Congolezen zien na verkiezingen het presidentschap en de macht - vooral dan die over de inkomens uit grondstoffen - versjacherd.
Als burgers vreedzaam protesteren tegen de hoogstwaarschijnlijke verkiezingsroof, zal niemand daar echt van wakker liggen; bijna zeker blijft de macht onterecht waar ze al ruim 20 jaar zit.
Als het protest een gewelddadig karakter zou krijgen en de machthebbers echt weet te bedreigen, is er een kans dat de zaken anders kunnen lopen.
Dit lijkt de meest nuchtere observatie van de cynische achterkant van de reële Congolese machtspolitiek, en van het dilemma voor al die burgers die de democratie meest genegen zijn.