Als burgers gemiddeld veel wenselijker presteren dan verkozen politici inzake empathie, machtswellust, ongebondenheid en onbevangen aandacht, waarom nemen zij dan niet zelf de belangrijke politieke beslissingen?
Doorsnee mensen gedragen zich opvallend minder zelfingenomen en tafelspringerig dan gemiddelde politici;
zeker zijn ze ook minder op macht belust dan verkozenen;
en ongetwijfeld amper of niet verstrengeld met ongerechtvaardigde invloeden en belangen van bedrijven of andere lobby’s;
in geen geval moeten ze zich voor inkomen en aanzien focussen op het politieke machtsspel.
Heel veel sterkt zo de overtuiging dat gemiddelde burgers maatschappelijke uitdagingen meer ongebonden kunnen bekijken en er over nadenken dan verkozen vertegenwoordigers.
Daarenboven is het, anders dan met een beperkt aantal verkozenen, veel moeilijker om een hele bevolking te corrumperen en zo onterechte privé- of groepsbelangen politiek te forceren. (1)
Drie oppertroeven
Zovele plussen al van directe democratie en dan zijn drie oppertroeven nog onvermeld.
Want wat is er democratischer dan dat mensen zich rechtstreeks uitspreken over maatschappelijke kwesties en deze dus beslissend regelen?
Met als onmiddellijke aantrekkelijke keerzijde: er is veel minder draagvlak voor ontevredenheid, desinteresse of extremisme als de lakens niet worden uitgedeeld door ongrijpbare machtscenakels maar mensen zelf steeds opnieuw de keuzes maken over hoe ze het samenleven best inrichten.
Omdat referenda direct tot echte beslissingen leiden, brengen ze een derde oppertroef mee: publiek debat gaat eindelijk vooral over inhoud en veel minder of niet over politieke ‘kopjes’.
Onbegrijpelijk
Waarom dan nemen de burgers niet zelf de belangrijke politieke beslissingen in vrijwel alle democratieën?
Waarom leveren zij hun beslissingsrecht en daarmee alle reële zeggenschap in aan verkozenen en is de directe democratie quasi onbestaande of hoogstens zwaar onderontwikkeld, op een enkele uitzondering na?
Tijd om het pionierstijdperk achter te laten…
De vertegenwoordigende democratie kan zich maar slecht verdedigen. Haar palmares is dikwijls om te huilen. Decennialang blijven fundamentele maatschappelijke vraagstukken in al te veel democratieën archislecht of zelfs niet aangepakt.
Er is meestal gewoonweg geen overtuigend en tijdig beleid inzake klimaat, werkelijk duurzame landbouw en biodiversiteit, fiscaliteit en geld, veiligheid en migratie, sociaal en ecologisch verantwoorde economie en globalisering, publieke diensten, technologiesturing, internationale samenwerking, sociale zekerheid, rechtszekerheid...
Het is tijd om volop te erkennen dat de vertegenwoordigde democratie zelfs nog geen halve democratie is. Ze slaagt zwaar onvoldoende in haar centrale opdracht om de beste toekomst voor de samenleving en haar burgers voor te bereiden en mee gestalte te geven.
Erger nog, die permanente onmacht verkruimelt verder haar slinkende effectiviteit en ondergraaft haar geloofwaardigheid. Zo zetten politici zelf het voortbestaan van de democratie op de helling.
… en de democratie echt te ontwikkelen
Jammeren zal niet helpen. Wat wel kan én moet, is het eindelijk ontwikkelen van wat democratie meest van al moet zijn, namelijk dat mensen zelf rechtstreeks beslissen. Eeuwenlang is de directe democratie verwaarloosd terwijl die volop ontplooid moet geraken naast en zelfs boven de vertegenwoordigende democratie.
Het is tijd om de politiek lokaal, nationaal, regionaal en gaandeweg ook meer internationaal te verrijken met het unieke democratische instrument dat het referendum is.
Want in een democratie zijn de burgers soeverein, en beslissen zij welke macht ze al dan niet delegeren. Om de keuzes te maken over de richting die de samenleving uit wil en de spelregels van het samenleven vast te leggen zijn zij best gewapend, en is het referendum hun favoriete instrument. Misschien, maar zelfs niet zeker, zijn verkozen vertegenwoordigers nodig om daarvoor voorbereidend en faciliterend werk te leveren.
Verkozen politici zijn allicht meest nuttig op het niveau van de uitvoerende taken. Maar ook daar is er alle reden dat de rechtstreekse democratie de vertegenwoordigende kan corrigeren. Concreet moeten voldoende burgers steeds een referendum kunnen afdwingen als zij vinden dat er beleidsmatig bijsturing of grondige verandering aangewezen is. En als die uitvoerende politici fundamenteel wetgevend initiatief ontplooien, moeten de burgers die wetten goedkeuren of bekrachtigen.
Een goed begin: leren van succes
Voorspelbaar zullen vele verkozenen in vertegenwoordigende democratieën zich vooral inspannen in het uiten van meestal ongefundeerde en onjuiste bezwaren tegen rechtstreekse democratie en referenda. Dat komt ervan als samenlevingen zo lang verzuimen burgers ernstig te nemen. Dan kan politiek establishment exclusieve beslissingsmacht cultiveren die alle gewone burgers van hun zeggenschap en soevereiniteit berooft.
Het is een goed begin om kennis te nemen van wat een directe democratie zoal voor elkaar kan krijgen. Gelukkig is er alvast één samenleving die ruim ervaring heeft met zowel vertegenwoordigende als directe democratie. In een afzonderlijk artikel verzamelden we enkele van de vele beslissingen die de Zwitserse burgers hebben genomen in de voorbije decennia, van de keuze voor de uitbouw van een duurzaam energiesysteem tot het verhogen van de pensioenen… uiterst leerrijk voor iedere democraat. Oordelen baseren zich immers best op feiten.
Dirk Barrez
Hoofdredacteur Pala.be | auteur van 11 politieke dwaasheden en TRANSITIE. Onze welvaart van morgen
(1) Geschreven in volle respect voor alle verkozenen die hun job echt ter harte nemen. Net deze politici weten best dat alle steun van burgers meer dan welkom is om politieke onmacht en antipolitiek te keren... dus ook de directe democratie.
Foto Wikimedia Commons
Lees ook Zwitsers nemen bij referendum meest diverse beslissingen | Pala 26-1-2024
LEZERS REAGEREN
Op 12 juni 2024 nam Jan-Pieter Everaerts van De Groene Belg dit Pala artikel over directe democratie over, samen met het artikel Zwitsers nemen bij referendum meest diverse beslissingen. Hij schreef ter inleiding deze bedenkingen.
NA DE VERKIEZINGEN. En nu 5 jaar politiek monddood ?
Na het ‘feest van de democratie’ van vorige zondag is het nu weer gedaan voor 5 jaar … Met onze beperkte zeggenschap in de Belgische, de Europese en de gewestpolitiek. OK, toegegeven: in oktober mogen we wel nog eens – en dat is dan om de 6 jaar – ter stembus trekken voor gemeentelijke en provinciale verkiezingen. Al een eerste mogelijkheid om te corrigeren wat zondag mis liep.
Maar 5 jaar niets te zeggen hebben inzake de grote beleidsdomeinen? Da’s een Eeuwigheid van Onmondigheid in onze snel veranderende 8,1 miljard-mensen-wereld. Ach hadden we ook in België maar de mogelijkheid om tussenbeide te komen via referenda. In de gedrukte DIOGENE(S)-voorloper van De Groene Belg ging het daar ook al over. Onder andere naar aanleiding van de ‘Copernicus-bevraging’ (2000) in de tijd van Guy Verhofstadt en Luc Van den Bossche. Een schoolvoorbeeld van hoe (gemanipuleerd) het nu eens echt niet moet.
Maar in afwachting dat het referendum – waar zo meteen Dirk Barrez in twee artikels van eerder dit jaar die we hier van hem mogen overnemen, een lans voor zal breken - ooit ook in eigen land een kans krijgt, hoe kunnen we toch nog tussenkomen ? Een poging tot overzicht.
- Via het lid worden van een politieke partij en actieve deelname aan vergaderingen; best wel niet te veel van verwachten; in de meeste partijen geldt een ‘democratisch centralisme’: de top beslist, de basis mag knikken.
- Via correspondentie en gesprekken met politici. Jammer genoeg hebben veel politici een zusje en broertje dood aan mondige burgers en lukt praten met hen meestal alleen als je het met hen eens bent. Nochtans worden de heren en dames goed genoeg betaald met ons belastinggeld om zich intellectueel toch eens in te spannen.
- Via tussenkomsten – opiniestukken, lezersbrieven … - in de media. Dit kan bij de meeste media echter maar binnen een beperkte bandbreedte en je moet er al goed gebekt voor zijn of handig uit de pen komen.
- Via betogingen. Hier vallen zowel min of meer mislukte voorbeelden alsook ‘succesvolle’ te noteren. Zoiets onvoorstelbaars voor de meeste media en politici zoals het krimpen van de economie: hoe anders kan je het breed in beeld krijgen dan op klimaatbetogingen? Een kwestie ook van volharden. Zo werd de vrucht van de grote klimaatbetogingen recent voor een groot deel tenietgedaan door het straatprotest van de door de agro-industrie gemanipuleerde land- en tuinbouwers.
- Via stakingen. Dit is alleen een optie voor wie werkt en dan nog het meest effectief in economische sleutelsectoren. Jammer genoeg zijn het vaak de vakbondsleidingen die hier het verzet afremmen. Stakingen kunnen echter ook contraproductief zijn indien ze zoals in het openbaar vervoer te willekeurig toeslaan en door het ‘gijzelen’ van het publiek tot een afkeer voor de vakbonden leiden.
Over nog andere, gewelddadige manieren wil ik het niet hebben. Ten eerste omdat geweld ook de geweldpleger zelf (moreel en anders) schaadt én ten tweede omdat de staatsmacht via haar gewapende arm van politie en zelfs het leger, dan toch maar hard terugslaat. Als het echt niet anders kan, moet gewelddadig verzet heel ‘inky’, ‘sluw’, ‘leep’ aangepakt worden. Dus zeker niet zoals Hamas met een roekeloze uitval, je tegenstander de gelegenheid bieden om je vernietigend ‘knock out’ te slaan.
Behalve het proberen beïnvloeden van het politieke gebeuren, zijn er nog minstens twee belangrijke manieren van optreden mogelijk:
1/ door ‘gewoon’ een beetje deftig, sociaal en milieuvriendelijk te leven, door bijvoorbeeld niet te veel te consumeren, door ons op eigen krachten of via openbaar vervoer te verplaatsen … Zo doen we ook aan politiek in de brede zin, in de zin van het ordelijk samenleven.
2/ door bewust buiten het politiek gebeuren te treden.
Door autonoom te leven. Nu hebben de ‘autonomen’ door de schuld van de kapitalistische massamedia én door het al te groot aantal ‘rare kwieten’ die zich zo voorstellen, net als eerder de anarchisten een slechte naam gekregen maar er zit toch wat in. Hou de politiek zoveel mogelijk buiten de deur en behoud zelf de macht over je leven.
Vergeten we ook niet dat de mensheid gedurende het grootste deel van haar bestaan zich wist te redden zonder politiekers. Het is maar toen de steden opkwamen – de polis – dat er ook politiekers én politie opdaagden. Om van beiden verlost te raken, kunnen we dan ook best de stad uit.
Op den buiten … bij boeren en andere buitenmensen kan je nog voor een groot deel zonder veel politiek leven. Reden overigens waarom dictators zoals Stalin de boeren haten: omdat ze aan hun controle ontsnappen.
De kleine zichzelf en zijn familie van het nodige voorzienende boer en boerin: kunnen zij hoe conservatief ze soms ook zijn – liefst in de goede zin van het woord, in de zin van het behoud van hun natuurgebonden wereld – niet de enige ware anarchisten zijn ? Ni dieu, ni maître !
Hoe dan ook: monddood tegenover de ‘politiek politicienne’ mogen we dan wel zijn, maar helemaal niet tegenover het brede politieke plaatje.
Jan-Pieter Everaerts