Er zijn clubs waar mensen graag komen, en clubs waar je maar beter niet moet langsgaan. De Club van Parijsi verzamelt 19 rijke landen die leningen geven aan ontwikkelingslanden. Wanneer het Internationaal Monetair Fondsi (IMFi) een schuldencrisis in een ontwikkelingsland vaststelt, onderzoekt die Club van Parijsi de mogelijkheden om de schuld te verminderen en/of te herschikken. In ruil daarvoor moeten die landen vanaf de jaren ’80 meer en meer hun economieën liberaliseren en hun overheidsuitgaven beperken. Wanneer landen hun buitenlandse schuldenlasti niet meer aankunnen, komen hun bankiers samen in de Club van Londeni om een schuldherschikking te onderhandelen.
David Erdal, Schotse ondernemer, auteur en onderzoeker, getuigt over de kracht van de werknemerscoöperatie, voortrekker in betrokkenheid en tevredenheid van werknemers.
Laten we onszelf niets wijsmaken, de professionele NGO wereld is niet in staat om de belangrijkste globale trends die ons toenemend in crises dompelen te keren. Dat schrijft Barbara Unmüssig van de Heinrich Böll Stiftung. Reden genoeg dus voor de Reimagining Activism Conference in Berlijn begin november.
Voor wie zich afvraagt waar vluchtelingen en migranten vandaan zullen blijven komen. Noem één arm land dat de jongste decennia welvarend is geworden door internationale en ontwikkelingssamenwerking? Zo een land is jammer genoeg niet te vinden. De interessante vraag is 'waarom?' want anders zullen mensen moeten blijven vluchten.
De Verenigde Naties zijn klaar met de opvolger van de millennium (ontwikkelings)doelstellingen. Die krijgt als titel Onze wereld transformeren: agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling. Het is een verbetering, maar dan vooral omdat de millenniumdoelstellingen een absoluut dieptepunt vormden onder de VN-verklaringen.
Outsourcing komt sterk op in de mondiale economie van de 21ste eeuw. In 2000 was deze activiteit 45 miljard dollar waard. Twaalf jaar later gaat er in 2012 maar liefst 99 miljard dollar om in de wereld van de outsourcing.
Schrijf je in op de PALA nieuwsbrief
deze club verzamelt 19 rijke landen die leningen geven aan ontwikkelingslanden. Wanneer het Internationaal Monetair Fonds (IMF) een schuldencrisis in een ontwikkelingsland vaststelt, onderzoekt die Club van Parijs de mogelijkheden om de schuld te verminderen en/of te herschikken. In ruil daarvoor moeten die landen vanaf de jaren ’80 meer en meer hun economieën liberaliseren en hun overheidsuitgaven beperken.
het IMF is - samen met de Wereldbank - opgericht in 1944 in Bretton Woods (zie ook onder dat trefwoord).185 landen zijn lid. Met bijna 17 procent van de stemmen bezit de VS – de grootste aandeelhouder – als enige een vetorecht. Beslissingen vereisen immers een meerderheid van 85 procent. Erg democratisch functioneert het IMF dus niet. De Europese Unie kan ook boven die 15 procent drempel uitkomen maar slaagt er niet in gezamenlijk op te treden.Het IMF moet de wereldeconomie in goede banen leiden en houdt zich daarom bezig met de ondersteuning van munten, de financiële stabiliteit en de kredietverlening aan staten.Maar er rijst kritiek op zijn groeimodel en het éénzijdige en onvoorwaardelijke geloof in liberalisering en privatisering. De IMF activiteit blijft immers niet zonder gevolgen voor het sociale beleid van landen.Lidstaten die steun wensen van IMF en Wereldbank moeten hun economie aanpassen en die structurele aanpassingsprogramma’s voorzien dikwijls zware besparingen met nefaste gevolgen voor onderwijs, gezondheidszorg, werkgelegenheid, armoedebestrijding.Zeker t.a.v. ontwikkelingslanden in geldnood is het IMF heel machtig want ze zijn afhankelijk van het Fonds om aan geld te geraken bij financiële instellingen. De macht in het Fonds is verdeeld volgens het aandeel dat landen hebben in het kapitaal. Veel macht dus voor wie veel geld heeft, voor de rijke landen. Dan is het wel vreemd dat de landen van de Europese Unie met veel meer kapitaalsinbreng dan de VS, er niet in slagen om hun meer sociale opvattingen, hun concept van de welvaartstaat en van de sociaal en ook ecologisch gecorrigeerde markteconomie door te drukken.Het is dus niet zonder reden dat er mondiaal protest te horen is tegen het IMF en dat de internationale vakbondswereld en de Internationale Arbeidsorganisatie wijzen op de negatieve sociale gevolgen en druk uitoefenen. Het IMF moet dringend zijn historische opdracht terugvinden, namelijk om de economieën en het geldverkeer zo te begeleiden dat de levensstandaarden verhogen, iedereen werk heeft en we kunnen leven in een meer welvarende en vreedzame wereld.De jongste jaren verliest het Internationaal Monetair Fonds van zijn pluimen en zijn invloed. Nogal wat ontwikkelingslanden betalen hun schulden af om af te raken van hun afhankelijkheid. Vooral in Azië onderzoeken de nieuwe succesvolle economieën, die op een immense berg geld zitten, of er alternatieven zijn voor het IMF. En zelfs de regeringen van arme landen hebben nu de keuze om niet langer aan te kloppen bij IMF of Wereldbank maar leningen aan te gaan bij bijvoorbeeld China.
zie Internationaal Monetair Fonds
deze club verzamelt 19 rijke landen die leningen geven aan ontwikkelingslanden. Wanneer het Internationaal Monetair Fonds (IMF) een schuldencrisis in een ontwikkelingsland vaststelt, onderzoekt die Club van Parijs de mogelijkheden om de schuld te verminderen en/of te herschikken. In ruil daarvoor moeten die landen vanaf de jaren ’80 meer en meer hun economieën liberaliseren en hun overheidsuitgaven beperken.
Nog altijd torsen ontwikkelingslanden en andere landen allemaal samen een enorme buitenlandse schuld. Landen als Indonesië, India, Mexico en Argentinië moeten ruwweg een vijfde van hun handelsinkomen ophoesten voor de afbetaling van die schuld; Peru besteedt daar ruwweg een vierde aan, Ecuador, Hongarije, Bulgarije en Colombia besteden daar ruwweg een derde aan; Uruguay, Boeroendi, Guinee-Bissau, Turkije en Kazakstan zien om en bij veertig procent van hun handelsinkomen daaraan opgaan en Brazilië maar liefst 45 procent.
wanneer landen hun buitenlandse schuldenlast niet meer aankunnen, komen hun bankiers samen in de Club van Londen om een schuldherschikking te onderhandelen.