Home

Civiele samenleving van SADC-landen laat van zich horen

Begin september kwamen de staatshoofden en regeringsleiders van de SADC, de Ontwikkelingsgemeenschap van Zuidelijk Afrika, voor een topontmoeting bijeen in de Congolese hoofdstad Kinshasa. Meestal is een dergelijke topconferentie een aaneenschakeling van officiële toespraken, de echte beslissingen worden vaak elders genomen. Dit keer was er in de marge van de top ook weer een ontmoeting van vertegenwoordigers van de civiele samenleving uit de 15 SADC-lidstaten. Meer dan 250 mensen van sociale bewegingen, vakbonden, NGO's, religieuze groepen, mensenrechten-, vrouwen- en jeugdorganisaties waren naar Kinshasa gekomen om er te discussiëren over de problemen en de uitdagingen van de regio onder de titel: Reclaiming SADC for People's Solidarity and Development Cooperation.

In de eerste plaats werd de toenemende privatisering van openbare diensten op de korrel genomen. Sinds de economische crisis zich op alle niveaus laat voelen, is de armoede in de SADC-landen toegenomen en worden mensen geconfronteerd met onbetaalbare basisdiensten. Onderwijs, gezondheidszorg, drinkwater en elektriciteitsvoorziening zijn voor velen gewoon te duur geworden. Het kan toch niet, vinden de deelnemers, dat de Congolese overheid elektriciteit van de beruchte Inga-dam exporteert terwijl grote delen van Congo verstoken blijven van elektrische stroom. Bij onderhandelingen over de contracten van openbare diensten zouden vertegenwoordigers van de civiele samenleving en de betrokken vakbonden moeten worden betrokken. Essentiële basisvoorzieningen mogen niet in handen komen van privébedrijven.

Daar waar de officiële topconferentie spreekt over ‘vrede en stabiliteit' in de hele regio klaagt de civiele samenleving de blijvende oorlogstoestand in het oosten van Congo aan, vooral het seksuele geweld tegen vrouwen en kinderen. Ze vindt dat andere SADC-lidstaten geen misbruik mogen maken van de toestand van zwakte van de Congolese overheid, zoals Angola deed bij de bezetting van enkele grensdorpen in de Bas-Congo. Ze vraagt uitdrukkelijk dat de enorme natuurlijke rijkdommen van het land zouden gebruikt worden voor een heropbouw waarvan alle inwoners profiteren.  Bovendien klaagt ze het gebrek aan vrijheid van mening aan in Congo, Swaziland, Angola en Zimbabwe. NGO's en politieke organisaties die er niet de mening delen van de overheden kunnen bijna niet meer normaal functioneren. Ook de pers wordt nog te veel aan banden gelegd.

Verder vraagt de civiele samenleving inspraak bij de problematiek van de schuldenlast en verwerpt ze de onevenwichtige EPA's (Economic Partnership Agreements) die enkele regeringen al afsloten met de EU. Die akkoorden zullen de kwetsbare landbouw in een oneerlijke concurrentiepositie brengen met de boeren uit de EU. Speciale aandacht moet gaan naar overheidsprogramma's om de werkgelegenheid te bevorderen, speciaal in de landbouw. Anders zal de armoede nog toenemen en zullen meer vluchtelingen hun heil elders gaan zoeken. (JVC)

Klik voor SADC Peoples' Summit in Kinshasa

Klik voor officiële website van SADC (Southern African Development Community)

Regio's: 

Lees ook

Visies op de toekomst van Afrika

In het kader van Amsterdam Wereldboekenstad organiseert het Nederlandse Tropenmuseum op 15 mei een lezingenmiddag met debat over ‘visies op de ontwikkeling van Afrika'. Auteur, dichter en bezieler van de Afrikaanse romanreeks ‘In de Knipscheer', Jan Kees van de Werk, presenteert er zijn kijk op Afrikaanse vraagstukken en oplossingen. Van de Werk geeft in zijn nieuwste boek Sahara, stad en savanne zijn persoonlijke indrukken weer tijdens een maandenlange reis door zijn geliefde West-Afrikaanse landen Mali en Niger. Landen van dichters en koraspelers, nomaden, grote afstanden, droogte, slechte en stoffige wegen, en conflicten met de Toeareg-bevolking. Vraagstukken over de zin en onzin van ontwikkelingshulp gaat hij daarbij beslist niet uit de weg.

EU-Afrikaanse top van Lissabon kwam veel te laat

Ruim zeven jaar na de allereerste topontmoeting van staatshoofden en regeringsleiders van de Europese Unie en Afrika (Cairo 2000) had het Portugese EU-voorzitterschap er alles aan gedaan om van de EU-Afrikatop van 8 en 9 december in Lissabon een succes te maken. Eerste minister José Sócrates sprak zelfs van een historische gebeurtenis in de wederzijdse relaties tussen de twee continenten waarin zijn land een ideale brugfunctie vervult. Maar of de hooggestemde verklaringen over een ‘nieuw strategisch partnerschap' waarin de relatie donor-ontvanger geleidelijk moet vervagen veel zullen uithalen, is de vraag. Algemeen wordt aangevoeld dat deze top veel te laat kwam.