Accueil

22. Als het over privatisering gaat, zijn wij geen extremisten

Tegenstanders van elk privé bezit zijn op één hand te tellen. En dat privé ondernemers – van zelfstandigen en coöperaties tot de grootste ondernemingen – de vrijheid genieten om welvaart te scheppen op een vrije markt met duidelijke spelregels heeft de wereld al veel voordeel opgeleverd. Daarover gaat het dus niet.
Wel over hoe ver privatisering kan gaan? hoeveel privatisering kunnen we verdragen en, meer nog, zijn er dikwijls geen betere alternatieven? Want, zo wordt elk jaar duidelijker, ‘too much’ is te veel. Toegegeven, dit lijkt veel op de titel van een nieuw boek,
The Limits to Privatization. How to avoid too much of a good thing van Ernst von Weizsäcker en vele anderen.

Zeker als het over publieke goederen en diensten gaat, is het al langer duidelijk dat wie te veel of verkeerd de weg van privatisering opgaat, riskeert slechter af te zijn dan tevoren en met minder welvaart thuis te komen. De voorbije jaren is dat pijnlijk duidelijk geworden in heel verscheiden landen en in de meest diverse sectoren van menselijke activiteit. En voor wie goed kijkt, ziet hoe privatisering dikwijls samen gaat met deregulering, met een overheid die zich terugtrekt en zelfs als regelgever afwezig blijft. In Groot-Brittannië mislukte de privatisering van de spoorwegen. In Californië liep de deregulering van de elektriciteitssector faliekant af en is men niet langer zeker dat er stroom uit het stopcontact komt. Argentijnse gepensioneerden krijgen veel minder pensioen van de geprivatiseerde pensioenfondsen dan waar ze recht op hebben. In vele Oosteuropese landen en grote delen van de voormalige Sovjetunie haalde een massale en overhaaste privatiseringsgolf de publieke dienstverlening en de welvaart van talloos veel mensen onderuit. In vele ontwikkelingslanden maakte slechte privatisering de gezondheidszorg, de scholen en zelfs het water onbetaalbaar, zeker voor de armen.

Maar voor wie nog altijd niet heeft geleerd om vragen te stellen bij de voor- en nadelen van dergelijke privatiseringen, is er nu dus The Limits to Privatization dat wel vijftig gevallen onderzoekt en één algemene conclusie trekt, let op voor extremen.

En dat deden we vele tientallen jaren, zeker in Europa: we waren geen extremisten.

Meer en meer waait er wel heel selectieve blindheid binnen waar de rest van de wereld al veel erger mee kampt. Blijven we enkel kijken naar de voordelen van privatisering, die er soms inderdaad zijn maar meer dan eens vermeende voordelen zijn die in de werkelijkheid niet blijken te bestaan? en blijven we blind wanneer prijzen stijgen, de dienstverlening verslechtert of voor de armsten zelfs verdwijnt? wanneer de economische efficiëntie daalt? wanneer consumenten verloren lopen in het aanbod en onbeschermd en onbevredigd achterblijven? wanneer de democratische zeggingschap van mensen over hun gezamenlijke huishouding aangetast wordt en het niet langer hun post, hun spoorweg, hun watermaatschappij, hun omroep is? wanneer uiteindelijk het vertrouwen in onze democratie en onze overheden ondermijnd raakt?

Vergeten we gaandeweg hoe belangrijk publieke goederen en diensten zijn voor de economie? hoe nuttig, efficiënt, sociaal én democratisch gecontroleerd overheden en publieke bedrijven daarin kunnen zijn? Het is zelfs niet overdreven dat een bloeiende private sector onmogelijk is waar overheid en publieke sector hun werk slecht doen, als, om maar iets te noemen, veiligheid en rechtszekerheid niet zijn gegarandeerd.

Meer nog, waarom zouden we ons laten opsluiten in een alles of niets aanpak? Alsof we enkel maar keuze zouden hebben tussen aan de ene kant slecht presterende staatsbedrijven en aan de andere kant door efficiëntie en winst gedreven privé bedrijven? Neen, we zijn toch geen extremisten?

Zeker in Europa is tussen die twee uitersten een groot gamma andere mogelijkheden ontwikkeld, en dat met heel goede resultaten. Door te kijken wat wel en niet werkt hebben we soms geleerd het beste van twee werelden - publiek en privé - te verzoenen en het dan nog te kruisen met de kracht van het maatschappelijke middenveld, van de vele oplossingen die vrije mensen samen hebben uitgewerkt. Men zou zelfs kunnen spreken van een Europees model, dat er weliswaar heel verschillend kan uitzien van land tot land.

Neem bijvoorbeeld het Belgische model van gezondheidszorg of van onderwijs, twee samenlevingspijlers die het lang niet slecht doen tot vrij grote tevredenheid van de meeste Belgen, en zelfs van heel wat Nederlanders en andere Europeanen die zich in onze ziekenhuizen laten opereren. Een extreme aanpak is niet meteen te bespeuren, geen sprake van een staatsmoloch of een naïef vertrouwen in de privé sector. Wel zijn er b.v. publieke ziekenhuizen en gemeenschapsscholen, zijn er privé dokters en verzekeraars en zijn er vrije scholen, mutualiteiten en verzorgingsinstellingen uit het middenveld die niet volgens het winstprincipe werken en geen veeleisende aandeelhouders moeten vergoeden. Zowel voor gezondheidszorg als onderwijs is er een zekere concurrentie, mensen kunnen vrij hun dokter of school kiezen. Maar wellicht allerbelangrijkst, er is een algemeen kader met publieke regelgeving en met belangrijke publieke financiering. Nog is dit niet lang niet voldoende genuanceerd want b.v. voor de gezondheidszorg komen de middelen in hoge mate uit de sociale zekerheid die weliswaar publiek geregeld en verplicht is – allebei cruciaal -, maar vooral werkt met bijdragen van werknemers en werkgevers. Om maar te illustreren hoe de welvaart en het welzijn van mensen en samenlevingen steunt op een heel vruchtbaar maar dikwijls ingewikkeld samenspel van veel diverse actoren uit privé, overheid en middenveld, van markt en van regelgeving… hoe simplistisch en onwaar is dan niet de kreet dat enkel privatiseren helpt.

Kijk nog verder door. We zien welvarende samenlevingen waar veel welvaart wordt geproduceerd, waar het inkomen nogal evenwichtig verdeeld geraakt en armoede ver is teruggedrongen, waar de publieke goederen ruim voorradig zijn en de publiek verzekerde dienstverlening goed is ontwikkeld, waar de sociale zekerheid bijna iedereen omarmt, waar men begint te erkennen dat het milieu ook zijn rechten heeft, waar mensen veel vrijheid genieten en kunnen participeren aan de maatschappelijke keuzes. En we zien hoe net dit de samenlevingen zijn waar zowel de privé en de publieke sector alsook het middenveld hun bijdragen kunnen leveren en waar actieve overheden zorgen voor de nodige spelregels en die ook afdwingen. Het zijn de samenlevingen waar het democratische spel op vele plaatsen wordt beoefend en in grote mate de voortdurende aftasting is van wat nu de beste oplossingen zijn om de welvaartsmachines efficiënt en productief te laten draaien, om de mensen goed te laten leven en hun rechten maximaal geëerbiedigd te zijn en om het milieu te respecteren.

Dat de verdedigers van deze pragmatische, weloverwogen en democratische aanpak door de voorstanders van ongeremde privatiseringen meer dan eens als extremisten worden bestempeld, stemt minstens tot nadenken over wie hier de echte extremisten zijn.

 

Dirk Barrez, journalist en auteur, 13 april 2005

 

Reageren en meedenken kan op ons forum, onder het discussiethema  Economie, draaischijf voor onze behoeften en ambities  Zorg voor korte, doordachte bijdragen, zo komen we samen verder.

Overname van de brief door niet-commerciële initiatieven of verenigingen mag, mét volgende bronvermelding: Dirk Barrez, PALA nieuwsbrief over onze globaliserende wereld, voor gratis abonneren en forum surf naar www.globalsociety.be. Wij vernemen dat graag met een mail naar info@globalsociety.be

Voor wie nog meer discussiestof wil, surf naar het boek op deze site

 

Landen: 
Thema: 

Lees ook