Overslaan en naar de inhoud gaan
Met kwaadheid alleen bouw je geen andere wereld – waarin de antiglobalisten (voorlopig) tekortschieten
woensdag, 30 januari 2002 - 17:42
Morgen begint in het Braziliaanse Porto Alegre het tweede Wereld Sociaal Forum
i, ditmaal met wel 50.000 deelneemsters uit de hele wereld. Deze antiglobalisten willen voorrang geven aan een sociale, duurzame en democratische wereld die alle mensenrechten
i van alle zes miljard wereldburgers weet te eerbiedigen. En daar zullen ze nog veel werk
i aan hebben, stelt Dirk Barrez vast. De rijkdom van ideeën en alternatieven die vorig jaar al in Porto Alegre te rapen viel, wacht nog op ontginning en ook op een vertaling in klare doelen die kunnen mobiliseren, in equivalenten voor de nieuwe eeuw van succesvolle oude eisen zoals ‘algemeen stemrecht’ of de ‘achturendag’.
Kwaadheid genoeg - dikwijls terecht - maar daar bouw je geen andere wereld mee.
De trits voorstellen beperkt zich te dikwijls tot ‘weg met IMF
i, Wereldbank
i en dergelijke’, ‘geen genetisch gewijzigde organismen’, invoering van een Tobintaks, weg met de fiscale paradijzen… Met alle respect, de wereld zal er heus niet helemaal anders uitzien zónder IMF
i en mét een Tobintaks.
Zelfs wie de volle rijkdom van Porto Alegre plukt, weet dat het inhoudelijk nog veel beter moet. Bij velen is er een grote aandacht voor welvaartsverdeling, maar veel minder voor welvaartsproductie. Er is amper discussie over welke rol er is weggelegd voor de economie
i of over de vraag ‘Hoe sociaal en ecologisch verantwoord ondernemen?’
Dat er inhoudelijke leemten zijn heeft er ook mee te maken dat de beweging, hoe verscheiden ook, nog volop kan en moet groeien in de breedte. Wie zich in Porto Alegre niet laat overdonderen door de massale opkomst, beseft dat vele delen van de wereld pover vertegenwoordigd of zelfs bijna volledig afwezig zijn.
Minstens even belangrijk is dat vele bewegingen niet zo sterk aanwezig zijn. Dat is zo voor de milieubeweging - heel verrassend omdat vooral in het Zuiden de ecologische kaalslag en uitputting
i alomtegenwoordig is - en voor de mensenrechtenorganisaties - wat bijna ongelooflijk is want het Wereld Sociaal Forum
i gaat essentieel over de mensenrechten
i. Ook de vrouwenbeweging en de kerken zijn niet zo talrijk opgekomen, de vredesbeweging evenmin. Dat is merkwaardig, want daar is toch het begrip structureel geweld opgedoken. Vakbonden
i en bewegingen van inheemse volkeren waren er wel, maar ze waren niet massaal aanwezig en ook vele ontwikkelingsorganisaties moeten de weg naar Porto Alegre nog ontdekken.
De beweging moet duidelijk nog meer aansluiting vinden bij de traditionele tegenbeweging die sluimert in zoveel bestaande organisaties en emancipatiebewegingen. De bundeling van de oudere en de nieuwere beweging is lang niet rond. Maar dat kan snel evolueren, want de overtuiging dat samenwerking tussen al die krachten in brede regenboogcoalities zich echt wel opdringt is wijdverbreid. Het pijnlijke besef dat ze afzonderlijk meestal niet bij machte zijn om het verschil te maken, helpt hen sneller om tot die conclusie te komen.
Het is van het groot belang dat vakbonden
i en boerenbewegingen
i er bij zijn op het Wereld Sociaal Forum
i. Ze zijn er wel, maar het kan met meer en het kan beter. Hun rol is cruciaal want hun mobilisatiekracht is doorslaggevend, hun legitimiteit is het grootst, ze zijn het sterkst vertakt in de samenleving, ze staan dikwijls het dichtst bij de mensen én hun directe belangen en ze bevatten een schat aan intellect, organisatietalent, onderhandelingskennis en strijdervaring. Ook bureaucratisering, inertie en navelstaarderij zijn hun deel, maar dit is mensenwerk en dus hoort het erbij.
Het is goed dat traditionele ontwikkelingsorganisaties de weg gevonden hebben naar Porto Alegre. Ze moeten wel hun eigen rol goed definiëren. NGO’s hebben doorgaans niet dezelfde legitimiteit en mobilisatiekracht van zeg maar vakbonden
i en boerenbewegingen
i, zoals één van hun afgevaardigden terecht opmerkt. Ze spelen vooral een ondersteunende rol en helpen mee bruggen bouwen tussen al die bewegingen.
Belangrijk is ook de vraag waar de jongeren blijven, of zoals iemand in Porto Alegre het verwoordde: de jongeren die de straat opkwamen in Seattle en Praag zitten hier niet op het podium.
Zowel inhoudelijk als organisatorisch zouden twee opvattingen wel eens kunnen botsen. Er zijn er die tegen het neoliberale eenheidsmodel hun eigen alternatieve model willen plaatsen. Daarbij hoort een strakke organisatiestructuur met een duidelijk leiderschap. Anderen willen niet horen van een eenheidsalternatief, maar zweren bij een verscheidenheid aan alternatieven die lokaal geworteld zijn. Ze zien aan het hoofd van de internationale mobilisatie en beweging allerminst zoiets als een mondiaal centraal comité. Hoe dan ook, het is belangrijk dat met de groeiende mobilisatiekracht van de beweging ook de organisatie toeneemt, hoe informeel, gedecentraliseerd en netwerkachtig ze ook is.
Een echte beweging moet haar analyses en haar doelstellingen hebben om haar programma te verwezenlijken. Anders is er van een volwaardig beweging nog geen sprake. Voorlopig is het toekomstmuziek om de ideeën om te zetten in duidelijke doelstellingen. Het gaat erom de krachten van al deze mensen, organisaties en bewegingen te bundelen tot een tegenmacht die echt weerwerk kan bieden aan het neoliberale marktmodel en zo haar eigen alternatieven kan realiseren. Zover is de beweging nog niet, er wacht in Porto Alegre en elders veel werk
i.
Dan zou wel eens kunnen blijken dat binnen deze beweging ook zelf tegengestelde visies en misschien wel belangen leven. Vele Latijns-Amerikanen vinden bijvoorbeeld dat Europa zijn landbouw
i niet mag ondersteunen. Europeanen willen wel solidair zijn met de gewone Braziliaanse boeren, niet met de grootgrondbezitters, dus moet er eerst een landhervorming komen. Dikwijls is grondige analyse geboden om de gerechtvaardigde belangen van iedereen op het spoor te komen. Daarop kunnen zich gezamenlijke belangen, eisen en acties enten.
Een andere mogelijke tweespalt is de verhouding van deze beweging tot de politici. Een groot deel van de beweging vindt de politiek verkocht aan economische belangen, anderen menen dat hun maatschappelijke ambities door de politiek in afdwingbare wetten en normen moeten omgezet worden. Hopelijk wint de opvatting veld dat deze beweging en de politiek er allebei belang bij hebben om samen te werken en zo weer greep te krijgen op de economie
i.
Ondanks alle bemerkingen, ondanks alle hinderpalen en valkuilen die zeker nog dreigen, heeft deze beweging ongelooflijk veel potentie, zij kan reële alternatieven bieden. Veel vermeende tegenstellingen zullen verdwijnen zodra zij haar alternatieven helder verwoordt.
Zelfs een eerste aanzet maakt dat al duidelijk. Zo kant deze beweging zich niet tegen de wereldhandel voorzover alle betrokkenen daar voordeel bij hebben of tegen de vruchten van nieuwe technologie - ze zou wel gek zijn -, maar zij wil wel de klemtoon leggen op de nationale, lokale economieën. Gemeenschappen moeten vooral zelf voorzien in hun basisbehoeften zodat samenlevingen en culturen niet ontwricht raken. Ook het concept van regionale, gemeenschappelijke markten - zoals de Europese - waarin voor landbouwproducten minimale prijzen zijn vastgelegd zou een sprong voorwaarts kunnen betekenen. Dan zouden ruim een half miljard landbouwers die nu verhongeren, van hun werk
i kunnen leven. Als we de economieën in de wereld anders oriënteren zodat ze veel beter inspelen op de behoeften van alle mensen en alle samenlevingen, dan zullen onder andere IMF
i en Wereldbank
i heel anders werken. Dan zal de architectuur van die Verenigde Naties wijzigen en zullen de VN ook democratischer worden. Een democratische VN verwerft ook het recht én de plicht om belastingen
i te heffen - Tobintaks, CO2-belasting, milieuheffingen of andere - en kan meteen ook werk
i maken van een mondiaal basisinkomen
i voor alle wereldburgers. Dat is het alternatief om aan wereldwijde inkomensverdeling te doen.
U merkt het, begrijpelijke voorstellen en concrete eisen formuleren kan al snel alternatieven opleveren waarachter het gros van deze beweging en van de wereldbevolking zich kan scharen
De zwaarste opdracht voor de antiglobaliseringsbeweging
i is niet eens zozeer de uitwerking van een programma. Neen, de grootste klip die deze beweging nog moet nemen is het verzamelen van de kracht om die alternatieven af te dwingen. Want de weerstand tegen verandering is enorm, er wachten vele hindernissen.
Er is eerst de macht
i van het bestaande wereldsysteem, zeker van de economische, politieke en ideologische macht
i die samenhangt met de huidige globalisering
i. Zelfs al is de geloofwaardigheid ervan aangetast en zelfs al raakt het vrij snel verder verzeild in een crisis, toch blijft de macht
i van dit systeem groot.
De antiglobalisten riskeren ook hun tanden stuk te bijten op de complexiteit van onze ‘moderne’ wereld. Want greep trachten te krijgen op de ontzettend ingewikkelde samenleving die de jongste eeuwen is gegroeid, is echt geen lachertje en het zal velen moedeloos maken.
Verder is er het risico dat de wereld - of grote delen ervan - op de crisis van het wereldsysteem reageert door zich volledig terug te plooien op kleinere verbanden en alle hoop te richten op ‘mijn volk’, ‘mijn land’, ‘mijn streek’, ‘mijn stad’, ‘mijn religie’. Dan dreigen we af te glijden naar extreem nationalisme of te vervallen in fundamentalisme.
De antiglobaliseringsbeweging
i hecht terecht veel belang aan de veelheid en veelzijdigheid van de menselijke culturen. Maar de culturen van deze wereld zullen niet altijd een bondgenoot zijn wanneer het erom gaat alle soorten mensenrechten
i te doen respecteren. Meer dan eens zullen zij botsen met het echte universalisme van deze beweging. Die culturen zullen dikwijls ook een struikelblok zijn in de moeizame tocht naar een economie
i die zowel presterend als duurzaam is, duurzaam in de dubbele betekenis van sociaal en ecologisch verantwoord.
Tenslotte is er het gevaar dat de structuren die onze aarde
i én het huidige systeem stutten, gaan kraken en zelfs ineenstorten. De grootste bedreiging is dat de ecologische draagkracht van de aarde
i het begeeft. Dat zou niet enkel een zware klap zijn voor het huidige wereldsysteem, het zou ook een ernstige handicap zijn voor het uitwerken van om het even welk alternatief systeem.
We hebben de hinderpalen op een rijtje gezet, ze zijn talrijk. En toch zijn de kansen van deze beweging om een tegenmacht op te bouwen die met succes het dominante economische model kan counteren, groter dan velen denken. Want de verarming die miljoenen, zelfs miljarden mensen treft van Argentinië
i tot ver voorbij de Rio Grande, van Oost-Europa tot heel Afrika
i, doorheen heel Azië
i, maakt overduidelijk dat het huidige model faalt. De bewering dat het het enige mogelijk zou zijn is al een tijdje verstomd. Zo krijgen onze samenlevingen terug zuurstof om aan alternatieven te denken, het is ook de kracht van Porto Alegre, zoveel vertegenwoordigers van duizenden sociale bewegingen en organisaties die merken hoe hun invloed en kracht, ook internationaal, sterk is gegroeid de jongste jaren. En ze weten dat ze nog sterker worden.
Dirk Barrez
Dit artikel verscheen in De Morgen van 30 januari 2002. Het is een bewerking van de uitleiding van zijn boek ‘De antwoorden van het antiglobalisme. Van Seattle tot Porto Alegre, p. 244-251
Dit boek, een klassieker en bestseller over de andersglobalisten, is nog altijd te bestellen - klik hier
De auteur schreef o.a. de boeken ‘De antwoorden van het antiglobalisme. Van Seattle tot Porto Alegre’ en ‘Ik wil niet sterven aan de XXste eeuw. Over leven in de 21ste eeuw’. Dat laatste boek is ook een onderwijs- en internetproject geworden, surf eens naar www.pala.be
Niet alleen de markten en de economie hebben zich geglobaliseerd. Ook de sociale spelers organiseren zich gaandeweg ‘globaal’. Eind januari 2001 verzamelen zich duizenden mensen uit de hele wereld in de Zuid-Braziliaanse havenstad Porto Alegre voor het eerste Wereld Sociaal Forum (WSF) plaats.
De mens zoekt voortdurend naar een beter leven. Die moeizame zoektocht is ook te lezen als een verhaal van rechten en vrijheden. Op 10 december 1948 schrijft de mensheid van dat verhaal de mooiste en meest unieke bladzijde. Die dag keurt de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens goed. Die Verklaring telt slechts 30 artikelen, maar is een ontzettend rijke en veelzijdige tekst. Het bevat zowel de burgerlijke en politieke vrijheden (art.1-21), de sociale en economische rechten (art. 22-25) als de culturele rechten (art. 22,26,27). Ook het recht op ontwikkeling is er reeds in vervat (art. 28). En zelfs dat rechten ook plichten meebrengen (art. 29). Tientallen verdragen en conventies hebben ze daarna aangevuld.
Betaald werk is op onze wereld nog altijd de belangrijkste wijze om aan een inkomen te raken. Zowat overal is het werken geblazen om te kunnen leven.Let wel, werk of arbeid is lang niet alleen contractuele loonarbeid voor een werkgever.
zie Internationaal Monetair Fonds
Is samen met het IMF opgericht in 1944 in Bretton Woods (zie ook daar).Ze bestaat uit de Internationale Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling en de Internationale Associatie voor Ontwikkeling. De Wereldbank telt 185 landen-aandeelhouders. Met 16,45 procent van de stemmen bezit de VS – de grootste aandeelhouder – als enige een blokkeringsminderheid. Erg democratisch functioneert de Bank dus niet.Samen vormen IMF en Wereldbank zowat het mondiale ministerie van financiën. Terwijl het IMF zich concentreert op het monetaire en budgettaire beleid van landen, verschaft de Wereldbank leningen om hun ontwikkeling te financieren. In het begin leent zij aan het verwoeste naoorlogse Europa, later aan ontwikkelingslanden.In de praktijk vormt de Wereldbank één as met het IMF en wendt zij haar financiële macht aan in het kader van het gezamenlijk voorgestane beleid van structurele aanpassing. Die benaming mag dan na kritiek in onbruik geraken, daarom is de doelstelling van IMF en Wereldbank om economieën open te gooien, om ze te liberaliseren en te privatiseren, nog niet veranderd.De gevolgen voor de betrokken samenlevingen blijven al even dikwijls asociaal en zelfs dramatisch. Uit onvrede over dat beleid neemt de vice-voorzitter van de Wereldbank, Joseph Stiglitz, in 2001 ontslag. Hij schrijf zijn kritiek neer in het boek Perverse globalisering (zie ook onder structureel aanpassingsprogramma).
zie Internationaal Monetair Fonds
Economie omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.
Het al te mateloze verbruik van de natuurlijke hulpbronnen die onze Aarde weet te bieden, zowel van de niet-hernieuwbare fossiele brandstoffen en delfstoffen als van de hernieuwbare bronnen. Voor die laatste komt het erop aan de natuurlijke productiecapaciteit van de Aarde en haar ecosystemen niet te overschrijden of uit te putten. Voorbeelden daar van zijn overbevissing of overmatig oppompen van water.Voor de delfstoffen geldt de afweging van de beschikbare voorraden, van de recuperatiemogelijkheid en van de eventuele alternatieven. Maar heel vervelend voor de fossiele brandstoffen is dat de verbranding ervan de opwarming van de atmosfeer en klimaatverandering veroorzaakt, ruim voor hun uitputting dreigt.
Niet alleen de markten en de economie hebben zich geglobaliseerd. Ook de sociale spelers organiseren zich gaandeweg ‘globaal’. Eind januari 2001 verzamelen zich duizenden mensen uit de hele wereld in de Zuid-Braziliaanse havenstad Porto Alegre voor het eerste Wereld Sociaal Forum (WSF) plaats.
De mens zoekt voortdurend naar een beter leven. Die moeizame zoektocht is ook te lezen als een verhaal van rechten en vrijheden. Op 10 december 1948 schrijft de mensheid van dat verhaal de mooiste en meest unieke bladzijde. Die dag keurt de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens goed. Die Verklaring telt slechts 30 artikelen, maar is een ontzettend rijke en veelzijdige tekst. Het bevat zowel de burgerlijke en politieke vrijheden (art.1-21), de sociale en economische rechten (art. 22-25) als de culturele rechten (art. 22,26,27). Ook het recht op ontwikkeling is er reeds in vervat (art. 28). En zelfs dat rechten ook plichten meebrengen (art. 29). Tientallen verdragen en conventies hebben ze daarna aangevuld.
Nog altijd zijn vakbonden, samen met boerenbewegingen, veruit de grootste sociale organisaties die de wereld kent. Nog altijd zijn vakbonden het allerbeste instrument voor werknemers om hun belangen te verdedigen. Samen staan ze sterker om goede loons- en arbeidsvoorwaarden af te dwingen, om er met andere woorden voor te zorgen dat zij fatsoenlijk kunnen leven van hun werk en dat zij kunnen werken in behoorlijke en veilige omstandigheden. Slechts als ze samen optreden, kunnen werknemers beletten dat hun loons- en arbeidsvoorwaarden achteruitgaan of hun werk zelfs verdwijnt, en daarmee ook hun inkomen.
Nog altijd zijn vakbonden, samen met boerenbewegingen, veruit de grootste sociale organisaties die de wereld kent. Nog altijd zijn vakbonden het allerbeste instrument voor werknemers om hun belangen te verdedigen. Samen staan ze sterker om goede loons- en arbeidsvoorwaarden af te dwingen, om er met andere woorden voor te zorgen dat zij fatsoenlijk kunnen leven van hun werk en dat zij kunnen werken in behoorlijke en veilige omstandigheden. Slechts als ze samen optreden, kunnen werknemers beletten dat hun loons- en arbeidsvoorwaarden achteruitgaan of hun werk zelfs verdwijnt, en daarmee ook hun inkomen.
Boerenbewegingen zijn de meest succesrijke antiglobalisten in de rijke landen. Daar slagen ze erin om de landbouw in grote mate buiten de wereldmarkt te houden. Zo verwerven ze een leefbaar inkomen. Wereldwijd pleiten boerenbewegingen voor een leefbaar platteland via de afscherming van regionale markten en raken ze het erover eens dat ze elkaar niet de duvel mogen aandoen met exportsubsidies. Samen met de arbeidersbeweging en de milieubeweging vormen ze de sterkste motors van de andersglobaliseringsbeweging.
Niet alleen de markten en de economie hebben zich geglobaliseerd. Ook de sociale spelers organiseren zich gaandeweg ‘globaal’. Eind januari 2001 verzamelen zich duizenden mensen uit de hele wereld in de Zuid-Braziliaanse havenstad Porto Alegre voor het eerste Wereld Sociaal Forum (WSF) plaats.
Nog altijd zijn vakbonden, samen met boerenbewegingen, veruit de grootste sociale organisaties die de wereld kent. Nog altijd zijn vakbonden het allerbeste instrument voor werknemers om hun belangen te verdedigen. Samen staan ze sterker om goede loons- en arbeidsvoorwaarden af te dwingen, om er met andere woorden voor te zorgen dat zij fatsoenlijk kunnen leven van hun werk en dat zij kunnen werken in behoorlijke en veilige omstandigheden. Slechts als ze samen optreden, kunnen werknemers beletten dat hun loons- en arbeidsvoorwaarden achteruitgaan of hun werk zelfs verdwijnt, en daarmee ook hun inkomen.
Boerenbewegingen zijn de meest succesrijke antiglobalisten in de rijke landen. Daar slagen ze erin om de landbouw in grote mate buiten de wereldmarkt te houden. Zo verwerven ze een leefbaar inkomen. Wereldwijd pleiten boerenbewegingen voor een leefbaar platteland via de afscherming van regionale markten en raken ze het erover eens dat ze elkaar niet de duvel mogen aandoen met exportsubsidies. Samen met de arbeidersbeweging en de milieubeweging vormen ze de sterkste motors van de andersglobaliseringsbeweging.
Betaald werk is op onze wereld nog altijd de belangrijkste wijze om aan een inkomen te raken. Zowat overal is het werken geblazen om te kunnen leven.Let wel, werk of arbeid is lang niet alleen contractuele loonarbeid voor een werkgever.
Al te makkelijk krijgt een mens te horen dat landbouw een steeds kleiner deel is van onze economie, versta, een verwaarloosbaar deel. Feit blijft dat het de landbouw is die zorgt voor de energie die de mens broodnodig heeft, we moeten namelijk allemaal eten om te leven. Voldoende en gevarieerd eten is ook cruciaal voor onze gezondheid.
Economie omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.
Betaald werk is op onze wereld nog altijd de belangrijkste wijze om aan een inkomen te raken. Zowat overal is het werken geblazen om te kunnen leven.Let wel, werk of arbeid is lang niet alleen contractuele loonarbeid voor een werkgever.
zie Internationaal Monetair Fonds
Is samen met het IMF opgericht in 1944 in Bretton Woods (zie ook daar).Ze bestaat uit de Internationale Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling en de Internationale Associatie voor Ontwikkeling. De Wereldbank telt 185 landen-aandeelhouders. Met 16,45 procent van de stemmen bezit de VS – de grootste aandeelhouder – als enige een blokkeringsminderheid. Erg democratisch functioneert de Bank dus niet.Samen vormen IMF en Wereldbank zowat het mondiale ministerie van financiën. Terwijl het IMF zich concentreert op het monetaire en budgettaire beleid van landen, verschaft de Wereldbank leningen om hun ontwikkeling te financieren. In het begin leent zij aan het verwoeste naoorlogse Europa, later aan ontwikkelingslanden.In de praktijk vormt de Wereldbank één as met het IMF en wendt zij haar financiële macht aan in het kader van het gezamenlijk voorgestane beleid van structurele aanpassing. Die benaming mag dan na kritiek in onbruik geraken, daarom is de doelstelling van IMF en Wereldbank om economieën open te gooien, om ze te liberaliseren en te privatiseren, nog niet veranderd.De gevolgen voor de betrokken samenlevingen blijven al even dikwijls asociaal en zelfs dramatisch. Uit onvrede over dat beleid neemt de vice-voorzitter van de Wereldbank, Joseph Stiglitz, in 2001 ontslag. Hij schrijf zijn kritiek neer in het boek Perverse globalisering (zie ook onder structureel aanpassingsprogramma).
Zonder belastingen geen goede samenleving. Welvaartsstaten zijn maar mogelijk omdat ze vooral via een progressieve inkomensbelasting de inkomens deels kunnen herverdelen, de sociale zekerheid (mee) financieren en investeren in o.a. goed onderwijs, gezondheidszorg en best ook een duurzame economie met nuttig werk voor iedereen.
Betaald werk is op onze wereld nog altijd de belangrijkste wijze om aan een inkomen te raken. Zowat overal is het werken geblazen om te kunnen leven.Let wel, werk of arbeid is lang niet alleen contractuele loonarbeid voor een werkgever.
Het basisinkomen is een inkomen dat iedereen individueel krijgt, van de geboorte tot de dood, onvoorwaardelijk.Waarom? Omdat alle mensen recht op waardig leven hebben. Dat is in mondiaal perspectief wellicht het belangrijkste pro-argument.
Vanaf 1999 is het wereldwijde protest en verzet tegen de dominante globalisering heel zichtbaar. Wat al deze mensen drijft, is scepsis over een wereld waar de economie voorrang krijgt op de mens, de welvaart steeds ongelijker verdeeld raakt, de mensenrechten in de verdrukking komen, de ecologische ravages onvoorstelbaar groot zijn en de besluitvorming over dat alles ondemocratisch verloopt.
Waar het in de wereld in grote mate om draait. Al te vaak gereduceerd tot staatsmacht of zelfs tot militaire staatsmacht waarbij nog niet zo lang geleden enkel maar twee zogenaamde supermachten meetelden, de VS en de voormalige Sovjetunie. Dat kleine groepen een terroristische machtspositie kunnen uitbouwen, beseffen we nu ook. Maar er zijn veel andere vormen van macht in onze globaliserende wereld, vooreerst economische en financiële macht. De opkomst van Oost-Azië heeft vooral met die macht te maken, de sleutelpositie van multinationals eveneens en bovenal de dominantie van financiële groepen. Er is de politieke macht, hard nodig om de economische macht zonodig te corrigeren; ze komt op wereldvlak meer dan één maatje te kort. Cultuur, kennis en technologie bieden in hoge mate het vermogen om het leven en het samenleven te organiseren. Op het snijvlak van cultuur en economie is er de stijgende mediamacht die de agenda van de publieke opinie meer en meer beheerst. Religies en levensovertuigingen laten hun soms sterke invloed gelden in de wereld.In een steeds complexere mondiale samenleving zijn er talloze vormen van macht en machtsuitoefening die voortdurend op elkaar inwerken. Omdat onze wereld snel verandert, betekent dit ook dat bestaande machtsverhoudingen vlugger onder druk kunnen komen.
Waar het in de wereld in grote mate om draait. Al te vaak gereduceerd tot staatsmacht of zelfs tot militaire staatsmacht waarbij nog niet zo lang geleden enkel maar twee zogenaamde supermachten meetelden, de VS en de voormalige Sovjetunie. Dat kleine groepen een terroristische machtspositie kunnen uitbouwen, beseffen we nu ook. Maar er zijn veel andere vormen van macht in onze globaliserende wereld, vooreerst economische en financiële macht. De opkomst van Oost-Azië heeft vooral met die macht te maken, de sleutelpositie van multinationals eveneens en bovenal de dominantie van financiële groepen. Er is de politieke macht, hard nodig om de economische macht zonodig te corrigeren; ze komt op wereldvlak meer dan één maatje te kort. Cultuur, kennis en technologie bieden in hoge mate het vermogen om het leven en het samenleven te organiseren. Op het snijvlak van cultuur en economie is er de stijgende mediamacht die de agenda van de publieke opinie meer en meer beheerst. Religies en levensovertuigingen laten hun soms sterke invloed gelden in de wereld.In een steeds complexere mondiale samenleving zijn er talloze vormen van macht en machtsuitoefening die voortdurend op elkaar inwerken. Omdat onze wereld snel verandert, betekent dit ook dat bestaande machtsverhoudingen vlugger onder druk kunnen komen.
Globalisering of mondialisering is het proces waardoor mensen, producten, informatie, geld, grondstoffen makkelijker en sneller van de ene naar de andere plaats in de wereld kunnen worden gebracht. Daardoor is de wereld kleiner geworden en is er veel meer wederzijdse afhankelijkheid tussen landen.
Waar het in de wereld in grote mate om draait. Al te vaak gereduceerd tot staatsmacht of zelfs tot militaire staatsmacht waarbij nog niet zo lang geleden enkel maar twee zogenaamde supermachten meetelden, de VS en de voormalige Sovjetunie. Dat kleine groepen een terroristische machtspositie kunnen uitbouwen, beseffen we nu ook. Maar er zijn veel andere vormen van macht in onze globaliserende wereld, vooreerst economische en financiële macht. De opkomst van Oost-Azië heeft vooral met die macht te maken, de sleutelpositie van multinationals eveneens en bovenal de dominantie van financiële groepen. Er is de politieke macht, hard nodig om de economische macht zonodig te corrigeren; ze komt op wereldvlak meer dan één maatje te kort. Cultuur, kennis en technologie bieden in hoge mate het vermogen om het leven en het samenleven te organiseren. Op het snijvlak van cultuur en economie is er de stijgende mediamacht die de agenda van de publieke opinie meer en meer beheerst. Religies en levensovertuigingen laten hun soms sterke invloed gelden in de wereld.In een steeds complexere mondiale samenleving zijn er talloze vormen van macht en machtsuitoefening die voortdurend op elkaar inwerken. Omdat onze wereld snel verandert, betekent dit ook dat bestaande machtsverhoudingen vlugger onder druk kunnen komen.
Vanaf 1999 is het wereldwijde protest en verzet tegen de dominante globalisering heel zichtbaar. Wat al deze mensen drijft, is scepsis over een wereld waar de economie voorrang krijgt op de mens, de welvaart steeds ongelijker verdeeld raakt, de mensenrechten in de verdrukking komen, de ecologische ravages onvoorstelbaar groot zijn en de besluitvorming over dat alles ondemocratisch verloopt.
De mens zoekt voortdurend naar een beter leven. Die moeizame zoektocht is ook te lezen als een verhaal van rechten en vrijheden. Op 10 december 1948 schrijft de mensheid van dat verhaal de mooiste en meest unieke bladzijde. Die dag keurt de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens goed. Die Verklaring telt slechts 30 artikelen, maar is een ontzettend rijke en veelzijdige tekst. Het bevat zowel de burgerlijke en politieke vrijheden (art.1-21), de sociale en economische rechten (art. 22-25) als de culturele rechten (art. 22,26,27). Ook het recht op ontwikkeling is er reeds in vervat (art. 28). En zelfs dat rechten ook plichten meebrengen (art. 29). Tientallen verdragen en conventies hebben ze daarna aangevuld.
Economie omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.
Hoe je het ook draait of keert, al onze welvaart komt van onze Aarde. Heel langzaam beginnen we een vervelende maar steeds belangrijker waarheid te erkennen. We kunnen ons niet veroorloven dat de talrijke economische activiteiten die we allemaal samen uitoefenen de draagkracht van onze planeet te boven gaan. Pas in de tweede helft van de twintigste eeuw zijn de mensen zich ervan bewust geworden dat de planeet waarop ze leven veel weg heeft van een kwetsbaar ruimteschip. Dat moeten we piekfijn in orde houden want we kunnen niet zonder.
Hoe je het ook draait of keert, al onze welvaart komt van onze Aarde. Heel langzaam beginnen we een vervelende maar steeds belangrijker waarheid te erkennen. We kunnen ons niet veroorloven dat de talrijke economische activiteiten die we allemaal samen uitoefenen de draagkracht van onze planeet te boven gaan. Pas in de tweede helft van de twintigste eeuw zijn de mensen zich ervan bewust geworden dat de planeet waarop ze leven veel weg heeft van een kwetsbaar ruimteschip. Dat moeten we piekfijn in orde houden want we kunnen niet zonder.
Hoe een rijk land arm wordt, dat is wat Argentinië in het begin van de 21ste eeuw aan de wereld toont. Tot ruim na de Tweede Wereldoorlog was dit land één van de rijkste van de wereld. De Argentijnen hadden het goed, ze leefden zoals wij en zelfs beter. Iedereen had werk in hun welvaartstaat met de sterkste industrie van heel Zuid-Amerika, met goede gezondheidszorg, onderwijs en openbaar vervoer.
Het armste continent, dat weten we allemaal. Maar in tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht is Afrika tevens het meest geglobaliseerde continent: de Afrikanen halen drie maal meer van hun povere inkomen uit internationale handel dan Europeanen of Amerikanen. Zij zijn dus veel meer ingeschakeld in de wereldeconomie dan andere continenten. Maar zij worden van de export van hun grondstoffen en landbouwgewassen niet rijker, zij verarmen er zelfs van. Dan spreken we beter van uitbuiting en niet van handel.
veruit het meest bevolkte continent op onze Aarde en vaak het werelddeel van de toekomst genoemd waarheen snel het zwaartepunt verschuift, vooreerst het economische.