Home

Vlaamse Noord-Zuidbeweging kan niet zonder vrijwilligers, maar wat willen de vrijwilligers?

De sector van de ontwikkelingssamenwerking is in Vlaanderen na ruim veertig jaar werking stevig ingeplant en kan bogen op honderden professionele krachten in de meest diverse NGO’s. Toch blijven de vrijwilligers essentieel voor de beweging, vooral voor de uitstraling op het lokale niveau. Maar hoe langer hoe meer worden lokale groepen geconfronteerd met nieuwe sociologische uitdagingen en lijkt het wel of het klassieke comitéwerk zijn beste tijd heeft gehad. Jongeren zouden afhaken of niet meer bereid zijn tot een langdurig engagement en de ‘nieuwe Belgen’ zijn al helemaal niet terug te vinden in deze ‘witte’ beweging. Bovendien functioneren allerlei solidariteitsgroepen (de zogenoemde ‘vierde pijler’) volledig buiten de structuren van de klassieke Noord-Zuidbeweging, maar zijn ze ondertussen wel goed voor 90 miljoen euro per jaar aan fondsenwerving, ongeveer even veel als de erkende NGO’s weten op te halen bij het publiek (zonder overheidssubsidies). Hoog tijd dus om de vrijwilligers zélf aan het woord te laten op een Vrijwilligersforum. 220 mensen gingen de uitdaging aan op zaterdag 14 april in de Brusselse Botanique. Erica Baeck van Amnesty International beet de spits af met een warm pleidooi voor diverse vormen van engagement, ieder volgens zijn of haar mogelijkheden en interesses. Alleen als de beweging daar voldoende oog voor heeft en creatief kan mee omgaan, zullen ook in de toekomst nog voldoende vrijwilligers zich inzetten. In de workshop ‘Lokale samenwerking’ was niemand tégen meer samenwerking, maar werd toch al vlug duidelijk dat de eigenheid van elke groep, ieder met zijn eigen achterban, niet zomaar kan worden opgegeven. De stimulerende rol van de gemeentelijke overheid en het permanente overleg in een adviesorgaan, b.v. GROS – Gemeentelijke Raad voor Ontwikkelingssamenwerking -, kunnen zeker de impact van acties verhogen en het draagvlak voor ontwikkelingssamenwerking vergroten. Een concreet gemeenschappelijk project, waar alle lokale vrijwilligers zich in engageren, lijkt aantrekkelijk, maar botst al vlug op de beperktheid van dezelfde (te kleine) groep mensen die alles moet trekken. Te veel overlegstructuren schrikt dan weer de ‘doeners’ af.
Particuliere initiatieven, vele alleen gericht op concrete traditionele hulpverlening, schieten de laatste jaren als paddenstoelen uit de grond. Prof. Patrick Develtere van de Leuvense Universiteit deed onderzoek naar deze ‘vierde pijler’ en plaatst het fenomeen in de ‘vermaatschappelijking’ van de ontwikkelingssamenwerking. Maar of de grote structurele verhalen over Noord én Zuid hiermee veel vooruitgang boeken, is zeer de vraag. 

Eigen verslaggeving
Een uitgebreid verslag over het Vrijwilligersforum zal binnenkort op de portaalsite 11.be verschijnen
http://www.11.be/index.php?option=content&task=category&sectionid=8014&id=18168
Fotoverslag en interviews op Indymedia België
http://www.indymedia.be/nl/node/8665

Regio's: 
Landen: 
Thema: 

Lees ook

Waar blijft de echte burgerparticipatie? Waar blijft de politieke moed?

De bevraging over het energiepact is schijnparticipatie: wel onze mening , geen echte stem. Net zo het zoeken van burgerkapitaal voor hernieuwbare energie: wel onze centen, geen echte participatie. Nochtans kan echte burgerparticipatie de kloof burger-politiek dichten én burgers mee aan het stuur van de transitie naar duurzaamheid zetten.

Gidsland voor publiek-civiele samenwerking? Beheren overheden én burgers hun energienetwerken?

Onze energietoekomst ligt bij een samenleving die goed samenwerkt met haar overheden. Maar echte burgerparticipatie is meer dan spaargeld van burgers zoeken voor energieprojecten. Overheden en burgers die samen de energienetwerken gaan besturen, dat is dé kans om onze democratie diepgaand te vernieuwen.