Waarom zouden we wel uitkijken naar een nieuwe film, theatervoorstelling, roman of CD en niet naar een nieuw globaal rapport? Niet dat we meteen veel plezier zullen beleven aan Global Environment Outlook 4, een werkstuk van UNEP - de milieuorganisatie van de Verenigde Naties - dat deze maand verschijnt. Wie de voorganger Outlook 3 kent, weet dat hij of zij zich mag verwachten aan een boeiend en belangrijk rapport waarvan de lectuur onze kennisbagage flink opkrikt maar verder weinig blijdschap kan verwekken. Outlook 3 bv. dateert uit 2002 en is ongeveer vierhonderd bladzijden vooral een catalogus van wat er ecologisch fout loopt op onze wereldbol. Maar als we nog lang en welvarend willen leven, doen we er goed aan een zo exact mogelijk zicht te krijgen op wat fout loopt of fout dreigt te lopen. En dus zijn we nieuwsgierig naar de opvolger Outlook 4 die deze maand verschijnt. Voor al wie wil weten hoe het gaat met lucht, aardei, water en biodiversiteiti op onze planeet en wat de belangrijke regionale milieuproblemeni zijn. Wat betekent dit alles voor de mens, en welke uitdagingen en kansen biedt dit? Voor welke betere scenario's kunnen we kiezen? Welke milieupolitiek kunnen we voeren? Voor wie niet kan wachten, biedt de website van Global Environment Outlook alvast meer dan genoeg interessante informatie om uw ecologische hongeri te stillen. De databank zoomt in op maar liefst vierhonderdvijftig variabelen, van voedselproductie, watervoorraden, bosareaal of bedreigde vogelsoorten tot spoorwegverkeer, levensverwachting of militaire uitgaven. En we geven ook graag de weblink mee waar straks Outlook 4 te vinden valt.
Over de wereldeconomie verschijnen de jongste tijd alleen maar hoeraberichten en positieve cijfers. Vreemd, want er is wel degelijk ook heel ander economisch nieuws te rapen.
Digitale informatiezondvloed, ‘alternatieve feiten’ en post-truth, de uitdagingen voor media en journalistiek zijn nog groter dan ze altijd al waren. Maar onafhankelijke nieuwsmedia en professionele journalisten blijven onmisbaar cement voor een democratie. Pol Deltour geeft lessen voor journalisten die ook alle burgers kunnen interesseren.
Als we naar alle vormen van hernieuwbare energie kijken, blijken die samen al aan bijna 10 miljoen mensen werk te verschaffen. Heel opvallend, Duitsland presteert ruim dubbel zo goed als België of Nederland, Denemarken doet zelfs ruim viermaal beter.
De jongste decennia hebben de financiële markten veel meer vrijheid gekregen. Die financiële globalisering zorgt voor een spectaculaire aangroei van het zogenaamde flipperkapitaal dat de wereld rondflitst op zoek naar snelle en hoge winsten. Meer dan eens heeft dit geleid tot financiële crises die ontzettend veel mensen hun werk en inkomen kosten. James Tobin, Amerikaans econoom en Nobelprijswinnaar, stelde al in 1978 voor om een kleine belasting van bijvoorbeeld 0,1 procent te heffen op munt- of valutatransacties. Grote voordeel daarvan is dat het de speculatie door flitskapitaal zal afremmen: speculanten moeten immers bij elke wisseloperatie deze taks ophoesten. Als tweede voordeel is er de fikse opbrengst. Zo kan deze mondiale belasting mee de middelen verschaffen om de grote wereldproblemen aan te pakken. Nadelen voor de gewone economie zijn er niet. Zulke éénmalige minieme belasting vormt geen hinderpaal voor wie internationaal goederen of diensten verhandelt of investeert. De Duitse hoogleraar Paul Bernd Spahn stelt later voor om de taks laag of zelfs op nul te houden in normale tijden op de financiële markten. Maar wanneer munten sterk gaan schommelen en er financieel onweer opduikt, zou het tarief sterk kunnen verhogen tot maximum 80 procent of nog meer. Dan dam je de speculatie werkelijk af. De Tobin-Spahn taks is geadopteerd door de andersglobalistische beweging als één van hun hoofdeisen. Nogal wat landen, waaronder India en Duitsland, zijn voorstander van deze belasting. Frankrijk en België zijn nog verder gegaan en hebben de Tobin-Spahn taks in een wet gegoten. Die treedt in werking zodra alle landen van de Eurozone zulke wet hebben gestemd.
Schrijf je in op de PALA nieuwsbrief
Hoe je het ook draait of keert, al onze welvaart komt van onze Aarde. Heel langzaam beginnen we een vervelende maar steeds belangrijker waarheid te erkennen. We kunnen ons niet veroorloven dat de talrijke economische activiteiten die we allemaal samen uitoefenen de draagkracht van onze planeet te boven gaan. Pas in de tweede helft van de twintigste eeuw zijn de mensen zich ervan bewust geworden dat de planeet waarop ze leven veel weg heeft van een kwetsbaar ruimteschip. Dat moeten we piekfijn in orde houden want we kunnen niet zonder.
Dieren en planten waren nooit veilig voor de mens maar hun uitstervingsritme ligt veel hoger dan ooit, een rijkdom die wellicht voor altijd verloren gaat.
Ze bestaan in verschillende soorten.Er is vooreerst vervuiling of verontreiniging waarbij men het milieu opzadelt met een verhoogde concentratie van stoffen die schadelijk kan zijn voor mens en natuur.Het is belangrijk om het verschil te zien tussen dat eerste generatiemilieuprobleem en de tweede generatieproblemen van uitputting en aantasting.
800 miljoen mensen zijn ondervoed, elk jaar opnieuw sterven miljoenen mensen door gebrek aan voedsel en de ziekten die daarmee samenhangen, elke dag meer dan 25.000 doden, dat zijn wel 100 neerstortende passagiersvliegtuigen of ruim acht keer het aantal 11 september doden in de WTC torens, elke dag. Toch levert de Aarde genoeg te eten voor iedereen. Niet een tekort aan voedsel is dus de belangrijkste oorzaak van honger en hongersnood. De echte oorzaak is, veel meer dan voedseltekort, droogte, overstromingen of andere rampen, dat mensen arm zijn, dat ze te weinig koopkracht of inkomen hebben om aan eten te geraken.