Het nieuwe boek ‘Coöperatiesi. Hoe heroveren we de economiei?’ van Dirk Barrez lokt heel wat recties uit. Walter Lootens, auteur van ‘De nieuwe coöperatiei, tussen realiteit en utopiei’ voegt deze recensie toe aan het debat.
Dirk Barrez is een gedreven journalist die geen hete maatschappelijke hangijzers uit de weg gaat. Integendeel, hij zoekt ze juist op, werkt zich grondig in, neemt gedurfde standpunten in en lanceert van daaruit creatieve voorstellen, die out of the box denken.
Afbeelding
Schrijf in op de PALA nieuwsbrief
verschijnt maximaal 2 maal per maand
een journalistieke kijk op onze globaliserende wereld Hoe is de wereld eraan toe? Waar moet het naartoe? Hoe geraken we daar?
PALA zoekt met haar nieuwsbrief, website en boeken de antwoorden voor een meer sociale, ecologische en democratische samenleving en economie
Dat doet hij nu ook weer in zijn laatste boek waarin hij een aanstekelijk pleidooi houdt voor coöperatief ondernemen. Deze manier om aan economiei te doen kan ‘ons zelf voorbij het desastreuze financieel kapitalisme voeren’. Dat is zijn gelukkigste conclusie waarmee hij tevens uitdagend een dikke knuppel in het linkse hoenderhok werpt.
“We maken onze structuren om er kwaad op te kunnen zijn. Want als we onze utopieëni geen vorm geven, Hebben we niets in handen. Dan kunnen we alleen maar janken van onmacht.”
Dat schrijft deze ex-VRT-journalist in zijn voorwoord. Daarmee is de toon van dit boek al meteen gezet. Het is een voluntaristische oproep om te reiken naar de concrete utopiei, naar wat, Blochiaans gezegd, nog niet is, maar mogelijk blijft.
Het is tevens een aansporing om niet bij de pakken te blijven zitten van dat financieel desastreus kapitalisme, maar om de handen uit de mouwen te steken om een sociaalecologische samenleving dichter bij te halen. Coöperatiesi kunnen daarin een niet onbelangrijke rol spelen. Dat vindt Barrez.
Daarmee trekt hij de lijn door van zijn boek “Van eiland tot wereld. Appèl voor een menselijke samenleving” uit 2008. Wie de weg van de coöperatiei inslaat, neemt die toekomst zelf in handen. Dat zijn geen loze woorden, zeker niet als ze worden uitgesproken door iemand die mede de aanjager is van initiatieven als PALAi.be, Global Society vzw, vwww.dewereldmorgen.be en de coöperatieve bank-in-wording NewB.
“Coöperatiesi” draagt als vragende ondertitel “Hoe heroveren we de economiei?” en daarmee richt de auteur zich in de eerste plaats naar de 99 procent aardbewoners, zowel in het Noorden als in het Zuiden, van wie leven en welzijn gedomineerd worden door die 1 procent steenrijken der aardei.
In negen korte, vlot leesbare hoofdstukken, gelardeerd met veel cijfermateriaal en op basis van een grote terreinkennis, neemt de auteur zijn lezers op sleeptouw door de relatief onbekende wereld van het coöperatieve ondernemen. Wie geregeld DeWereldMorgen.be leest, zal zeker elementen herkennen die Barrez al eerder in een minder systematische vorm heeft neergeschreven.
Ondanks de overduidelijke revival van het fenomeen maken onderwijs en pers er toch slechts met mondjesmaat melding van. ‘Economiei’ beperkt zich doorgaans tot de neoliberale verschijningsvorm, die door Nobelprijswinnaar Milton Friedman en zijn Chicagoboys vanaf de jaren zeventig van vorige eeuw tot zaligmakend evangelie werd verklaard.
Acteur Ronald Reagan en iron lady Margaret Thatcher introduceerden deze doctrine in het Westen en het IMFi en de Wereldbanki dwongen landen in het Zuiden van deze planeet tot draconische structurele aanpassingsprogramma’s om tot economische groeii te komen.
Ook in Europa bestrijdt men crisis op crisis volgens dezelfde neoliberale recepten, die sociaal volledig contraproductief werken. Partijen als N-VA die zich dat discours hebben eigen gemaakt, zijn intussen de beste leerlingen in het klasje van Milton Friedman en consoorten. Out of the box denken is er niet bij. Dat doet Barrez wel vanuit de vraagstelling “Hoe heroveren we de economiei?”
Met dat ‘heroveren’ verwijst hij, zoals de economische antropoloog Karl Polanyi, naar een samenlevingsmodel dat altijd en overal bestaan heeft en waarin economische activiteiten ingebed zaten in het geheel van die samenleving. Van een op zichzelf staand domein van de economiei was volgens Polanyi nooit sprake.
Uiteraard werd er gehandeld, maar dat gebeurde vooral lokaal. Van ‘markten’ in de moderne zin van het woord was geen spoor te bekennen. Bij die handel speelde het individuele streven naar winst bovendien een ondergeschikte rol, juist omdat de economiei onderdeel was van een gemeenschap keek je wel uit om al te veel geldi te verdienen ten koste van een ander. Voor je het wist, werd je uit het dorp verstoten.
Wederkerigheid en herverdeling waren daarom veel belangrijkere motieven dan welvaart vergaren. Volgens Barrez kunnen coöperatiesi een krachtig wapen zijn om die economiei te heroveren en om te reageren tegen de moderne roofridders, met name financiële, energie- of andere concerns die zoveel machti verzamelen en monopoliseren.
Een streepje theorie
In een eerste deel ‘Tussen kapitalisme en staat’ brengt Barrez een streepje relevante theorie aan waarvan ik voornamelijk de zeven coöperatieve principes onthoud, zoals ze geformuleerd werden door de Engelse Rochdale-pioniers uit de negentiende eeuw.
Vooruitlopend op zijn excursies in volgende hoofdstukken onderscheidt hij vijf soorten coöperatiesi. De traditioneel meest bekende, en meest voorkomende, zijn de zogenaamde verbruikers- of consumentencoöperaties, zoals de Welvaart- en Coop-winkels, zeker niet onbekend bij wie al wat ouder is. Als deelsoort van de verbruikerscoöperaties onderscheidt Barrez de financiële coöperatiesi zoals Bacob en Cera in België ooit waren en de Rabobank in Nederland nog steeds is.
Een niet onbelangrijk deel van Barrez’ analyse gaat over de op- en neergang van deze banken, die een zeer belangrijke kunnen spelen in het coöperatieve verhaal, als er tenminste niet buiten de lijntjes wordt gekleurd zoals met ARCO en Dexiai is gebeurd. Daarom is het zo belangrijk dat het elan van NewB zal leiden tot een nieuwe coöperatieve bank in België.
Een andere belangrijke coöperatieve bedrijvigheid komt van ondernemers of producenten die zich verenigen om aan schaalgrootte te winnen. Vooral landbouwers, zoals de melkveehouders van Milcobel, hebben zich verenigd in producentencoöperaties.
De zogenaamde werknemerscoöperatiei, waar de werknemersi de coöperanten en dus de bazen zijn, kan, zoals het Spaanse Mondragón, een heel sterke economische speler zijn.
Wanneer mensen, bedrijveni of verenigingen zich groeperen in aankoopcoöperaties zoals Samen Sterker of Selexion, doen ze dat om samen sterker te staan en betere prijzen te krijgen voor de waren en diensten die ze gezamenlijk kopen van producenten.
Barrez onderscheidt ten vijfde ook – hij zal daar bij het formuleren van zijn voorstellen uitvoerig op terugkeren – zogenaamde gemengde coöperatiesi waarbij zowel klanten als werknemersi leden zijn van bijvoorbeeld een coöperatieve bank of supermarktketen.
Vanaf het tweede deel “Consumenten op het spoor van duurzaamheidi” begint Barrez aan een rondreis in de wereld van coöperatiesi en daarvoor trekt hij naar Zwitserland om kennis te maken met de twee consumentencoöperaties Migros en Coop, die met lengtes voorsprong het supermarktlandschap in dat Alpenland beheersen.
Zij hebben Carrefour in het zand doen bijten en wisten met haar bijna vijf miljoen leden (van de net geen acht miljoen Zwitsers) Aldi en Lidl af te houden. Barrez ontdekt, enthousiasmeert, maar wordt nergens euforisch. Coöperatiesi zijn een boeiend fenomeen, maar geen wondermiddel. De journalist heeft op zijn reizen zijn kritische zin niet vergeten mee te nemen.
Zo snijdt hij in deel drie “Succes en falen” het pijnlijke verhaal van het Arco-débâcle aan dat nochtans zo mooi begonnen was als de coöperatieve werknemersbank Bacob. “Vergis je niet,” schrijft hij, “Dexiai is niet kapot gegaan omdat het een coöperatiei was, maar omdat het zich verkocht heeft aan de casino-economiei.”
Deel vier ‘Greep op het geldi’ is veel hoopvoller en begint met een uitstap naar het Canadese Québec ,waar meer dan honderd jaar geleden Alphonse Desjardins met een bescheiden coöperatieve bank begon, die nu is uitgegroeid tot de coöperatieve financiële groep Desjardins met 5,6 miljoen leden en 400 lokale kredietcoöperaties.
Dat overwegend mooie verhaal was een geschikte opstap voor Barrez om de ontstaansgeschiedenis van NewB, waarvan hij mede-oprichter is, te schetsen. 44.000 coöperanten, waaronder 101 organisaties, streven ernaar om uiterlijk tegen 2015 een licentie te verwerven om te mogen bankieren. NewB probeert - en met succes - haar coöperanten actief te betrekken bij het tot stand komen van de bank.
Het optimaal organiseren van de interne democratie is immers zeer belangrijk. Dat is een belangrijke les uit de coöperatieve geschiedenis. Barrez: “Bereid de coöperanten van in het begin ook al voor op het bewaken van de instituties die ze creëren. Zodat de coöperatiesi, hoe groot ze ook worden, blijven doen waarvoor ze zijn opgericht, altijd opnieuw in dienst van hun leden en van de samenleving.” (p. 79). Dat zijn wijze woorden, gebaseerd op lessen die we uit het verleden hebben kunnen trekken.
Voordat Barrez in deel zes het Belgische coöperatieve plaatje opentrekt, kijkt hij nog eens goed over de grenzen - naar Canada, Italië, Brazilië, Argentiniëi en naar het Baskische Mondragón - en dan blijkt dat België zeker geen topland is op het vlak van coöperatief ondernemen.
Toch blijkt uit twee lange interviews met Lieve Jacobs van Coopburo en Peter Bosmans van Febelcoop dat er in België toch ook veel beweegt op dat vlak. Er zijn ongeveer 26.000 coöperatiesi waarvan echter slechts een 500 erkend zijn door de Nationale Raad voor de Coöperatiei, wat ten dele kan worden verklaard door een zeer liberale wetgeving waarin ook ondernemingen onderdak kunnen vinden alleen maar om er financiële voordelen uit te halen.
De steile opgang van energiecoöperatie Ecopower, maar ook Beauvent, het reclamebureau Choco en het grafisch bureau Magelaan - Barrez kiest voornamelijk voorbeelden uit het noorden van het land, maar ook in het zuiden leeft de coöperatieve gedachte sterk - zijn maar enkele van de vele voorbeelden die in het boek vermeld worden.
In deel acht breekt Barrez een lans voor het terugwinnen van de commonsi, van alles wat mensen met elkaar delen, gaande van de globale atmosfeer, oceanen, meren en rivieren, maar ook genen, zaden, bossen, mineralen, vrije en open software, interneti, wind- en zonne-energie, visgronden, agro-ecologische kennis, vrije cultuur, parken en andere publieke ruimten, geldsystemen, sportclubs en ga zo maar door.
Hoe beheren we wat van iedereen is? Barrez pleit voor de oprichting van gemengde coöperatiesi. De meeste coöperatiesi verbinden en bundelen leden met een gezamenlijk belang, maar coöperatiesi kunnen volgens hem ook een oplossing bieden voor de verwachtingen van heel verschillende belanghebbenden.
Hij vraagt zich af: “Waarom zouden onderzoekers, onderwijzend personeel, andere medewerkers, ouders, studenten, overheden niet beter werken in een coöperatief verband als het om de organisatie van onderwijs gaat?” Ook voorschoolse kinderopvang is al even belangrijk als onderwijs. Daar zijn werknemersi, ouders en overheden mogelijke partners om coöperatieve initiatieven te ontplooien. Barrez vermeldt ook ouderenzorg en ziekenhuizen als mogelijke werkterreinen voor gemengde coöperatiesi.
De auteur draagt ook radicale coöperatieve oplossingen aan voor Belfius, bpost, Telenet, Belgacom, Electrabel en misschien ook het beheer van windmolens op zee. Maak van Belfius, zegt hij, een publiekscoöperatiei en geef aan dat overheidsbedrijf het statuut van coöperatiei met exact altijd evenveel vennoten als er Belgen zijn.
“Zo creëren we de mengvorm van de publiekscoöperatiei, een heel beloftevolle formule om maatschappelijk te ondernemen. Dan is en blijft Belfius een overheidsbedrijf, en tegelijkertijd zijn alle burgers er onvervreemdbaar eigenaar van. Zij zijn van geboorte tot dood de vennoten van hun bedrijf en kunnen hun aandeel niet verkopen.” (p. 161)
Dirk Barrez maakt met zijn boek ook heel wat controverses los in linkse middens en dat is een andere, niet onbelangrijke verdienste van dit boek. De spits werd afgebeten door Ludo de Witte die op 28 januari 2014 in www.dewereldmorgen.be een kritische, goed onderbouwde reactie schreef onder de niet mis te verstane titel ‘Met coöperatiesi de economiei heroveren? Over het volkskapitalisme als politieke illusie’.
Hij schrijft onder meer: “De uitgever stelt, in een presentatie van het boek: “Barrez besluit dat deze bedrijveni, waar werknemersi de baas zijn, ons uit het desastreuze financieel kapitalisme kunnen helpen. Het is een standpunt dat met kracht moet worden verworpen, willen we ons kompas gericht houden op het centrale doel: de vervanging van het dog-eat-dog kapitalisme door een rationelere, rechtvaardigere, gelukkigere samenleving die ook moeder aardei koestert in plaats van leeg te roven.”
Op het einde van zijn betoog stelt hij onomwonden: “Het ‘volkskapitalisme’ als hedendaagse ideologie is een capitulatie voor het alomtegenwoordige neoliberale eenheidsdenken. Als politieke stroming komt het neer op een plekje zoeken in de poriën van het kapitalistische lichaam. Het creëert illusies en leidt aandacht en energie af van de uitbouw van een politieke tegenmacht die fundamenteel van nationale en op termijn ook van internationale aard moet zijn, want het kapitalisme is een internationaal systeem.”
Dat er scherpe reacties zouden volgen op dit boek was wel te verwachten, want coöperatiesi hebben ook in de loop van de geschiedenis van de arbeidersbeweging - en zeker in de tweede helft van de negentiende eeuw - voor heel wat ideologisch gebakkelei gezorgd. Zowel aan de linkerzijde als aan de rechterzijde werden er voor- en tegenstanders gevonden.
Door zijn hybride karakter paste het coöperatieve profiel eigenlijk in geen enkel ideologisch discours. Voor de liberalen was de coöperatiei te socialistisch, voor de socialisten te burgerlijk en voor de katholieken te liberaal. De coöperatiei van Rochdale-snit was een nieuw model, maar een model waarvoor? Om arbeiders in staat te stellen een beter leven op te bouwen? Om de maatschappelijke ordening te veranderen of, omgekeerd, om het bestaande beter en soepeler te kunnen bestendigen?
Anarchisten en marxisten
Coöperatiesi zijn ideologisch altijd een glibberig terrein geweest: te ‘socialistisch’ voor de ene, te ‘liberaal’ voor de andere. Coöperatiesi vormden ook een taai strijdpunt tussen anarchisten en marxisten. Ik ga daar in “De nieuwe coöperatiei” nader op in. Voor Proudhon begon de sociale revolutie met de strijd in coöperatiesi en werkplaatsen.
‘De sociale revolutie,’ zo schreef hij, ‘wordt ernstig in gevaar gebracht door de politieke revolutie.’ De Franse anarchist geloofde dat de sociale strijd zonder geweld gestreden kon worden, dat de maatschappij veranderd kon worden met de rede en het stellen van voorbeelden. Proudhon en zijn volgelingen meenden dat de arbeidersbeweging zich helemaal niet hoefde te profileren in de politieke strijd. Zij zagen de redding van de arbeiders in een federatie van communes, mutualisme en coöperatiesi.
Karl Marx was het daar helemaal niet mee eens. Het is trouwens Marx himself die de term ‘utopisch socialisme’ eerder als een scheldnaam lanceerde. Marx en Engels zagen geen heil in het uitwerken van blauwdrukken voor een socialistische maatschappij. Zij beschouwden dat als nutteloze intellectuele speculaties. Vandaar dat zij figuren als Godin, Fourier en Proudhon eerder als dromers en zwetsers beschouwden.
In hun ogen trachtten de utopisten zich met een sprong in hun verbeelding buiten de tijd te plaatsen. Zij hadden volgens hen geen notie van de krachten en processen die de historische ontwikkelingi bestuurden. Daartegenover plaatsten zij hun ‘wetenschappelijk socialisme’ dat een ‘juiste’ verklaring van de geschiedenis was, en dan met name van de klassenstrijd. De plannen van de utopische socialisten waren bijgevolg gedoemd om te mislukken en bovendien gevaarlijk.
Voor Marx stond het veroveren van de politieke machti in de staat voorop. Niet zo voor Proudhon en volgelingen. Beide groepen streefden het einde van het kapitalisme na, maar op een totaal verschillende manier. Bij het tot stand komen van de Eerste Internationale in 1864 vormden de productiecoöperaties – niet de consumptiecoöperaties omdat Marx alleen oog had voor de productieverhoudingen – een belangrijk strijdpunt tussen de aanhangers van het ‘wetenschappelijk’ en ‘utopisch’ socialisme.
De coöperatiei werd de inzet van een felle ideologische strijd tussen wereldverbeteraars en dat is nog steeds het geval - zie de reactie van Ludo De Witte - waarbij grosso modo dezelfde vraagstelling steeds weer naar boven komt. Was en blijft de coöperatiei een instrument om de maatschappelijke ordening te veranderen, om het bestaande beter en soepeler te kunnen bestendigen of … gaat het hier om een derde weg zoals je nu meer en meer stemmen hoort opgaan, zoals die van de Luikse hoogleraar Jacques Defourny?
Een hybride onderneming
Een coöperatiei is en blijft een zeer hybride ondernemingsvorm. Wat doe je immers met een economische constructie, die een intermediaire maatschappelijke ruimte probeert in te nemen en die zich op het kruispunt van verschillende relaties bevindt: tussen staat en burgers, tussen de lokale gemeenschap en de nationale staat, tussen het economische en het sociale.
Coöperatiesi bewegen zich niet buiten, maar in de marge van de vrijemarkteconomie. Ze zijn een verrassende combinatie van concreet utopisch denken en het noodzakelijke dagelijkse realisme om een onderneming te laten overleven die niet alleen winstmaximalisatie vooropstelt. Een versmelting dus van utopiei en realisme, van radicalisme en pragmatisme.
Misschien zit in dat moeilijk classificeerbare wel de grote waarde van het coöperatieve verhaal. Een ding is zeker: er is in bepaalde vormen van coöperatief ondernemen een concreet utopische onderstroom aanwezig die moet gekoesterd worden, maar waarmee men ook voorzichtig moet omspringen. Zoals de filosoof Hubert Dethier zo mooi zegt: “We moeten ervoor zorgen dat de steen van Sisyphus aan de top van de berg net dat punt van broos evenwicht bereikt, waarop hij niet terug naar beneden rolt.”
Van onderuit
Is het coöperatieve ondernemen dan een wondermiddel? Neen, natuurlijk niet, en dat beweert Dirk Barrez in zijn boek ook niet. De coöperatieve beweging situeert zich echter binnen het perspectief van ‘un million de révolutions tranquilles’. De Franse journaliste Bénédicte Manier beschreef zo al die kleine initiatieven in haar gelijknamig boek, die zich afkeren van een gederailleerde vrije markt en die aan een creatieve zoektocht zijn begonnen om de commonsi, ‘le bien commun’ te mutualiseren.
Die zoektocht vindt plaats zowel binnen als buiten het kader van de vrije markt. Zoals blijkt uit een groot aantal internationale voorbeelden kunnen coöperatiesi die een plaats verworven hebben in een of ander marktsegment een belangrijke motorfunctie vervullen in het humaniseren van de economiei.
Dat zijn de ‘kleine revoluties’ van onderuit waarover Rik Pinxten het heeft. Even afstappen van de grote verhalen en macroanalyses is geen intellectuele doodzonde. Integendeel, het biedt uitzicht op beweging aan de basis, en die verloopt zeker niet altijd volgens de klassieke ideologische krijtlijnen.
De zoektocht naar meestal kleinschalige alternatieve werki- en levenswijzen, communes, woongemeenschappen, coöperatiesi die met elkaar associatieve of federatieve verbanden aangaan werden niet begraven in de 19[de] eeuw met het anarchisme of het libertair socialisme. Ze kwamen weer tevoorschijn tijdens de studentenrevolte in mei ’68 en waren ook aanwezig in de recentere andersglobalistische beweging, het optreden van de indignados en in sommige onderdelen van wat tegenwoordig nogal breed de transitiebeweging wordt genoemd.
Pinxten houdt in zijn boek een pleidooi om ook het belang van micro-ontwikkelingen te erkennen en hij gebruikt daarvoor het beeld van de weg van het water. Water, zo schrijft hij, druppelt langzaam, geduldig en aanhoudend op de harde rots om zo de vorm van de rots te veranderen. Elke waterdruppel is ongelooflijk krachtig en vele aanhoudende waterdruppels kunnen de aardei veranderen. Een revolutie is in de eerste plaats een proces in het bewustzijn van mensen. En dat vraagt tijd.
Rol van de staat
Maatschappijverandering - transitiei naar een sociaalecologische samenleving heet het nu – kan natuurlijk niet enkel steunen op voluntaristische coöperatiesi en allerhande bewegingen van onderuit. De staat moet een belangrijke rol blijven spelen, niet als een terugwijkende maar als een ondersteunende overheid, die echt moet gaan faciliteren.
Er zijn heel veel belemmeringen voor coöperatief ondernemen en bij uitbreiding voor al die vaak kleine, maar hoopvolle bewegingen van onderop. Die obstakels moeten allemaal worden weggenomen. De overheid kan helpen met het bij elkaar brengen van coalities, partijen bij elkaar brengen. De overheid kan helpen met het ontwikkelen van slimme financiële arrangementen. De overheid moet echter niet zelf organiseren maar zorgen dat de burgers dat doen. Dat is de taak van een faciliterende overheid.
Zoals Michel Bauwens in zijn boek ‘De wereld redden’, zou ik willen pleiten voor publieke-commonsi-samenwerking, wat kan leiden tot ‘commonificatie van openbare diensten’. Als voorbeeld verwijst Bauwens naar het stadsbestuur in San Francisco dat een werkgroep sharing economy heeft opgezet die twintig domeinen heeft vastgesteld waaronder transport, stadsplanning en stadslandbouw waarop het gemeentebestuur wetgevende initiatieven kan nemen om sharing en autonome activiteiten te stimuleren.
Waterdruppels en grote getallen
De waterdruppels waarover Rik Pinxten het in zijn ‘Kleine revoluties’ heeft zijn nieuwe vormen van strijd. ‘Het boeiende eraan is dat ze zich bevinden aan de rand van de “grote” of “officiële” politiek. In die zin hebben burgerinitiatieven geen structureel veranderende invloed, maar spelen ze niettemin een fundamenteel corrigerende rol, en helpen ze een mentaliteitsverandering tot stand te brengen.’
Het zal wel gaan over een samengaan van al die kleine waterdruppels, versterkt met de kracht van de grote getallen waarop Dirk Barrez terecht de nadruk legt: van het Baskische Mondragón, de Zwitserse coöperatiesi, de Canadese Desjardins-beweging, de wereldwijde ICA en andere nationale en internationale netwerken, die de lange weg naar die sociaalecologische samenleving van de toekomst kunnen helpen verkorten. Al die initiatieven, grote en kleine, zoeken een plaats op die derde weg die zich in een breder wordend maatschappelijk middenveldi situeert waarvan het belang niet genoeg kan worden onderstreept.
Barrez benadrukt in zijn boek ook herhaaldelijk hoe belangrijk het is dat vakbondeni, sociale bewegingen, milieuorganisaties, boerenbewegingeni en tal van andere bewegingen hun sociaal en ander kapitaali voluit gebruiken om maatschappelijk te ondernemen en die coöperatieve, duurzame economiei gestalte te geven.
Dan kan misschien het Gramsciaanse moment aanbreken waarop Dirk Barrez doelt op de laatste bladzijde van zijn boek: “Op een bepaald moment zullen wetenschappers vaststellen, tiens, dit is geen kapitalisme meer, er heeft zich een revolutie voorgedaan, en vroeg of laat zal er een nieuwe benaming zijn voor de democratische en sociaalecologische economiei die we hanteren, en zullen historici van een nieuw tijdperk spreken.”
Coöperatief ondernemen balanceert op het spanningsveld tussen no-nonsense en bezieling, tussen nuchterheid en bevlogenheid. Deze merkwaardige combinatie van ratio en emotie is ook aanwezig bij de auteur van dit boek: verontwaardiging en analysekracht gaan bij hem hand in hand en versterken elkaar. Dat maakt “Coöperatiesi, hoe heroveren we de economiei?” tot een bijzonder boek.
Walter Lootens (deze recensie verscheen ook in DeWereldMorgen.be)
deze denkgroep verzamelt sinds 1968 wetenschappers, economen, zakenmensen, internationale ambtenaren en toppolitici die een betere wereld betrachten.
Schrijf je in op de PALA nieuwsbrief
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Economie omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Volgende artikels en boek maken wegwijs in de kracht van utopie BOEK Van eiland tot wereld. Appèl voor een menselijke samenleving (2008)
Economie omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.
zie utopie
Volgende artikels en boek maken wegwijs in de kracht van utopie BOEK Van eiland tot wereld. Appèl voor een menselijke samenleving (2008)
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
gratis e-brief en vrij toegankelijke website over globalisering. PALA zoomt regelmatig in op de problemen van onze globaliserende wereld, op de mogelijke alternatieven en op hoe de wereld werk maakt van verbetering. De website bevat een wiki woordenboek dat duidelijk en liefst kort belangrijke begrippen verheldert; en biedt ook een kijk op de boeken die hoofdredacteur Dirk Barrez schreef waarvan vele sterk samenhangen met de website.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Economie omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.
Hoe je het ook draait of keert, al onze welvaart komt van onze Aarde. Heel langzaam beginnen we een vervelende maar steeds belangrijker waarheid te erkennen. We kunnen ons niet veroorloven dat de talrijke economische activiteiten die we allemaal samen uitoefenen de draagkracht van onze planeet te boven gaan. Pas in de tweede helft van de twintigste eeuw zijn de mensen zich ervan bewust geworden dat de planeet waarop ze leven veel weg heeft van een kwetsbaar ruimteschip. Dat moeten we piekfijn in orde houden want we kunnen niet zonder.
Economie omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.
Economie omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.
Economie omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.
zie Internationaal Monetair Fonds
Is samen met het IMF opgericht in 1944 in Bretton Woods (zie ook daar).Ze bestaat uit de Internationale Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling en de Internationale Associatie voor Ontwikkeling. De Wereldbank telt 185 landen-aandeelhouders. Met 16,45 procent van de stemmen bezit de VS – de grootste aandeelhouder – als enige een blokkeringsminderheid. Erg democratisch functioneert de Bank dus niet.Samen vormen IMF en Wereldbank zowat het mondiale ministerie van financiën. Terwijl het IMF zich concentreert op het monetaire en budgettaire beleid van landen, verschaft de Wereldbank leningen om hun ontwikkeling te financieren. In het begin leent zij aan het verwoeste naoorlogse Europa, later aan ontwikkelingslanden.In de praktijk vormt de Wereldbank één as met het IMF en wendt zij haar financiële macht aan in het kader van het gezamenlijk voorgestane beleid van structurele aanpassing. Die benaming mag dan na kritiek in onbruik geraken, daarom is de doelstelling van IMF en Wereldbank om economieën open te gooien, om ze te liberaliseren en te privatiseren, nog niet veranderd.De gevolgen voor de betrokken samenlevingen blijven al even dikwijls asociaal en zelfs dramatisch. Uit onvrede over dat beleid neemt de vice-voorzitter van de Wereldbank, Joseph Stiglitz, in 2001 ontslag. Hij schrijf zijn kritiek neer in het boek Perverse globalisering (zie ook onder structureel aanpassingsprogramma).
In een wereld vol noden is vanzelfsprekend veel welvaart nodig. Eigenlijk fungeert de economie vooral als een grote draaischijf tussen onze economische mogelijkheden aan de ene kant en onze behoeften en ambities aan de andere kant. Om die behoeften en ambities te stillen is de economie en de economische productie hard nodig.
Economie omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.
Economie omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.
Economie omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.
Vind Pala artikels die inzoomen op de rol van geld, financiële crisis, falen van grootbanken en alternatieven.Onder Dexia zijn meer artikels te vinden over de ineenstorting van deze wereldwijd opererende fantoombank.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Economie omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.
Waar het in de wereld in grote mate om draait. Al te vaak gereduceerd tot staatsmacht of zelfs tot militaire staatsmacht waarbij nog niet zo lang geleden enkel maar twee zogenaamde supermachten meetelden, de VS en de voormalige Sovjetunie. Dat kleine groepen een terroristische machtspositie kunnen uitbouwen, beseffen we nu ook. Maar er zijn veel andere vormen van macht in onze globaliserende wereld, vooreerst economische en financiële macht. De opkomst van Oost-Azië heeft vooral met die macht te maken, de sleutelpositie van multinationals eveneens en bovenal de dominantie van financiële groepen. Er is de politieke macht, hard nodig om de economische macht zonodig te corrigeren; ze komt op wereldvlak meer dan één maatje te kort. Cultuur, kennis en technologie bieden in hoge mate het vermogen om het leven en het samenleven te organiseren. Op het snijvlak van cultuur en economie is er de stijgende mediamacht die de agenda van de publieke opinie meer en meer beheerst. Religies en levensovertuigingen laten hun soms sterke invloed gelden in de wereld.In een steeds complexere mondiale samenleving zijn er talloze vormen van macht en machtsuitoefening die voortdurend op elkaar inwerken. Omdat onze wereld snel verandert, betekent dit ook dat bestaande machtsverhoudingen vlugger onder druk kunnen komen.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
In het eerste decennium van de eenentwintigste blazen ze bij de Dexia bank zowat de grootste luchtbel uit het financiële universum. Vanaf 2007, en zeker vanaf 2008, kon een nuchter waarnemer opmerken dat deze bank zich had geïnstalleerd op een vulkaan van rommelkredieten.
Heel verschillend van de verbruikers- of producentencoöperatie is de werknemerscoöperatie.In een werknemerscoöperatie zijn namelijk de werknemers de coöperanten. Zij zijn dus de eigenaars en de bazen van en in hun eigen coöperatief bedrijf, in hún coöperatie.
Met werknemers bedoelen we zeker al wie in dienst werkt van een bedrijf of organisatie. Maar wie de wereld rond kijkt, merkt al vlug dat een massa mensen werken zonder arbeidscontract, zonder een formele werkgever te hebben.We verstaan onder werknemers dus ook de kleine boeren en kleine zelfstandige ondernemers die in het Zuiden, bij gebrek aan werk in de formele economie, een eigen zaakje opzetten in de informele sector en op die manier trachten te overleven.
vormen een belangrijke motor van de huidige globalisering.Flink geholpen door technologische (r)evoluties zijn zij op de vrijgemaakte markten de drijvende kracht achter economische globalisering. Ze dragen onmiskenbaar bij tot de welvaart op onze wereld. Weinigen weigeren hun producten of diensten.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Met werknemers bedoelen we zeker al wie in dienst werkt van een bedrijf of organisatie. Maar wie de wereld rond kijkt, merkt al vlug dat een massa mensen werken zonder arbeidscontract, zonder een formele werkgever te hebben.We verstaan onder werknemers dus ook de kleine boeren en kleine zelfstandige ondernemers die in het Zuiden, bij gebrek aan werk in de formele economie, een eigen zaakje opzetten in de informele sector en op die manier trachten te overleven.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Duurzaamheid is op een efficiënte wijze de gerechtvaardigde materiële behoeften kunnen invullen van alle nu levende wereldburgers, zonder het vermogen van de komende generaties aan te tasten om in hun behoeften te voorzien. Dat is de vrijwel perfecte definitie van duurzaamheid, en ze is in grote mate schatplichtig aan het VN rapport Our Common Future uit 1987.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
In het eerste decennium van de eenentwintigste blazen ze bij de Dexia bank zowat de grootste luchtbel uit het financiële universum. Vanaf 2007, en zeker vanaf 2008, kon een nuchter waarnemer opmerken dat deze bank zich had geïnstalleerd op een vulkaan van rommelkredieten.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Economie omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.
Vind Pala artikels die inzoomen op de rol van geld, financiële crisis, falen van grootbanken en alternatieven.Onder Dexia zijn meer artikels te vinden over de ineenstorting van deze wereldwijd opererende fantoombank.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Hoe een rijk land arm wordt, dat is wat Argentinië in het begin van de 21ste eeuw aan de wereld toont. Tot ruim na de Tweede Wereldoorlog was dit land één van de rijkste van de wereld. De Argentijnen hadden het goed, ze leefden zoals wij en zelfs beter. Iedereen had werk in hun welvaartstaat met de sterkste industrie van heel Zuid-Amerika, met goede gezondheidszorg, onderwijs en openbaar vervoer.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
België telt bijna 25.000 coöperaties. De wetgeving is echter zo ruim dat vele daarvan niet volgens de coöperatieve principes werken. De in 1955 opgerichte Nationale Raad voor de Coöperatie (NRC) heeft als doel de coöperatieve idee te verspreiden en in stand te houden.
Wie het conservatisme inwisselt voor enige inventiviteit, ontdekt dat coöperaties vandaag de betere oplossing kunnen bieden voor overheidsbedrijven zoals Belfius, bpost, Telenet, Proximus, VRT, FLuvius (het vroegere Eandis en Infrax).
Eerst een ultrakorte definitie. In essentie gaat het bij commons of gemeengoed om alles wat mensen delen.Of, net iets langer, het zijn hulpbronnen die gemeenschappelijk bezit zijn of gedeeld worden door gemeenschappen.
De derde industriële revolutie, gekenmerkt en ondersteund door de informaticarevolutie - met Internet als exponent -, brengt de globalisering in een stroomversnelling. Die revolutie leidt ertoe dat financiële en economische activiteiten zich op grotere schaal en zelfs op wereldschaal afspelen.Opvallend is dat ook de antiglobaliseringsbeweging voor haar verzet dankbaar gebruik maakt van het gemak dat Internet biedt om te communiceren en te mobiliseren. Zonder Internet kon deze beweging haar strijd tegen de Multilaterale Overeenkomst over Investeringen (MAI) niet winnen en konden Seattle of het Wereld Sociaal Forum niet zo makkelijk hun mondiale bekendheid verwerven.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Met werknemers bedoelen we zeker al wie in dienst werkt van een bedrijf of organisatie. Maar wie de wereld rond kijkt, merkt al vlug dat een massa mensen werken zonder arbeidscontract, zonder een formele werkgever te hebben.We verstaan onder werknemers dus ook de kleine boeren en kleine zelfstandige ondernemers die in het Zuiden, bij gebrek aan werk in de formele economie, een eigen zaakje opzetten in de informele sector en op die manier trachten te overleven.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Wie het conservatisme inwisselt voor enige inventiviteit, ontdekt dat coöperaties vandaag de betere oplossing kunnen bieden voor overheidsbedrijven zoals Belfius, bpost, Telenet, Proximus, VRT, FLuvius (het vroegere Eandis en Infrax).
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Wie het conservatisme inwisselt voor enige inventiviteit, ontdekt dat coöperaties vandaag de betere oplossing kunnen bieden voor overheidsbedrijven zoals Belfius, bpost, Telenet, Proximus, VRT, FLuvius (het vroegere Eandis en Infrax).
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Economie omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.
vormen een belangrijke motor van de huidige globalisering.Flink geholpen door technologische (r)evoluties zijn zij op de vrijgemaakte markten de drijvende kracht achter economische globalisering. Ze dragen onmiskenbaar bij tot de welvaart op onze wereld. Weinigen weigeren hun producten of diensten.
Met werknemers bedoelen we zeker al wie in dienst werkt van een bedrijf of organisatie. Maar wie de wereld rond kijkt, merkt al vlug dat een massa mensen werken zonder arbeidscontract, zonder een formele werkgever te hebben.We verstaan onder werknemers dus ook de kleine boeren en kleine zelfstandige ondernemers die in het Zuiden, bij gebrek aan werk in de formele economie, een eigen zaakje opzetten in de informele sector en op die manier trachten te overleven.
Hoe je het ook draait of keert, al onze welvaart komt van onze Aarde. Heel langzaam beginnen we een vervelende maar steeds belangrijker waarheid te erkennen. We kunnen ons niet veroorloven dat de talrijke economische activiteiten die we allemaal samen uitoefenen de draagkracht van onze planeet te boven gaan. Pas in de tweede helft van de twintigste eeuw zijn de mensen zich ervan bewust geworden dat de planeet waarop ze leven veel weg heeft van een kwetsbaar ruimteschip. Dat moeten we piekfijn in orde houden want we kunnen niet zonder.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
De begrippen transitie en ontwikkeling lijken nu vaak tot heel aparte werelden te behoren. Maar voor wie begaan is met duurzaamheid, leunen ze net heel dicht tegen elkaar aan. Want zowel bij ontwikkeling als bij transitie gaat het erom hoe een situatie die niet duurzaam is, te ontwikkelen of een overgang te laten maken richting (meer) duurzaamheid. Ze zijn dus ten onrechte uit elkaar geslagen.
Waar het in de wereld in grote mate om draait. Al te vaak gereduceerd tot staatsmacht of zelfs tot militaire staatsmacht waarbij nog niet zo lang geleden enkel maar twee zogenaamde supermachten meetelden, de VS en de voormalige Sovjetunie. Dat kleine groepen een terroristische machtspositie kunnen uitbouwen, beseffen we nu ook. Maar er zijn veel andere vormen van macht in onze globaliserende wereld, vooreerst economische en financiële macht. De opkomst van Oost-Azië heeft vooral met die macht te maken, de sleutelpositie van multinationals eveneens en bovenal de dominantie van financiële groepen. Er is de politieke macht, hard nodig om de economische macht zonodig te corrigeren; ze komt op wereldvlak meer dan één maatje te kort. Cultuur, kennis en technologie bieden in hoge mate het vermogen om het leven en het samenleven te organiseren. Op het snijvlak van cultuur en economie is er de stijgende mediamacht die de agenda van de publieke opinie meer en meer beheerst. Religies en levensovertuigingen laten hun soms sterke invloed gelden in de wereld.In een steeds complexere mondiale samenleving zijn er talloze vormen van macht en machtsuitoefening die voortdurend op elkaar inwerken. Omdat onze wereld snel verandert, betekent dit ook dat bestaande machtsverhoudingen vlugger onder druk kunnen komen.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Volgende artikels en boek maken wegwijs in de kracht van utopie BOEK Van eiland tot wereld. Appèl voor een menselijke samenleving (2008)
Eerst een ultrakorte definitie. In essentie gaat het bij commons of gemeengoed om alles wat mensen delen.Of, net iets langer, het zijn hulpbronnen die gemeenschappelijk bezit zijn of gedeeld worden door gemeenschappen.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Economie omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.
Betaald werk is op onze wereld nog altijd de belangrijkste wijze om aan een inkomen te raken. Zowat overal is het werken geblazen om te kunnen leven.Let wel, werk of arbeid is lang niet alleen contractuele loonarbeid voor een werkgever.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Hoe je het ook draait of keert, al onze welvaart komt van onze Aarde. Heel langzaam beginnen we een vervelende maar steeds belangrijker waarheid te erkennen. We kunnen ons niet veroorloven dat de talrijke economische activiteiten die we allemaal samen uitoefenen de draagkracht van onze planeet te boven gaan. Pas in de tweede helft van de twintigste eeuw zijn de mensen zich ervan bewust geworden dat de planeet waarop ze leven veel weg heeft van een kwetsbaar ruimteschip. Dat moeten we piekfijn in orde houden want we kunnen niet zonder.
Als zowat alle systemen waarop we vertrouwen voor een goed leven in crisis verkeren, moeten we ze allemaal aanpakken en verduurzamen, en daarbij ook oog hebben voor hoe ze elkaar beïnvloeden en versterken. Dat hele proces noemen we transitie.Het is een volledige en coherente ombouw van onze huidige economie en samenleving - die een onhoudbare ecologische voetafdruk hebben, sociaal onrechtvaardig zijn en vaak ook ondemocratisch - naar een sociaalecologische en democratische samenleving en economie.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Eerst een ultrakorte definitie. In essentie gaat het bij commons of gemeengoed om alles wat mensen delen.Of, net iets langer, het zijn hulpbronnen die gemeenschappelijk bezit zijn of gedeeld worden door gemeenschappen.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Het loopt niet altijd even vlot, maar overal ter wereld geven steeds meer mensen uiting aan hun emancipatiedrang. Werknemers, boeren, vrouwen, landlozen, consumenten, minderheden, activisten voor milieu, mensenrechten, cultuur... ze verenigen zich in tal van organisaties. Op dat maatschappelijke middenveld tussen individu en overheid - de civiele samenleving dus - wordt het gelukkig alsmaar drukker. Daar is er met andere woorden veel sociale beweging.
Nog altijd zijn vakbonden, samen met boerenbewegingen, veruit de grootste sociale organisaties die de wereld kent. Nog altijd zijn vakbonden het allerbeste instrument voor werknemers om hun belangen te verdedigen. Samen staan ze sterker om goede loons- en arbeidsvoorwaarden af te dwingen, om er met andere woorden voor te zorgen dat zij fatsoenlijk kunnen leven van hun werk en dat zij kunnen werken in behoorlijke en veilige omstandigheden. Slechts als ze samen optreden, kunnen werknemers beletten dat hun loons- en arbeidsvoorwaarden achteruitgaan of hun werk zelfs verdwijnt, en daarmee ook hun inkomen.
Boerenbewegingen zijn de meest succesrijke antiglobalisten in de rijke landen. Daar slagen ze erin om de landbouw in grote mate buiten de wereldmarkt te houden. Zo verwerven ze een leefbaar inkomen. Wereldwijd pleiten boerenbewegingen voor een leefbaar platteland via de afscherming van regionale markten en raken ze het erover eens dat ze elkaar niet de duvel mogen aandoen met exportsubsidies. Samen met de arbeidersbeweging en de milieubeweging vormen ze de sterkste motors van de andersglobaliseringsbeweging.
Is naast arbeid, grondstoffen en kennis één van de middelen die ons helpt om welvaart te scheppen. Kapitaal kan variëren van grond tot zware industriële infrastructuur tot ruime financiële middelen. Ons grootste kapitaal om economische rijkdom voort te brengen is ongetwijfeld de Aarde. Als we er duurzaam mee omspringen, is het een onuitputtelijke bron van zuiver water, voedsel, hernieuwbare energie en hernieuwbare grondstoffen. Het is wel ironisch om vast te stellen dat ons economische systeem die Aarde zwaar miskent en dus eigenlijk zeer antikapitalistisch tekeergaat.
Als we van lokaal tot globaal onze welvaart willen produceren op een wijze die tegelijk ecologisch én sociaal duurzaam is, hebben we krachtige overheden nodig die de huidige economie in die richting sturen. Want de vrije markt kan veel maar blijkt impotent om snel de hele wereldbevolking inkomen, werk en fatsoenlijk leven te bieden in een omgebouwde economie die niet langer de ecologische pijngrenzen doorboort.
Economie omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.
Wanneer consumenten, producenten, werknemers of gewoonweg mensen zich vrijwillig verzamelen en samenwerken in een autonome vereniging om hun gemeenschappelijke behoeften te bevredigen, vormen zij een coöperatie. Die is economisch bedrijvig maar niet om maximale geldelijke winst na te streven voor haar aandeelhouders. Ze halen er voordelen uit die ze onmogelijk individueel zouden kunnen realiseren.
Economie omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.