27. Als het huis brandt, moet je blussen
Nu olie stilaan vrij duur wordt – maar nog niet zo duur als vijfentwintig jaar geleden - beginnen consumenten
i zich ongemakkelijk te voelen. Het is waar, de huidige olieprijzen brengen een vrij aanzienlijke mondiale inkomensherverdeling met zich mee. Zo verliest een land als België op een jaar ruim drie miljard euro, zowat één procent van zijn welvaart, meer dus dan de 0,7 procent die rijke landen jaarlijks beloven te geven aan ontwikkelingssamenwerking
i. Dat geld
i belandt dan helaas vooral bij wie al onterecht in het geld zwemt, de financiële petro-elites van het Midden-Oosten, Algerije, Indonesië, Mexico, Nigeria, enzovoort.
Nu de prijs van fossiele energie
i hoger is, verhoogt ook een beetje de belangstelling voor andere energievormen zoals biodiesel of zonne-energie, nog steeds veel te weinig en niet om de belangrijkste reden.
Want de dure olie versluiert ons echte probleem. De aarde i, dat kwetsbare ruimteschip van ons, het huis waarin we leven, staat in brand. En dat heeft, spijtig genoeg, niets te maken met milieupessimisme of doemdenken.
We hebben meer dan genoeg aan de harde feiten: de mens verwarmt de aarde op nooit geziene wijze, zorgt voor riskante klimaatwijzigingen, laat planten en dieren minstens honderd maal sneller uitsterven dan normaal, put de natuurlijke hulpbronnen uit en vergeet dat onze economie i deel uitmaakt van het ecosysteem aarde. Maar wanneer we ons natuurlijk kapitaal i opsouperen en de ecologische productie vermindert – van water, energie, allerlei grondstoffen i, voedsel i – beleven we uiteindelijk een onvermijdelijke terugval in economische productie, van onze welvaart dus. Volgens sommige studies leidt economische groei i nu al in veel landen tot minder in plaats van meer welvaart. Die vaststelling zet trouwens ons hele economische ontwikkelingsmodel op de helling, maar dat is stof voor een latere opinie.
Snel terug naar ons brandende ruimteschip. De wetenschapper Hans Bruyninckx spreekt van een sociaal-ecologische ineenstorting tegen 2050 als meest waarschijnlijke scenario. Let op, een scenario, hoe waarschijnlijk ook, is geen voorspelling. Het geeft enkel aan welke koers ons ruimteschip momenteel vliegt. Niemand verplicht ons die koers te blijven aanhouden. We zijn volledig vrij om het stuur te keren, weg van de sociaal-ecologische catastrofe. Maar ondanks alle informatie waarover we soms sinds tientallen jaren beschikken blijven we (voorlopig) kiezen voor een economie die vooral onze toekomstige welvaart vernietigt.
Dat is vreemd omdat we meestal toch proberen vooruit te kijken. We investeren nogal wat in onderwijs en goed opgeleide mensen, we proberen onze levensloop - dan een job, dan een huis, dan kinderen - wat te plannen (sommigen vrijwel enkel hun carrière), ouderen trachten zelfs de dood een beetje te slim af te zijn met een tijdige schenking aan hun kinderen. Hoe komt het dan dat we er samen zo slecht in slagen om de aarde waarvan we leven te respecteren en om ons voor te bereiden op hoe we morgen onze gezamenlijke welvaartstaart bakken? Is het omdat we ons oor liever te luisteren bij wie beweert dat het allemaal niet zo een vaart loopt? Of dat het desnoods met wat milieu-investeringen wel goed komt – maar verstookte olie en uitgestorven soorten komen nooit terug, en een opwarming die uit de hand loopt is niet zomaar terug te draaien, dan komt bluswerk hopeloos te laat.
Als we uitgaan van de werkelijke toestand van onze planeet en wat nadenken, weten we nochtans best waar het naartoe moet. We hebben geen andere keuze dan een echt duurzame economie i uit te bouwen. Eerst en vooral moeten we daarbij ons natuurlijk kapitaal in stand houden. De biodiversiteit i van planten en dieren moeten we maximaal behouden – ze is wellicht onze beste levensverzekering – en we moeten de productiecapaciteit van velden, weiden, bossen en waters bewaren en liefst opnieuw verhogen – gedaan b.v. met het overbevissen van de oceanen. De rest van onze welvaartsproductie mag het natuurlijk kapitaal niet aantasten – onze economie zal dus vooral op hernieuwbare energie i moeten steunen – en wetenschap i en technologie dragen volop bij aan milieuvriendelijke producten en productiewijzen. Alleen zo krijgen we zicht op een economie die de gerechtvaardigde materiële behoeften van zes en een half miljard wereldburgers duurzaam kan invullen zonder dat ons aardse huis uitbrandt, dus zonder dat we het vermogen van de komende generaties aantasten om aan hun behoeften te voldoen.
Blijft die andere fundamentele vraag, is er dan ook voldoende productie, werk i en inkomen voor al die wereldburgers om zich van de nodige welvaart te kunnen verzekeren? Kan een ecologisch duurzame economie m.a.w. ook sociaal zijn? Stof voor themabrief 28.
Dirk Barrez, journalist en auteur, 1 september 2005
Reageren en meedenken kan op ons forum, onder het discussiethema Hoe behouden we de aarde? Zorg voor korte, doordachte bijdragen, zo komen we samen verder.
Overname van de brief door niet-commerciële initiatieven of verenigingen mag, mét volgende bronvermelding: Dirk Barrez, PALA i nieuwsbrief over onze globaliserende wereld, voor gratis abonneren en forum surf naar www.globalsociety.be. Wij vernemen dat graag met een mail naar info@globalsociety.be
Voor wie nog meer discussiestof wil, surf naar het boek op deze site en lees vooral delen 1 'Hoe behouden we de aarde?', 2 'Hoe behouden we dieren en planten?' en 3 'Kan de mens leven?'
Schrijf in op de PALA nieuwsbrief
verschijnt maximaal 2 maal per maand
een journalistieke kijk op onze globaliserende wereld
Hoe is de wereld eraan toe? Waar moet het naartoe? Hoe geraken we daar?
PALA zoekt met haar nieuwsbrief, website en boeken de antwoorden voor een meer sociale, ecologische en democratische samenleving en economie