Over het recht op voedseli is de laatste tijd al veel geschreven, vooral naar aanleiding van de NGO-campagnes van 11.11.11 vorig najaar en Vredeseilanden nu in januari. Activisten uit ontwikkelingslanden laten zich niet langer onbetuigd. Onlangs verscheen op de website Pambazuka een uitgebreide bijdrage van Jagjit Plahe. Deze jonge activiste van de kritische denktank EcoNews uit Nairobi is nu verbonden aan de Monash University in Melbourne, waar ze de International Trade Policy Unit coördineert. Eerder schreef ze mee aan ‘Multilateral Agreement on Investment: National Sovereignty for Sale?’ Volgens Jagiit Plahe is het evenwicht totaal zoek tussen het fundamentele recht op voedseli en de verplichtingen waaraan alle landen moeten voldoen volgens de wetten van de internationale handel die door de Wereldhandelsorganisatiei (WTOi) worden opgelegd. Hoe langer hoe meer wordt de voedselzekerheid van de meest kwetsbare landen opgeofferd aan vrijhandeli. Regeringen in het Zuiden hebben nauwelijks nog enige speelruimte om zelf een voedselbeleid te voeren, maar moeten onderhandelen met de WTOi om uitzonderingen goedgekeurd te krijgen. Internationale mensenrechtenoverwegingen - het recht op voedseli is een fundamenteel mensenrecht - moeten wijken voor de wetten van de vrijhandeli. Een van de onderliggende oorzaken van het mislukken van de Doha-ontwikkelingsronde in juli 2006 was precies het recht op voedselzekerheid in de landbouwonderhandelingen. Plahe vreest dat de bepalingen van de wereldwijde Agreement on Agriculture (AoA) van de WTOi zal leiden tot een voortdurende toestand van voedselonzekerheid voor de armste landen. Zij houdt een stevig pleidooi om van het recht op voedseli een onaantastbaar mensenrecht te maken.
het IMF is - samen met de Wereldbank - opgericht in 1944 in Bretton Woods (zie ook onder dat trefwoord). 185 landen zijn lid. Met bijna 17 procent van de stemmen bezit de VS – de grootste aandeelhouder – als enige een vetorecht. Beslissingen vereisen immers een meerderheid van 85 procent. Erg democratisch functioneert het IMF dus niet. De Europese Unie kan ook boven die 15 procent drempel uitkomen maar slaagt er niet in gezamenlijk op te treden. Het IMF moet de wereldeconomie in goede banen leiden en houdt zich daarom bezig met de ondersteuning van munten, de financiële stabiliteit en de kredietverlening aan staten. Maar er rijst kritiek op zijn groeimodel en het éénzijdige en onvoorwaardelijke geloof in liberalisering en privatisering. De IMF activiteit blijft immers niet zonder gevolgen voor het sociale beleid van landen. Lidstaten die steun wensen van IMF en Wereldbank moeten hun economie aanpassen en die structurele aanpassingsprogramma’s voorzien dikwijls zware besparingen met nefaste gevolgen voor onderwijs, gezondheidszorg, werkgelegenheid, armoedebestrijding. Zeker t.a.v. ontwikkelingslanden in geldnood is het IMF heel machtig want ze zijn afhankelijk van het Fonds om aan geld te geraken bij financiële instellingen. De macht in het Fonds is verdeeld volgens het aandeel dat landen hebben in het kapitaal. Veel macht dus voor wie veel geld heeft, voor de rijke landen. Dan is het wel vreemd dat de landen van de Europese Unie met veel meer kapitaalsinbreng dan de VS, er niet in slagen om hun meer sociale opvattingen, hun concept van de welvaartstaat en van de sociaal en ook ecologisch gecorrigeerde markteconomie door te drukken. Het is dus niet zonder reden dat er mondiaal protest te horen is tegen het IMF en dat de internationale vakbondswereld en de Internationale Arbeidsorganisatie wijzen op de negatieve sociale gevolgen en druk uitoefenen. Het IMF moet dringend zijn historische opdracht terugvinden, namelijk om de economieën en het geldverkeer zo te begeleiden dat de levensstandaarden verhogen, iedereen werk heeft en we kunnen leven in een meer welvarende en vreedzame wereld. De jongste jaren verliest het Internationaal Monetair Fonds van zijn pluimen en zijn invloed. Nogal wat ontwikkelingslanden betalen hun schulden af om af te raken van hun afhankelijkheid. Vooral in Azië onderzoeken de nieuwe succesvolle economieën, die op een immense berg geld zitten, of er alternatieven zijn voor het IMF. En zelfs de regeringen van arme landen hebben nu de keuze om niet langer aan te kloppen bij IMF of Wereldbank maar leningen aan te gaan bij bijvoorbeeld China.
Schrijf je in op de PALA nieuwsbrief
zie landbouw en voedsel waar heel wat Pala artikels zijn verzameld over dit themazie ook landbouw
zie landbouw en voedsel waar heel wat Pala artikels zijn verzameld over dit themazie ook landbouw
Is vanaf 1995 de opvolger van het vrijhandelsakkoord GATT.De Wereldhandelsorganisatie – meestal aangeduid met zijn Engelstalige afkorting WTO - is een intergouvernementele organisatie waarbinnen de ruim 151 lidstaten afspraken maken over hun onderlinge internationale handel.De WTO is machtiger geworden omdat het GATT-overlegforum is uitgegroeid tot een heuse permanente instelling met een eigen, interne rechtspraak. Bij conflicten tussen haar 151 lidstaten treden WTO-experten op als rechters die bindende uitspraken doen, en indien nodig, eveneens zware sancties uitvaardigen. In het internationale recht is dat zeer bijzonder. Het maakt van de WTO meteen één van de machtigste instellingen ter wereld.Bovendien kan de WTO meer thema’s op de onderhandelingstafel leggen dan de GATT. Naast de industriële producten, komen nu ook de landbouwproducten, diensten (zie ook GATS) en intellectuele eigendomsrechten (zie ook TRIPS) ter sprake.De Wereldhandelsorganisatie is de drijvende kracht achter de liberalisering of vrijmaking van de wereldhandel. Steeds lagere handelstarieven of handelsbarrières, dat is het devies. Of de werknemers en het milieu niet in hun rechten worden geschaad blijkt allerminst de zorg van de WTO. De fundamentele sociale rechten of arbeidsnormen kunnen geen aanspraak maken om opgenomen te geraken in haar handelsakkoorden. Als het van de WTO afhangt leven we in een wereld waarin de rechten van goederen en diensten wereldwijd afdwingbaar zijn maar niet de vakbondsvrijheid of het gezondheidsrecht van de Europeanen om de import van Amerikaans hormonenrundvlees tegen te houden.Vooral sinds de WTO-conferentie in Seattle in 1999 rijst daartegen wereldwijd protest van vakbonden, boerenbewegingen, milieuorganisaties, enzovoort verzameld in de andersglobaliseringsbeweging.Sinds de WTO conferentie in 2003 in Cancun slaagt de organisatie er niet meer in om akkoorden te sluiten. Voor het eerst vormen de ontwikkelingslanden daar een krachtig blok dat geen genoegen neemt met wat de Verenigde Staten, de Europese Unie en Japan beslissen.
zie Wereldhandelsorganisatie
Wanneer de internationale handel geen enkele rem krijgt opgelegd - geen douanerechten, geen belastingen en geen wettelijke beperkingen - spreekt men van vrijhandel. Dat is vanzelfsprekend een theoretische situatie die nooit helemaal in praktijk raakt omgezet. Alle landen hebben altijd hun economie op één of andere wijze in bescherming genomen. En zowat alle welvaartstaten en opkomende economieën hebben hun industrialisering en hun ontwikkeling verwezenlijkt achter grotendeels gesloten grenzen.
zie Wereldhandelsorganisatie
zie landbouw en voedsel waar heel wat Pala artikels zijn verzameld over dit themazie ook landbouw
Wanneer de internationale handel geen enkele rem krijgt opgelegd - geen douanerechten, geen belastingen en geen wettelijke beperkingen - spreekt men van vrijhandel. Dat is vanzelfsprekend een theoretische situatie die nooit helemaal in praktijk raakt omgezet. Alle landen hebben altijd hun economie op één of andere wijze in bescherming genomen. En zowat alle welvaartstaten en opkomende economieën hebben hun industrialisering en hun ontwikkeling verwezenlijkt achter grotendeels gesloten grenzen.
zie Wereldhandelsorganisatie
zie landbouw en voedsel waar heel wat Pala artikels zijn verzameld over dit themazie ook landbouw