In de meeste zeeën en oceanen wordt al enkele decennia meer vis gevangen dan ze kunnen verdragen. Nu zien zelfs de traditionele vissers in de uitgestrekte Stille Oceaan hun opbrengsten dalen. Grote vissersschepen hebben de jacht geopend op de laatste rijke visgrond op aarde, de Stille Oceaan. Als we zo voortdoen, storten de komende vijftig jaar alle visvoorraden in, zo voorspellen wetenschappers (studie in Science verschenen eind 2006).
samenstelling Dirk Barrez,
met dank aan Greenpeace voor het videomateriaal
In de meeste zeeën en oceanen wordt al enkele decennia meer vis gevangen dan ze kunnen verdragen. We zijn nochtans al lang gewaarschuwd voor de kwalijke gevolgen van overbevissing. Begin jaren zeventig van vorige eeuw nemen de vangsten van ansjovis in Peru een forse duik van naar schatting wel achttien miljoen ton naar een paar miljoen ton. Omstreeks 1990 is het de beurt aan de kabeljauw voor de kusten van Newfoundland in Oost-Canada om vrijwel te verdwijnen.
Als je een ecosysteem kraakt, zoals in Newfoundland, dan weet je nog wel hoe het eens is geweest, maar niet of die mooie tijd ooit terugkeert. De Canadezen kunnen nu enkel heel hard hopen dat de kabeljauw zich weet te herstellen, want dat wil maar niet lukken. Aan commerciële visvangst op kabeljauw moeten ze op dit ogenblik zelfs helemaal niet denken.
Al te langzaam leren we van onze fouten. In de Noordzee gaat het evenmin goed met de kabeljauw, en ook wijting, schol en schelvis happen stevig naar adem. Er zijn wel de visquota van de Europese Unie maar die volstaan niet om de overbevissing helemaal te keren.
En nu zien zelfs de traditionele vissers in de uitgestrekte Stille Oceaan hun opbrengsten dalen. Grote vissersschepen hebben de jacht geopend op de laatste rijke visgrond op aarde, de Stille Oceaan. Als we zo voortdoen, storten de komende vijftig jaar alle visvoorraden in, zo vertelt een eind 2006 in Science verschenen studie.
Tragedie van de commons, onze gemeenschappelijke hulpbronnen
De mondiale visserij illustreert als geen ander het probleem van onze gemeenschappelijke hulpbronnen. Ze zijn vrij beschikbaar, iedereen mag er vrij gebruik van maken. En iedereen gaat tewerk alsof ze onuitputtelijk zijn. Iedereen gelukkig dus?
Ja, zolang we in een wereld leven waar de economie binnen de biofysische grenzen van de aarde blijft en haar draagkracht niet overschrijdt. Maar wanneer de economie overmatig groeit, en vooral wanneer ze vergeet dat ze deel uitmaakt van het ecosysteem aarde en de ecologische grenzen doorboort, komen de problemen. Steeds meer en grotere vissersboten zorgen eerst voor recordvangsten. Maar dan is snel het mooie liedje uit, niet omdat er niet genoeg boten zouden zijn, wel omdat er geen voldoende vis meer is.
Doordat iedereen vrij gebruik mag maken van het gemeenschappelijke of publieke goed, in dit geval de zeeën en oceanen met hun visvoorraden, voelt niemand zich verantwoordelijk voor het instandhouden van dat goed. Het resultaat is dat iedereen er bij verliest, niemand heeft nog genoeg vis. Vandaar de tragedie van de commons.
Op basis van informatie uit het boek Koe 80 heeft een probleem. Boer, consument, agro-industrie en grootdistributie klik hier voor info en bestellen