Strijd tegen armoede kijkt ook naar onrechtvaardige handel
dinsdag, 9 oktober 2007 - 13:11
Op 17 oktober wordt wereldwijd aandacht gevraagd voor de strijd tegen extreme armoedei. In meer dan 90 landen organiseert de Global Call to Action Against Poverty (GCAP) campagnes om aandacht te vragen voor de realisatie van de VN-Millenniumdoelstellingen. Die werden in 2000 plechtig afgekondigd tijdens een speciale zitting van de VN. Tegen 2015 zouden die doelstellingen bereikt moeten zijn. Op 1 juli 2007 was de campagneperiode dus halfweg, maar het ziet ernaar uit dat vooral de armste landen van Afrikai deze minimumdoelstellingen geenszins zullen halen. Dagelijks sterven nog 50.000 mensen aan de gevolgen van ziektes en andere oorzaken die perfect voorkomen hadden kunnen worden. Meer dan één miljard mensen moet overleven met minder dan één dollar per dag. Armoedebestrijding is evenwel slecht één aspect van de ontwikkelingsproblematiek. Hoe langer hoe meer wil de civiele samenlevingi betrokken worden bij discussies over de efficiëntie van de hulp, goed bestuur, schuldverlichting en vooral de economische globaliseringi. De groeiende kloof tussen arm en rijk op wereldschaal, maar ook binnen landen of landengroepen vormt een bedreiging voor een stabiele ontwikkelingi. Kumi Naidoo, voorzitter van de Zuid-Afrikaanse GCAP-afdeling, riep de deelnemers aan de actiedag van 17 oktober op extra aandacht te hebben voor het onrechtvaardige handelsbeleid waarvan de armste landen het grootste slachtoffer zijn. Vele actievoerders van de voorbije jaren zijn ontgoocheld geraakt door het gebrek aan politieke wil om de echte problemen van armoedei ook effectief aan te pakken. Daarom willen de organisatoren dit jaar de actiemiddelen uitbreiden tot de nieuwste mediai: blogs, videoboodschappen op You Tube en sms-acties moeten de wereldleiders herinneren aan de vele gebroken beloftes sinds 2000. Op een tweedaagse conferentie in het Tanzaniaanse Dar es Salaam onder de titel Mobilizing Aid for Trade riepen de deelnemers de Afrikaanse regeringsleiders op van hun handelsbeleid een echt instrument te maken voor ontwikkelingi. Vooral op het vlak van regionale integratie kan nog veel gebeuren ten gunste van een duurzame ontwikkelingi.
Uiterst ambigu en onbevredigend stapelbegrip, net als het begrip ontwikkeling zelf, wil zowat alles omvatten en zegt eigenlijk niets. Die onduidelijkheid verbergt dat het feitelijk om een light versie gaat van onze huidige economie die hier en daar wat bijschaving nodig zou hebben. Terwijl echte duurzaamheid drastische en structurele veranderingen impliceert, ja zelfs het ontwikkelen van een heel andere economie.
Schrijf je in op de PALA nieuwsbrief
Armoede is in de eerste plaats een gevolg van een gebrek aan inkomen. En dat gebrek is geen natuurramp. Mensen of samenlevingen zijn arm en verdienen te weinig omdat ze niet over de middelen en mogelijkheden beschikken om welvaart te creëren, of omdat de gecreëerde welvaart onvoldoende verdeeld geraakt. En soms hebben ze de pech dat het allebei waar is, dat de weinige welvaart terecht komt bij maar heel weinig mensen. Die ongelijke inkomensverdeling heeft alles te maken met ongelijke machtsverdeling. Om meer inkomen te verwerven en dus armoede te bestrijden is het nodig dat mensen meer te zeggen krijgen, dat ze meer politieke en economische macht verwerven dus. In die strijd speelden en spelen sociale bewegingen, vooral de werknemersbewegingen, een cruciale rol. Het belang van behoorlijk vergoed werk om fatsoenlijk te kunnen leven kan bijna onmogelijk overschat worden. Vandaar dat ook het realiseren van dit recht op werk nooit teveel kan worden beklemtoond.
Het armste continent, dat weten we allemaal. Maar in tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht is Afrika tevens het meest geglobaliseerde continent: de Afrikanen halen drie maal meer van hun povere inkomen uit internationale handel dan Europeanen of Amerikanen. Zij zijn dus veel meer ingeschakeld in de wereldeconomie dan andere continenten. Maar zij worden van de export van hun grondstoffen en landbouwgewassen niet rijker, zij verarmen er zelfs van. Dan spreken we beter van uitbuiting en niet van handel.
Het loopt niet altijd even vlot, maar overal ter wereld geven steeds meer mensen uiting aan hun emancipatiedrang. Werknemers, boeren, vrouwen, landlozen, consumenten, minderheden, activisten voor milieu, mensenrechten, cultuur... ze verenigen zich in tal van organisaties. Op dat maatschappelijke middenveld tussen individu en overheid - de civiele samenleving dus - wordt het gelukkig alsmaar drukker. Daar is er met andere woorden veel sociale beweging.
Globalisering of mondialisering is het proces waardoor mensen, producten, informatie, geld, grondstoffen makkelijker en sneller van de ene naar de andere plaats in de wereld kunnen worden gebracht. Daardoor is de wereld kleiner geworden en is er veel meer wederzijdse afhankelijkheid tussen landen.
De begrippen transitie en ontwikkeling lijken nu vaak tot heel aparte werelden te behoren. Maar voor wie begaan is met duurzaamheid, leunen ze net heel dicht tegen elkaar aan. Want zowel bij ontwikkeling als bij transitie gaat het erom hoe een situatie die niet duurzaam is, te ontwikkelen of een overgang te laten maken richting (meer) duurzaamheid. Ze zijn dus ten onrechte uit elkaar geslagen.
Armoede is in de eerste plaats een gevolg van een gebrek aan inkomen. En dat gebrek is geen natuurramp. Mensen of samenlevingen zijn arm en verdienen te weinig omdat ze niet over de middelen en mogelijkheden beschikken om welvaart te creëren, of omdat de gecreëerde welvaart onvoldoende verdeeld geraakt. En soms hebben ze de pech dat het allebei waar is, dat de weinige welvaart terecht komt bij maar heel weinig mensen. Die ongelijke inkomensverdeling heeft alles te maken met ongelijke machtsverdeling. Om meer inkomen te verwerven en dus armoede te bestrijden is het nodig dat mensen meer te zeggen krijgen, dat ze meer politieke en economische macht verwerven dus. In die strijd speelden en spelen sociale bewegingen, vooral de werknemersbewegingen, een cruciale rol. Het belang van behoorlijk vergoed werk om fatsoenlijk te kunnen leven kan bijna onmogelijk overschat worden. Vandaar dat ook het realiseren van dit recht op werk nooit teveel kan worden beklemtoond.
'Van wie zijn de media? De media zijn van ons'; 'Een democratische samenleving koestert betrouwbare media'; 'De mediatoekomst is aan encyclopedische journalistiek'; 'Een goede publieke omroep is best voor iedereen'; 'De openbare omroep moet dan wel de best mogelijke informatie garanderen'Vind deze artikels en nog andere over media en het belang van een goede publieke omroep op Pala.
De begrippen transitie en ontwikkeling lijken nu vaak tot heel aparte werelden te behoren. Maar voor wie begaan is met duurzaamheid, leunen ze net heel dicht tegen elkaar aan. Want zowel bij ontwikkeling als bij transitie gaat het erom hoe een situatie die niet duurzaam is, te ontwikkelen of een overgang te laten maken richting (meer) duurzaamheid. Ze zijn dus ten onrechte uit elkaar geslagen.
Uiterst ambigu en onbevredigend stapelbegrip, net als het begrip ontwikkeling zelf, wil zowat alles omvatten en zegt eigenlijk niets. Die onduidelijkheid verbergt dat het feitelijk om een light versie gaat van onze huidige economie die hier en daar wat bijschaving nodig zou hebben. Terwijl echte duurzaamheid drastische en structurele veranderingen impliceert, ja zelfs het ontwikkelen van een heel andere economie.