In het begin van de 20ste eeuw was eenderde van de Macedonische bevolkingi Slavisch, eenderde Grieks en eenderde Turks of Albanees. De Bulgaren beschouwden de Slavische bevolkingi van Macedonië om taalkundige, historische en etnische redenen als Bulgaars. Maar ze hadden ook historische redenen. Vóór de Osmaanse invasie had Macedonië alles bij elkaar ongeveer 250 jaar deel uitgemaakt van Bulgarije, voor het laatst in de eerste helft van de 13de eeuw. De Serviërs vonden om soortgelijke redenen dat Macedonië Servisch was en bij Servië hoorde. Ook de Grieken maakten aanspraak op Macedonië: in de steden werd Grieks gesproken, een groot deel van de bevolkingi erkende het patriarchaat van Constantinopel, en Alexander, de grootste aller Grieken, was een Macedoniër. Inmiddels was bij de Macedonische Slaven het idee gegroeid dat ze eigenlijk een apart Slavisch volk vormden, de Macedoniërs, en recht hadden op een eigen staat. Tijdens de Balkanoorlogen aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog werd de Macedonische kwestie ‘opgelost’ door het land te verdelen onder de ruziemakers. Bulgarije kreeg het kleinste stuk. Duurzaam was dat niet. Macedonië belandde bij Joegoslavië en na het uiteenvallen van dat land eind vorige eeuw is het nu een onafhankelijk land. Maar de meeste Bulgaren vinden nog altijd dat Macedoniërs Bulgaren zijn.
Economische groei en de herverdelende kracht van sociale bewegingen hebben de basis gevormd voor een aantal welvaartstaten, een te koesteren prachtprestatie. Maar de huidige economie loopt vast op de biofysische onmogelijkheid om onbeperkt te kunnen blijven groeien. Een transitie naar een sociaalecologische economie dringt zich op.
We beleven de grootste crisis in tachtig jaar en - ook al gaan de beloftes van politici nu overal snel in stijgende lijn - onze regeringen en overheden, in Vlaanderen, in België, in
organisaties en werksystemen hebben de neiging om te bureaucratiseren. Het is dus belangrijk om ze lenig of flexibel te houden. Mondialisering dwingt vooral bedrijven tot flexibiliteit. Ze moeten zich aanpassen aan snel wijzigende economische omstandigheden met nieuwe of betere producten of diensten, andere manieren van produceren, een betere arbeidsorganisatie. Al te dikwijls wordt flexibiliteit enkel op de werknemers verhaald terwijl ze toch van twee kanten moet komen en toekomstgerichte investeringen minstens even belangrijk zijn, zoals verstandige werkgevers heel goed beseffen. Helemaal onvriendelijk voor werknemers is wanneer flexibiliteit hun totale beschikbaarheid en opeisbaarheid wil zonder dat daar iets tegenover staat, zelfs amper fatsoenlijke lonen of voltijdse banen. Het is op veel plekken in de wereld een groeiende realiteit in vooral dienstenbedrijven, de zogenaamde hamburgerjobs, en nog meer in de grijze of zwarte economie.
zie ook flexicurity, Lissabonstrategie
Schrijf je in op de PALA nieuwsbrief
zijn we met te veel? In 2015 telt de wereld 7,350 miljard mensen. In de toekomst kijken is niet makkelijk, maar omstreeks 2050 zullen we in de medium schatting meest waarschijnlijk met zowat 9,73 miljard zijn. Ongeveer zoals vandaag zouden 1,29 miljard mensen in de nu rijke, vooral industriële landen leven, daar komt vergrijzing van. De nu veel armere landen zien hun bevolking aangroeien van goed 6,18 tot wel 8,44 miljard, met volgens sommigen dreigende overbevolking. Tegen 2100 zou de groei stevig terugvallen met een wereldbevolking van dan waarschijnlijk 11,21 miljard.
zijn we met te veel? In 2015 telt de wereld 7,350 miljard mensen. In de toekomst kijken is niet makkelijk, maar omstreeks 2050 zullen we in de medium schatting meest waarschijnlijk met zowat 9,73 miljard zijn. Ongeveer zoals vandaag zouden 1,29 miljard mensen in de nu rijke, vooral industriële landen leven, daar komt vergrijzing van. De nu veel armere landen zien hun bevolking aangroeien van goed 6,18 tot wel 8,44 miljard, met volgens sommigen dreigende overbevolking. Tegen 2100 zou de groei stevig terugvallen met een wereldbevolking van dan waarschijnlijk 11,21 miljard.
zijn we met te veel? In 2015 telt de wereld 7,350 miljard mensen. In de toekomst kijken is niet makkelijk, maar omstreeks 2050 zullen we in de medium schatting meest waarschijnlijk met zowat 9,73 miljard zijn. Ongeveer zoals vandaag zouden 1,29 miljard mensen in de nu rijke, vooral industriële landen leven, daar komt vergrijzing van. De nu veel armere landen zien hun bevolking aangroeien van goed 6,18 tot wel 8,44 miljard, met volgens sommigen dreigende overbevolking. Tegen 2100 zou de groei stevig terugvallen met een wereldbevolking van dan waarschijnlijk 11,21 miljard.