Naar aanleiding van het nieuwste bezoek van de Chinese president Hu Jintao aan acht Afrikaanse landen - waaronder Soedan – kwam vorige week ook het Chinese wapenexportbeleid onder vuur te liggen. Volgens een woordvoerder van het Chinese ministerie van Buitenlandse Zaken houdt China zich strikt aan de internationale regels en levert het geen wapens aan landen in oorlog. De omvang van de wapenexport naar Afrika zou erg beperkt zijn, maar precieze cijfers ontbreken. Mensenrechtenorganisaties denken daar anders over. Vooral de toestand in de door oorlog verscheurde Soedanese regio Darfur baart zorgen. China onderhoudt al jaren goede economische contacten met het regime van president Omar al-Bashir. Een groot deel van de Soedanese olie-export gaat naar China en Khartoem kan steeds op de Chinese diplomaten rekenen als het weer eens in nauwe schoentjes komt in de VN-Veiligheidsraad. Maar levert China ook wapens die in Darfur worden ingezet? Vorig jaar november sloten beide landen nog uitgebreide handelscontracten. Dat Khartoem hoog op de agenda stond van het jongste presidentiële bezoek aan Afrika, verbaasde dan ook niemand. Vice-minister van Buitenlandse Handel, Zhai Jun, bevestigde vorige week de militaire samenwerking met Soedan, maar weigerde in details te treden. Hij zei dat China het volste recht heeft om wapens te leveren aan soevereine landen als die kunnen garanderen dat ze de wapens niet zullen doorverkopen aan derde landen. Over Darfur bleef hij op de vlakte.
Volgens een opiniestuk in de Ghanese krant ‘Ghana Chronicle’ is de Chinese wapenindustrie helemaal niet zo goed ontwikkeld als andere sectoren van de economie en heeft China op dat vlak Afrika weinig te bieden.
Bron: AFP
‘One Thing China Can't Offer Africa’ (opiniestuk Ghana Chronicle) http://allafrica.com/stories/200702020686.html