn productie en/of exportbeperkingen, buffervoorraden en contracten over verzekerde levering en/of afname. Er schiet niet veel meer van over.