Home

In Omitara ervaren ze de zegeningen van het basisinkomen

Sinds dit voorjaar genieten de dorpelingen van Omitara in Namibië van een basisinkomen. Bedoeling is aan te tonen dat een basisinkomen echt kan werken. Een eerste evaluatierapport spreekt over een groot succes.

Wat staat er dan zoal in?
De verwachtingen van critici dat afhankelijkheid en luiheid de kop zouden opsteken, of dat het geld zou worden verkwist aan alcohol of prostitutie, blijken niet terecht. Meestal is zelfs het tegendeel het geval.
Het aantal ondervoede kinderen van minder dan vijf jaar is spectaculair gedaald, van 42 tot 17 procent. Leerlingen die de school vroegtijdig opgeven zijn er ook veel minder, nog maar vijf procent in plaats van de dertig tot zelfs veertig procent van vroeger. En de armoedecriminaliteit is met een vijfde afgenomen.
Mensen kunnen ook aan hun gezondheid denken. Het lokale hospitaaltje zag de bezoekersaantallen exploderen en verhoogde zijn inkomsten tot maar liefst het vijfvoudige.
De toegang tot energie is ook verhoogd, van een kleine helft tot bijna driekwart van de inwoners. Verwacht wordt dat er minder nood zal zijn aan brandhout, iets wat de onduurzame druk op het land zal verzachten.
Heel belangrijk is ook dat de ondernemingszin wordt gescherpt. Er zijn diverse nieuwe economische activiteiten gestart, van het maken van bouwstenen en het vervaardigen van kleren tot het openen van winkeltjes. Dat zoiets kan, lijkt helemaal toe te schrijven aan het basisinkomen.

Het volgende rapport komt over zes maanden. Maar de regering van Namibië kan zich best nu al voorbereiden om het basisinkomen te veralgemenen. Want veel tegenargumenten duiken er niet op.

Klik voor artikel Namibia: Basic Income Grant a Big Success At Omitara

Regio's: 
Landen: 

Lees ook

7 oktober - Internationale Dag voor Waardig Werk: lage lonen zullen armoede doen toenemen in Kenia

Als de economische machine begint te sputteren, worden de (te) hoge loonkosten en de rigide arbeidswetgeving vaak door economen met de vinger gewezen als oorzaken van delocalisatie van bedrijven en het daarmee samenhangende verlies van banen in de productieve sectoren van de economie. Zeker in arme landen zouden gegarandeerde minimumlonen en de georganiseerde vakbonden de verdere ontwikkeling van de productieve privésector tegenwerken. Een dergelijke teneur viel in 2005 nog te lezen in het Wereldbank-rapport ‘Jobs in Kenya: Concept Note'. Robert Pollin, Mwangi we Githinji en James Heintz, onderzoekers verbonden aan het Political Economy Research Institute (PERI) van de Universiteit van Massachusetts-Amherst zijn het daarmee grondig oneens.