Accueil

Conflicten in Tsjaad en Darfour houden elkaar in de greep

Na Kenia is weer een ander Afrikaans land in de greep van geweld: Tsjaad. Dat het regime van president Idriss Deby steeds meer onder druk komt te staan van allerlei rebellenbewegingen is voor niemand een verrassing. Al in april 2006 scheelde het maar een haartje of Deby had het onderspit moeten delven. Toen kwamen de Franse troepen - die permanent in het Centraal-Afrikaanse land gelegerd zijn - hem ter hulp. Sindsdien is het nooit helemaal rustig geworden in het oosten van het uitgestrekte land waar ook honderdduizenden vluchtelingen uit Darfour in kampen zitten. Bovendien is het straatarme Tsjaad een producent geworden van olie. De afspraken die de regering-Deby met de Wereldbank had gemaakt over de besteding van de olie-inkomsten verwaterden al snel omdat Deby méér geld wou besteden aan wapens voor zijn eigen overleven. Het regime staat ook bekend als uiterst corrupt.

De snelheid waarmee de rebellen begin februari de hoofdstad N'Djamena konden innemen om zich vervolgens strategisch terug te trekken, was wel opmerkelijk. En dit keer beperkten de Fransen zich tot de evacuatie van de buitenlanders. Het tijdstip waarop dit alles gebeurde, was niet toevallig het moment waarop de Europese Unie haar ‘beschermingsmacht' EUFOR zou gaan ontplooien. EUFOR heeft van de VN-Veiligheidsraad een mandaat gekregen om de vluchtelingenkampen in het oosten van Tsjaad en het noordoosten van de Centraal-Afrikaanse Republiek te beschermen tegen aanvallen van rebellen. Het zou gaan om een ‘neutrale' macht die alleen een humanitaire opdracht uitvoert, aanvullend op de veel grotere VN-operatie (UNAMID) in Darfour zelf. Maar dat is duidelijk niet de perceptie van de diverse rebellengroepen die in het EU-initiatief meer de hand van Frankrijk zien om het onpopulaire regime van Deby in het zadel te houden. Frankrijk zou immers het gros van de manschappen leveren. President Nicolas Sarkozy mag dan wel verklaren dat hij af wil van de Franse traditie van steun aan autoritaire leiders in ex-kolonies, de toekomst zal moeten uitwijzen of er inderdaad een kentering komt.

Vaak wordt beweerd dat het conflict in de Soedanese regio Darfour aan de basis ligt van de problemen in Tsjaad. De realiteit is eigenlijk omgekeerd. Beide conflicten zijn zeer nauw met elkaar verbonden. De jarenlange burgeroorlog in Tsjaad (1965-1990) en de bemoeienissen van Frankrijk en Libië daarin hebben ook de buurlanden aangetast. Idriss Deby, eerst een medestander van de gevreesde dictator Hissène Habré, is zelf in december 1990 gewapenderhand aan de macht kunnen komen met de uitdrukkelijke steun van Soedan. Zijn Zaghawa-machtsbasis lag in Darfour, maar vanaf 2002 is hij in aanvaring gekomen met Khartoem. Duidelijk is alvast dat diverse Tsjadische rebellengroepen kunnen rekenen op de steun van de regering in Khartoem. Deby op zijn beurt steunde de voorbije jaren de Justice and Equality Movement (JEM), één van de heftigste tegenstanders van de Soedanese regering in Darfour.

Het directe gevolg van de recente rebellenaanval op N'Djamena is dat Deby meteen wil afrekenen met de niet-gewapende oppositie en de civiele samenleving. Een vreedzame oplossing is verder weg dan ooit.

Weblinks

Een interessante analyse van het complexe conflict Tsjaad-Darfour door Alex De Waal, directeur van Justice Africa

Making Sense of Darfur Blog

Bedreigingen voor de oppositie (Amnesty International)

Bedreigingen voor de oppositie 2 (Amnesty International)

IRIN-overzicht conflict Tsjaad

IRIN-overzicht conflict Tsjaad 2

Les causes profondes de l'instabilité et du conflit restent irrésolues

Opinie Vredesactie

Regio's: 
Landen: 

Lees ook

Vakbonden doelwit van repressie in Zimbabwe

Sinds de fel gecontesteerde verkiezingen van 29 maart zinkt Zimbabwe elke dag een beetje verder weg in het moeras. In de laatste aflevering van de machtsstrijd van president Robert Mugabe tegen de oppositie moeten nu ook de vakbonden het ontgelden. Vorige week werden voorzitter Lovemore Matombo en algemeen-secretaris Wellington Chibebe van het Zimbabwe Congress of Trade Unions (ZCTU) gearresteerd en opgesloten in de centrale gevangenis van Harare. Daarbij is de politie bijzonder hardhandig te werk gegaan. Er wordt gevreesd dat beide mannen in de gevangenis zullen worden gemarteld. ZCTU is de belangrijkste onafhankelijke vakcentrale van het land. Hun misdaad?

Afrika-beleid van de VS in teken van Bush' oorlog tegen de terreur

Volgens kritische analisten van het Amerikaanse buitenlandse beleid paste het bezoek dat president George W. Bush tussen 15 en 21 februari bracht aan vijf Afrikaanse landen (Benin, Tanzania, Rwanda, Ghana en Liberia) perfect in zijn streven om de ‘oorlog tegen de terreur' wereldwijd uit te breiden. Africa Action, Africa Faith and Justice Network (AFJN), International Labor Rights Forum en Jubilee USA Network hebben samen met het onderzoeksinstituut Foreign Policy In Focus een doorlichting gemaakt van het Amerikaanse Afrika-beleid in het laatste jaar van het presidentschap van Bush.

Naar een eigen Afrikaanse Vrede- & Veiligheidsarchitectuur?

Met de oprichting van de Afrikaanse Unie (AU) in 2001, ter vervanging van de onmachtige Organisatie van Afrikaanse Eenheid (OAE), werd ook voorzichtig de basis gelegd voor een eigen Afrikaans veiligheidsbeleid. Een van de ‘heilige' principes van de OAE was precies de soevereiniteit van elke lidstaat en de niet-inmenging in de interne zaken van andere lidstaten. De grote meerderheid van gewapende conflicten in Afrika van het voorbije decennium waren echter grootschalige ‘burgeroorlogen' waarbij vaak wel buurlanden betrokken geraakten zoals in Soedan of Congo. De OAE stond daarbij machteloos. In navolging van de VN-Veiligheidsraad heeft de AU een Peace and Security Council opgericht met de African Standby Force (ASF) als toekomstige operationele troepenmacht.

Strijd tegen straffeloosheid als voorwaarde voor duurzame vrede in Centraal-Afrika

Officieel heerst er vrede in de regio van de Grote Meren. Congo hield vorig jaar verkiezingen na een turbulente periode van tien jaar waarbij naar schatting vier miljoen mensen omkwamen. De Burundezen hadden al een jaar eerder een moeizame overgangsperiode afgesloten met verkiezingen. En Rwanda experimenteert met het gacaca-systeem voor de berechting van duizenden genocideverdachten. Maar iedereen weet dat de vrede in de regio heel broos is. In het oosten van Congo gaat het de laatste weken veeleer de verkeerde kant uit. Kan de strijd tegen de straffeloosheid van oorlogsmisdaden een voldoende voorwaarde scheppen voor een duurzame vrede?