In het begin van de 20ste eeuw was eenderde van de Macedonische bevolkingi Slavisch, eenderde Grieks en eenderde Turks of Albanees. De Bulgaren beschouwden de Slavische bevolkingi van Macedonië om taalkundige, historische en etnische redenen als Bulgaars. Maar ze hadden ook historische redenen. Vóór de Osmaanse invasie had Macedonië alles bij elkaar ongeveer 250 jaar deel uitgemaakt van Bulgarije, voor het laatst in de eerste helft van de 13de eeuw. De Serviërs vonden om soortgelijke redenen dat Macedonië Servisch was en bij Servië hoorde. Ook de Grieken maakten aanspraak op Macedonië: in de steden werd Grieks gesproken, een groot deel van de bevolkingi erkende het patriarchaat van Constantinopel, en Alexander, de grootste aller Grieken, was een Macedoniër. Inmiddels was bij de Macedonische Slaven het idee gegroeid dat ze eigenlijk een apart Slavisch volk vormden, de Macedoniërs, en recht hadden op een eigen staat. Tijdens de Balkanoorlogen aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog werd de Macedonische kwestie ‘opgelost’ door het land te verdelen onder de ruziemakers. Bulgarije kreeg het kleinste stuk. Duurzaam was dat niet. Macedonië belandde bij Joegoslavië en na het uiteenvallen van dat land eind vorige eeuw is het nu een onafhankelijk land. Maar de meeste Bulgaren vinden nog altijd dat Macedoniërs Bulgaren zijn.
Het al te mateloze verbruik van de natuurlijke hulpbronnen die onze Aardei weet te bieden, zowel van de niet-hernieuwbare fossiele brandstoffen en delfstoffen als van de hernieuwbare bronnen. Voor die laatste komt het erop aan de natuurlijke productiecapaciteit van de Aardei en haar ecosystemen niet te overschrijden of uit te putten. Voorbeelden daar van zijn overbevissingi of overmatig oppompen van water. Voor de delfstoffen geldt de afweging van de beschikbare voorraden, van de recuperatiemogelijkheid en van de eventuele alternatieven. Maar heel vervelend voor de fossiele brandstoffen is dat de verbranding ervan de opwarming van de atmosfeer en klimaatveranderingi veroorzaakt, ruim voor hun uitputtingi dreigt.
Schrijf je in op de PALA nieuwsbrief
zijn we met te veel? In 2015 telt de wereld 7,350 miljard mensen. In de toekomst kijken is niet makkelijk, maar omstreeks 2050 zullen we in de medium schatting meest waarschijnlijk met zowat 9,73 miljard zijn. Ongeveer zoals vandaag zouden 1,29 miljard mensen in de nu rijke, vooral industriële landen leven, daar komt vergrijzing van. De nu veel armere landen zien hun bevolking aangroeien van goed 6,18 tot wel 8,44 miljard, met volgens sommigen dreigende overbevolking. Tegen 2100 zou de groei stevig terugvallen met een wereldbevolking van dan waarschijnlijk 11,21 miljard.
zijn we met te veel? In 2015 telt de wereld 7,350 miljard mensen. In de toekomst kijken is niet makkelijk, maar omstreeks 2050 zullen we in de medium schatting meest waarschijnlijk met zowat 9,73 miljard zijn. Ongeveer zoals vandaag zouden 1,29 miljard mensen in de nu rijke, vooral industriële landen leven, daar komt vergrijzing van. De nu veel armere landen zien hun bevolking aangroeien van goed 6,18 tot wel 8,44 miljard, met volgens sommigen dreigende overbevolking. Tegen 2100 zou de groei stevig terugvallen met een wereldbevolking van dan waarschijnlijk 11,21 miljard.
zijn we met te veel? In 2015 telt de wereld 7,350 miljard mensen. In de toekomst kijken is niet makkelijk, maar omstreeks 2050 zullen we in de medium schatting meest waarschijnlijk met zowat 9,73 miljard zijn. Ongeveer zoals vandaag zouden 1,29 miljard mensen in de nu rijke, vooral industriële landen leven, daar komt vergrijzing van. De nu veel armere landen zien hun bevolking aangroeien van goed 6,18 tot wel 8,44 miljard, met volgens sommigen dreigende overbevolking. Tegen 2100 zou de groei stevig terugvallen met een wereldbevolking van dan waarschijnlijk 11,21 miljard.
Hoe je het ook draait of keert, al onze welvaart komt van onze Aarde. Heel langzaam beginnen we een vervelende maar steeds belangrijker waarheid te erkennen. We kunnen ons niet veroorloven dat de talrijke economische activiteiten die we allemaal samen uitoefenen de draagkracht van onze planeet te boven gaan. Pas in de tweede helft van de twintigste eeuw zijn de mensen zich ervan bewust geworden dat de planeet waarop ze leven veel weg heeft van een kwetsbaar ruimteschip. Dat moeten we piekfijn in orde houden want we kunnen niet zonder.
Hoe je het ook draait of keert, al onze welvaart komt van onze Aarde. Heel langzaam beginnen we een vervelende maar steeds belangrijker waarheid te erkennen. We kunnen ons niet veroorloven dat de talrijke economische activiteiten die we allemaal samen uitoefenen de draagkracht van onze planeet te boven gaan. Pas in de tweede helft van de twintigste eeuw zijn de mensen zich ervan bewust geworden dat de planeet waarop ze leven veel weg heeft van een kwetsbaar ruimteschip. Dat moeten we piekfijn in orde houden want we kunnen niet zonder.
In de meeste zeeën en oceanen wordt al enkele decennia meer vis gevangen dan ze kunnen verdragen. We zijn nochtans al lang gewaarschuwd voor de kwalijke gevolgen van overbevissing. Begin jaren zeventig van vorige eeuw nemen de vangsten van ansjovis in Peru een forse duik van naar schatting wel achttien miljoen ton naar een paar miljoen ton. Omstreeks 1990 is het de beurt aan de kabeljauw voor de kusten van Newfoundland in Oost-Canada om vrijwel te verdwijnen.
Het natuurlijk broeikaseffect zorgt ervoor dat het op Aarde lekker warm is met gemiddeld 15°C. Maar te veel CO2 en andere broeikasgassen in de atmosfeer versterken dat broeikaseffect en vele wetenschappers waarschuwen voor de door de mens veroorzaakte extra opwarming en klimaatverandering. Ze wijzen op de gevaren van o.a. een stijgende zeespiegel, toenemend natuurgeweld en (te) snel opschuivende klimaatzones. Vind meer uitleg en een overzicht van belangrijke Pala artikels over klimaatverandering met links naar bronnen
Het al te mateloze verbruik van de natuurlijke hulpbronnen die onze Aarde weet te bieden, zowel van de niet-hernieuwbare fossiele brandstoffen en delfstoffen als van de hernieuwbare bronnen. Voor die laatste komt het erop aan de natuurlijke productiecapaciteit van de Aarde en haar ecosystemen niet te overschrijden of uit te putten. Voorbeelden daar van zijn overbevissing of overmatig oppompen van water.Voor de delfstoffen geldt de afweging van de beschikbare voorraden, van de recuperatiemogelijkheid en van de eventuele alternatieven. Maar heel vervelend voor de fossiele brandstoffen is dat de verbranding ervan de opwarming van de atmosfeer en klimaatverandering veroorzaakt, ruim voor hun uitputting dreigt.