Azië en Stille Oceaan

Het Wereldvoedselprogramma (WFP) van de Verenigde Naties werkt niet alleen nauw samen met VN-lidstaten, maar ook met grote multinationale bedrijven. Sinds 2007 heeft ook de Brits-Nederlandse voedsel- en zeepgigant Unilever een ‘global partnership' afgesloten met het WFP onder de naam ‘Together for Child Vitality'. Unilever-werknemers zouden een deel van hun loon afstaan aan WFP-programma's om de honger te bestrijden bij schoolkinderen in Pakistan. Tot zover een mooi verhaal dat perfect past binnen de ‘corporate social responsibility' waarmee grote bedrijven graag uitpakken.

In Mao's China was in principe iedereen gelijk. In feite waren de partijbazen met hun privileges beter af, en hadden ook de stedelingen het beter. In het China van Deng Xiaoping begon de kloof tussen arm en rijk, boeren en stedelingen, minderheden en Han-Chinezen snel te groeien. In het China van Jiang Zemin keerde de oude klassenmaatschappij helemaal terug, met tussen de rijken en de armen een vanuit het niets opgekomen middenklasse. In het huidige China is de kans op een sociale explosie zo groot geworden dat de communistische partij Confucius' ideaal over de harmonieuze samenleving heeft omhelsd. De erkenning van het gebrek aan harmonie had niet duidelijker kunnen zijn.

Twee jaar nadat grote concurrent China een topontmoeting met Afrikaanse leiders organiseerde, was het vorige week de beurt aan India om de banden met Afrika nauwer aan te halen.

De allereerste India-Africa Forum Summit van 8 en 9 april in New Delhi kwam er in de eerste plaats omdat het Indiase bedrijfsleven beseft dat het zonder extra inspanningen de concurrentieslag met China aan het verliezen is in de wereldwijde zoektocht naar grondstoffen en energiebronnen. De handel tussen India en Afrika is de laatste vier jaar fors toegenomen tot 30 miljard dollar of goed voor ruim 8 procent van de totale Indiase buitenlandse handel, maar dat is toch nog maar net de helft van het Chinese handelsverkeer met Afrika.

Het is een lastig dilemma voor China. Het oude ontwikkelingsmodel van geforceerde economische groei loopt vast, terwijl het nieuwe model van duurzame groei niet goed van de grond komt. Nog altijd ligt er veel meer nadruk op groei dan op duurzaamheid. Het is niet zeker of de overgang zal slagen, maar uitgesloten is het niet. Het is de Chinese communistische partij al vaker gelukt een cirkel te kwadrateren zonder politieke hervormingen uit te voeren. Want dat valt op: de hele maatschappij verandert, behalve de politiek. De wil van de partij om haar machtsmonopolie te behouden, blijft groot.

In elk geval bouwt China zijn macht verder uit. Wat heeft deze aanstormende supermacht dan voor met de rest van de wereld?

Van de hooggestemde verwachtingen op een snelle wederopbouw en ontwikkeling van Afghanistan na de val van het Taliban-regime is vandaag bitter weinig overeind gebleven. De armoede waarin de overgrote meerderheid van de Afghanen moet overleven, is niet afgenomen en de veiligheidssituatie in grote delen van het land blijft uiterst precair. ACBAR (Agency Coordinating Body For Afghan Relief), een overkoepelende hulporganisatie waarin 94 NGO's participeren, wijst met een beschuldigende vinger naar de internationale donorlanden die helemaal niet doen wat ze beloofden. Ruim 10 miljard dollar van de beloofde hulp is nog altijd niet toegekend.

Of Turken zich uiteindelijk ‘Europees' voelen, is niet zo duidelijk. Bij de stichting van de Turkse republiek in 1923 werd Atatürk geïnspireerd door de Franse revolutie en hij probeerde de jonge republiek in die traditie te verankeren. De nieuwe elite ging daarin mee en stortte zich bijvoorbeeld op de Europese klassieke muziek. De eigen culturele traditie zag die elite vaak als een residu van het verleden. De Europese identiteit werd gezien als een ideaal, waarvoor gevochten moest worden. In West-Europa daarentegen zien mensen hun Europese identiteit als een resultaat van eeuwen van historische ontwikkeling, dat er simpelweg is en waarvoor geen strijd geleverd hoeft te worden.

De Chinese export draait op volle toeren. Nu al zit China op een torenhoge berg spaargeld. Toch zijn er meningsverschillen over de werkelijke economische kracht van dit grote land. De één ziet er een bewijs in dat het zich onstuitbaar ontplooit tot de dominante wereldmacht. Een andere analist wijst erop dat China vooral toch exporteert naar Afrika en ziet dit als een zwaktebod. Voor ‘rijpere' markten zou het Chinese aanbod te weinig voldoen. Analisten en specialisten, gelukkig dat ze er zijn, maar ze verschaffen niet altijd duidelijkheid... en soms zijn ze ronduit fout of creëren ze zelfs verwarring.

De laatste vijf jaar heeft de handelsrelatie tussen China en Afrika een enorme sprong voorwaarts gemaakt. 800 Chinese bedrijven zijn al actief in 50 Afrikaanse landen. Nu begint China zich ook duidelijk als hulpdonor te manifesteren. Vorig jaar was het officiële Chinese hulpbudget goed voor ruim 1,8 miljard dollar en tegen 2009 moet dit minstens verdubbelen. Het leeuwendeel ervan gaat naar Afrika. Bijna alle Chinese hulp is ‘gebonden', wat wil zeggen dat Chinese firma's met eigen personeel ook de uitvoering van de toegezegde hulp verzekeren van het begin tot het einde. Een praktijk die veel westerse donoren tot voor kort ook toepasten, maar onder druk van kritiek op misbruiken geleidelijk meer en meer verlieten.

Hoe voelt het om te weten dat we met de trein rijden over dezelfde rails waarlangs het Amerikaanse leger materieel vervoert waarmee het ten oorlog trekt in Irak of Afghanistan? Die vraag stelden actievoerders van Vredesactie op 9 en 10 november, het weekend waarop we Wapenstilstand herdenken, aan treinreizigers en NMBS-personeel op tientallen stations in België. Want de voorbije jaren werden de Belgische spoorwegen en havens regelmatig gebruikt voor het transport van Amerikaans wapentuig naar het oorlogsgebied. De Belgische regering toonde zich in 2003 een tegenstander van de oorlogspolitiek van president Bush, maar legt deze wapentransporten geen strobreed in de weg. Ze verklaart gebonden te zijn aan de ‘geheime' NAVO-akkoorden uit 1971 met bondgenoot de VS.

Hoe voelt het om te weten dat we met de trein rijden over dezelfde rails waarlangs het Amerikaanse leger materieel vervoert waarmee het ten oorlog trekt in Irak of Afghanistan? Die vraag stelden actievoerders van Vredesactie op 9 en 10 november, het weekend waarop we Wapenstilstand herdenken, aan treinreizigers en NMBS-personeel op tientallen stations in België. Want de voorbije jaren werden de Belgische spoorwegen en havens regelmatig gebruikt voor het transport van Amerikaans wapentuig naar het oorlogsgebied. De Belgische regering toonde zich in 2003 een tegenstander van de oorlogspolitiek van president Bush, maar legt deze wapentransporten geen strobreed in de weg. Ze verklaart gebonden te zijn aan de ‘geheime' NAVO-akkoorden uit 1971 met bondgenoot de VS.

Mansour Osanloo, de Iraanse vakbondsleider die sinds 10 juli 2007 voor de derde keer in de gevangenis zit, is internationaal uitgegroeid tot het symbool van verzet van de Iraanse werknemers tegen het gebrek aan vakbondsvrijheid in hun land. De Internationale Federatie van Transportarbeiders (ITF) heeft haar internationale actieweek (Organising Globally - Building Union Power, 15 tot 21 oktober) volledig in het teken gesteld van solidariteit met de Iraanse vakbondsmensen. Want naast Osanloo zitten nog twee andere vakbondsleiders, Ebrahim Madadi (buschauffeurs) en Mahmoud Salehi (bakkersbond), in de gevangenis vanwege hun onafhankelijk vakbondswerk.

Vele Aziatische landen kennen een nooit geziene economische groei. Maar die levert niet zo veel nieuwe arbeidsplaatsen op. De vooral industriële groei van China is zelfs in grote mate jobless, ze creëert met andere woorden weinig of geen bijkomend werk.
Dit is een grote bron van ongerustheid voor Aziatische regeringen. Want de arbeidsreserve van hun continent is reeds 1,8 miljard werkenden groot. En tussen nu en 2015 neemt die nog toe met tweehonderd miljoen mensen.
De Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) heeft, voor het eerst sinds de lancering in Azië van haar campagne Waardig Werk, verantwoordelijken van regeringen, vakbonden en werkgevers uit twintig landen verzameld op een Forum in Peking.