Hoe zit het met de discriminatie van wie werkt? Soms beter, soms verontrustend
woensdag, 16 mei 2007 - 14:09
Ook al bespeurt de Internationale Arbeidsorganisatiei verbetering, evengoed ziet ze de ongelijkheid groeien in inkomens en jobkansen. En discriminatie op de werkvloer blijft een groot probleem. Geslacht, ras en religie zijn al klassiekers als het om discriminatie gaat van werknemersi. Meer recent is daar de aandacht voor aspecten als leeftijd, seksuele geaardheid, HIV/aids-besmetting en invaliditeit bijgekomen. Bekijk even de verdeling van de goede kwaliteitsjobs. Dan gaan die voor slechts achtentwintig procent naar vrouwen. Ook al is er een positieve evolutie merkbaar, gelijkheid is dit allerminst nog lang niet. Vele landen nemen maatregelen tegen discriminatie. In de formele economiei heeft dat ook effect. Maar er is zeker in ontwikkelingslanden een fors groeiende informele economiei waar de armpjes van de overheden te kort zijn om de gelijke arbeidsrechten van honderden miljoenen werkende mensen te garanderen. Een groeiende kwaal is genetisch onderzoek om aan de weet te komen welke ziekterisico’s mensen lopen. Genetische discriminatie is al meermaals aangetoond en door rechters veroordeeld.
In navolging van het Wereld Sociaal Forum ontstaan al gauw ook continentale en regionale sociale fora. Het eerste Europees Sociaal Forum dateert al van in 2002 en grijpt plaats in het Italiaanse Firenze. Later volgen Parijs in 2003, Londen in 2004 en Athene in 2006. Tienduizenden vertegenwoordigers van sociale bewegingen uit heel Europa debatteren over de strijd voor een democratisch, sociaal en solidair Europa en over de rol van Europa in de wereld. Een Europees Sociaal Forum neemt meestal vier tot vijf dagen in beslag. De tienduizenden aanwezigen voeren het debat met elkaar over de toekomst van de beweging en gaan na of er gemeenschappelijke campagnes mogelijk zijn. Ze treffen elkaar in duizenden workshops, seminaries of in grote meetings. Op die manier ontstaan er steeds sterkere Europese netwerken rond een heleboel uiteenlopende thema’s. De sociale bewegingen blijven zeker en vast ook actief op het nationale en lokale niveau, maar nu zeventig procent van nieuwe nationale wetgeving het gevolg is van Europese richtlijnen en afspraken, moet meer dan ooit ook op Europees niveau een sociale tegenmacht worden opgebouwd. zie ook Belgisch Sociaal Forum, Wereld Sociaal Forum
Schrijf je in op de PALA nieuwsbrief
De IAO dateert uit 1919, is daarmee één van de oudste internationale organisaties en is gevestigd in Genève. Na de Tweede Wereldoorlog groeit zij binnen de Verenigde Naties uit tot de dochterorganisatie die gespecialiseerd is in sociaal beleid.
Met werknemers bedoelen we zeker al wie in dienst werkt van een bedrijf of organisatie. Maar wie de wereld rond kijkt, merkt al vlug dat een massa mensen werken zonder arbeidscontract, zonder een formele werkgever te hebben.We verstaan onder werknemers dus ook de kleine boeren en kleine zelfstandige ondernemers die in het Zuiden, bij gebrek aan werk in de formele economie, een eigen zaakje opzetten in de informele sector en op die manier trachten te overleven.
Economie omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.
Op basis van informeel werk ontwikkelt zich een geheel van economische activiteiten dat zich volledig of grotendeels afspeelt buiten de wet, buiten formele regels. Dat is dikwijls zo omdat deze activiteiten buiten het bereik van de wet vallen. Of het gebeurt dat de wet officieel wel van toepassing is maar in de praktijk niet wordt toegepast of niet wordt afgedwongen. Noem het gerust de zwarte of grijze economie.Om een misverstand te vermijden, het is niet zo dat de informele economie geen regels zou kennen, ze heeft haar eigen regels die voor buitenstanders niet altijd makkelijk te doorgronden zijn.Veel meer dan in de formele economie is wie werkt in de informele economie arm, en binnen die informele economie zijn de vrouwen opvallende armer dan de mannen.Toch is er geen volledige tweespalt tussen beide economieën. ‘Werkende armen’, mensen die wel werk hebben maar te weinig verdienen om aan de armoede te ontsnappen, zijn zowel te vinden in de formele als in de informele economie. De twee vloeien in elkaar over en beïnvloeden elkaar. Zo concurreren informele bedrijven oneerlijk wanneer ze geen belastingen of sociale zekerheid betalen.