Over de hele wereld trekken mensen naar de rijke gebieden: Mexicanen en Salvadoranen naar de Verenigde Staten, Argentijnen naar Italië en Spanje, Egyptenaren en Pakistani naar het Midden-Oosten, Zuidoost-Aziaten naar Zuid-Korea en Japan. Wereldwijd is de allergrootste migratie die van platteland naar stad, meestal binnenin landen.
De informaticarevolutie maakt mogelijk dat het financiële kapitaal de klok rond de wereld afdweilt. En vanaf de jaren zeventig hebben de politici de kapitaalstromen zowat alle vrijheid gegeven, door de kapitaalmarkten altijd maar verder te liberaliseren. De theorie zegt dat die vrije kapitaalstroom goed is voor de economie. De praktijk wijst meer dan eens op het tegendeel. Speculatie en kuddegeest op de financiële markten halen meer dan eens zelfs goeddraaiende economieën onderuit, denk aan de Aziatische crisis. Dat bedrijven die op lange termijn willen investeren, zichzelf van de beurs halen om aan die kortzichtige financiële dictatuur te ontsnappen stemt tot nadenken.