Wereldvluchtelingendag: aandacht voor lot Iraakse en Somalische vluchtelingen in buurlanden
Eind 2007 telde de wereld, volgens de meest recente officiële cijfers van de UNHCR, de vluchtelingenorganisatie van de Verenigde Naties (VN), 11,4 miljoen vluchtelingen i. Nog eens 26 miljoen mensen waren ontheemden in hun eigen land (of IDPs in het jargon: internally displaced people). De overgrote meerderheid van de vluchtelingen vindt een tijdelijk onderdak in opvangkampen in een buurland, slechts een kleine minderheid slaagt erin om in andere continenten een min of meer veilig bestaan op te bouwen.
Naar aanleiding van Wereldvluchtelingendag, die elk jaar op 20 juni wordt gehouden, vroeg UNHCR dit jaar extra aandacht voor de nood aan bescherming van vluchtelingen, vaak de meest kwetsbare mensen. Want daar loopt het grondig mis. Hoe langer hoe meer (rijke) landen nemen restrictieve maatregelen die het vluchtelingen bijna onmogelijk maken om het land op een legale manier binnen te komen. Bovendien doet de internationale gemeenschap bijzonder weinig om landen in het Zuiden te ondersteunen die te maken krijgen met grote vluchtelingenstromen uit buurlanden ten gevolge van oorlogen of natuurrampen.
In een recent rapport klaagt de mensenrechtenorganisatie Amnesty International het gebrek aan steun aan voor de opvang van Iraakse vluchtelingen in Syrië en Jordanië. Beide buurlanden van Irak kregen de voorbije jaren te maken met een enorme toevloed van Irakezen die het aanhoudende geweld en de bedreigingen in eigen land trachtten te ontvluchten. Tot december 2007 konden Irakezen zelfs zonder visum Syrië binnenkomen. Niemand weet precies hoeveel Irakezen vandaag in Syrië wonen, de cijfers lopen uiteen van 800.000 tot 2 miljoen, maar de overgrote meerderheid is illegaal en heeft geen recht er te werken. De Syrische overheid zag zich verplicht om de toevloed aan banden te leggen omdat er geen antwoord kwam op herhaalde verzoeken tot internationale steun. Met een fractie van wat de VS in Irak aan militaire acties spenderen, zouden de vluchtelingen nochtans een menswaardig bestaan kunnen opbouwen.
António Guterres, de Hoge Commissaris voor de Vluchtelingen en in een vorig leven premier van Portugal, reisde vorige week naar Kenia om er het lot van de Somalische vluchtelingen onder de wereldaandacht te brengen. Wereldwijd zijn de Somaliërs de vijfde grootste groep vluchtelingen. Na meer dan 17 jaar van burgeroorlog en bestuurlijke chaos blijven grote groepen Somaliërs hun land ontvluchten. Dagelijks komen nieuwe vluchtelingen aan in het grote UNCHR-opvangkamp van Dadaab - 20.000 sinds januari 2008, dat net over de grens in het droge noorden van Kenia ligt. Het kamp was oorspronkelijk bedoeld voor niet eens de helft van de 200.000 mensen die er vandaag opeengepakt moeten overleven. Zonder de noodzakelijke bescherming van vluchtelingen wordt het recht op asiel uitgehold dat aan de basis lag van de oprichting van UNHCR in 1951, zei Guterres. (JVC)
Weblinks
klik hier UNHCR Wereldvluchtelingendag 20 juni 2008
klik hier voor Amnesty International over vluchtelingen uit Irak
klik hier voor briefschrijfactie Vlaamse AI-afdeling voor Iraakse vluchtelingen