Accueil

Aandeel van de lonen in economie daalt voortdurend

Doordat China, India en de landen van de voormalige Sovjetunie zich volop integreren in de wereldeconomie draaien daar nu dubbel zoveel werknemers in mee. Maar die brengen niet zoveel nieuw kapitaal mee. Je hoeft geen marxist te zijn om in te zien dat zoiets de verhouding tussen arbeid en kapitaal grondig wijzigt. De prijs van arbeid, de lonen dus, zal onder druk komen te staan ten voordele van de beloning van kapitaal.

John Vandaele verzamelde in zijn boek De stille dood van het neoliberalisme gegevens over het steeds kleinere deel van de koek voor wie werkt.
In België daalde het aandeel van arbeid in het nationaal inkomen - dat is alles wat we allemaal samen verdienen uit arbeid, rente, huur, winsten,... - vrij fors, namelijk van vrijwel 70 procent in 1981 tot nu nog 63,5 procent. Voor alle rijke landen samen liep het volgens het Internationaal Monetair Fonds terug van 68 procent in 1980 tot 62 procent nu.

Nog maar vorige week bevestigt studiewerk van de Europese Unie deze trend. Sinds 1960 is het aandeel van loonarbeid nooit zo laag geweest als nu. Het percentage bedraagt nu 57,8 procent. En de daling is al onafgebroken bezig sinds 1975, al ruim dertig jaar dus.
Het lijkt er dus sterk op dat de economische welvaart steeds oneerlijker verdeeld raakt. Daar komt grotere ongelijkheid van en meer maatschappelijke spanningen.

Websites

Rapport over de werkgelegenheid in Europa

Meer lezen over de winnaars en verliezers van de huidige mondialisering, de oorzaken en wat daaraan te doen? Dan raden we de lectuur aan van het nieuwe boek van John Vandaele De stille dood van het neoliberalisme - voor meer informatie en bestellen klik op de advertentie voor het boek aan de rechterkant

Thema: 

Lees ook

China: waar is de harmonie gebleven?

In Mao's China was in principe iedereen gelijk. In feite waren de partijbazen met hun privileges beter af, en hadden ook de stedelingen het beter. In het China van Deng Xiaoping begon de kloof tussen arm en rijk, boeren en stedelingen, minderheden en Han-Chinezen snel te groeien. In het China van Jiang Zemin keerde de oude klassenmaatschappij helemaal terug, met tussen de rijken en de armen een vanuit het niets opgekomen middenklasse. In het huidige China is de kans op een sociale explosie zo groot geworden dat de communistische partij Confucius' ideaal over de harmonieuze samenleving heeft omhelsd. De erkenning van het gebrek aan harmonie had niet duidelijker kunnen zijn.

India wil dreigend invloedverlies in Afrika keren

Twee jaar nadat grote concurrent China een topontmoeting met Afrikaanse leiders organiseerde, was het vorige week de beurt aan India om de banden met Afrika nauwer aan te halen.

De allereerste India-Africa Forum Summit van 8 en 9 april in New Delhi kwam er in de eerste plaats omdat het Indiase bedrijfsleven beseft dat het zonder extra inspanningen de concurrentieslag met China aan het verliezen is in de wereldwijde zoektocht naar grondstoffen en energiebronnen. De handel tussen India en Afrika is de laatste vier jaar fors toegenomen tot 30 miljard dollar of goed voor ruim 8 procent van de totale Indiase buitenlandse handel, maar dat is toch nog maar net de helft van het Chinese handelsverkeer met Afrika.

Mensen als koopwaar: cricketspelers in Mumbai per opbod verkocht

Vorige maand zijn in totaal vijfenzeventig cricket spelers verkocht op een veiling in Mumbai. Het hoogste bod van anderhalf miljoen dollar komt van de Chennai Super Kings. Die ploeg uit het voormalige Madras, nu Chennai, is eigendom van een cementmagnaat. De bieders zijn de rijkste Indiase zakenmensen en sommige filmsterren uit Bollywood.

Ook al zullen velen best hun leven willen ruilen met dat van de cricketspelers, toch is het moeilijk fundamentele verschillen te ontdekken met de slavenmarkten uit vervlogen tijden.

Goedkope Chinese producten op Afrikaanse markten: Chinese handelaren in de straten van Dakar

De Chinese export draait op volle toeren. Nu al zit China op een torenhoge berg spaargeld. Toch zijn er meningsverschillen over de werkelijke economische kracht van dit grote land. De één ziet er een bewijs in dat het zich onstuitbaar ontplooit tot de dominante wereldmacht. Een andere analist wijst erop dat China vooral toch exporteert naar Afrika en ziet dit als een zwaktebod. Voor ‘rijpere' markten zou het Chinese aanbod te weinig voldoen. Analisten en specialisten, gelukkig dat ze er zijn, maar ze verschaffen niet altijd duidelijkheid... en soms zijn ze ronduit fout of creëren ze zelfs verwarring.