Sri Lankaans migratieverbod voor moeders krijgt veel kritiek
woensdag, 16 mei 2007 - 14:00
Sinds de Sri Lankaanse regering op 7 maart aankondigde dat ze werkt aan een wettelijke regeling die het moeders met kinderen jonger dan vijf jaar zou verbieden om in het buitenland werki te zoeken, is de kritiek alleen maar toegenomen. Minister Sumedha Jayasena van Kinderontwikkeling en Vrouwenbeleid wilde naar eigen zeggen met het verbod paal en perk stellen aan de verwaarlozing van jonge kinderen in Sri Lanka. Ruim 660.000 Sri Lankaanse vrouwen werken in het buitenland als huispersoneel en zien zich vaak gedwongen om hun kinderen achter te laten. Het is algemeen bekend dat de arbeidsomstandigheden waarin deze vrouwen in het buitenland moeten werken slecht zijn (lange werkdagen, laag loon, slechte woongelegenheid, intimidatie). Maar de armoedei in eigen land dwingt hen tot migratiei. In 2006 stuurden Sri Lankaanse migranten ruim 1,8 miljard euro naar hun thuisland, meteen de tweede belangrijkste bron van buitenlandse inkomsten voor het Zuid-Aziatische eiland, goed voor 9 procent van het BNPi. Het migratieverbod voor vrouwen krijgt echter veel kritiek van mensenrechteni- en migrantengroepen in binnen- en buitenland. Human Rights Watch (HRW) noemt het verbod “een schending van het fundamentele recht op arbeidi van vrouwen”. Het Sri Lanka Women’s NGO Forum, de lokale lidorganisatie van het Migrant Forum Asia, een netwerk van meer dan 290 migrantenorganisaties en vakbondeni uit 14 Aziatische landen, vindt het verbod een aantastingi van het recht op vrije beweging van vrouwen en een aanfluiting van de IAOi-normen die discriminatie van vrouwen verbiedt. De tegenstanders van het verbod erkennen wel het sociaal probleem dat ontstaat wanneer vrouwen hun kinderen achterlaten om werki te gaan zoeken in het buitenland. Zij vinden dat de regering eerst de oorzaken van de armoedei moet aanpakken zodat minder vrouwen gedwongen zouden worden tot arbeidsmigratie. Na de golf van kritiek kondigde de Sri Lankaanse minister van Buitenlandse Werkgelegenheid, Keheliya Rambukwella, vorige week aan dat het verbod opnieuw bekeken zal worden. Migrantenorganisaties klagen over het gebrek aan steun van de overheid voor de echte problemen van vrouwelijke migranten.
Democratische rechtsstaten die niet langer oorlog voeren en met een vrije markteconomie die in grote mate sociaal gecorrigeerd is, en meer en meer ook ecologisch.
Schrijf je in op de PALA nieuwsbrief
Betaald werk is op onze wereld nog altijd de belangrijkste wijze om aan een inkomen te raken. Zowat overal is het werken geblazen om te kunnen leven.Let wel, werk of arbeid is lang niet alleen contractuele loonarbeid voor een werkgever.
Armoede is in de eerste plaats een gevolg van een gebrek aan inkomen. En dat gebrek is geen natuurramp. Mensen of samenlevingen zijn arm en verdienen te weinig omdat ze niet over de middelen en mogelijkheden beschikken om welvaart te creëren, of omdat de gecreëerde welvaart onvoldoende verdeeld geraakt. En soms hebben ze de pech dat het allebei waar is, dat de weinige welvaart terecht komt bij maar heel weinig mensen. Die ongelijke inkomensverdeling heeft alles te maken met ongelijke machtsverdeling. Om meer inkomen te verwerven en dus armoede te bestrijden is het nodig dat mensen meer te zeggen krijgen, dat ze meer politieke en economische macht verwerven dus. In die strijd speelden en spelen sociale bewegingen, vooral de werknemersbewegingen, een cruciale rol. Het belang van behoorlijk vergoed werk om fatsoenlijk te kunnen leven kan bijna onmogelijk overschat worden. Vandaar dat ook het realiseren van dit recht op werk nooit teveel kan worden beklemtoond.
Over de hele wereld trekken mensen naar de rijke gebieden: Mexicanen en Salvadoranen naar de Verenigde Staten, Argentijnen naar Italië en Spanje, Egyptenaren en Pakistani naar het Midden-Oosten, Zuidoost-Aziaten naar Zuid-Korea en Japan. Wereldwijd is de allergrootste migratie die van platteland naar stad, meestal binnenin landen.
Het bnp of bruto nationaal product telt gewoon op wat er zoal aan goederen en diensten is voortgebracht in een land. Maar wat het resultaat daarvan is, daar vertelt de meetlat niets over.
De mens zoekt voortdurend naar een beter leven. Die moeizame zoektocht is ook te lezen als een verhaal van rechten en vrijheden. Op 10 december 1948 schrijft de mensheid van dat verhaal de mooiste en meest unieke bladzijde. Die dag keurt de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens goed. Die Verklaring telt slechts 30 artikelen, maar is een ontzettend rijke en veelzijdige tekst. Het bevat zowel de burgerlijke en politieke vrijheden (art.1-21), de sociale en economische rechten (art. 22-25) als de culturele rechten (art. 22,26,27). Ook het recht op ontwikkeling is er reeds in vervat (art. 28). En zelfs dat rechten ook plichten meebrengen (art. 29). Tientallen verdragen en conventies hebben ze daarna aangevuld.
Zowat overal ter wereld is het vooral werken geblazen om te kunnen leven.Let wel, arbeid is niet hetzelfde als contractuele loonarbeid voor een werkgever. Onnoemelijk veel mensen werken voor zichzelf en hun familie of als zelfstandige, ze zijn landbouwer, veeteler, visser, handelaar, kapper of kleermaker. Altijd is cruciaal of men genoeg verdient om behoorlijk te leven wat voor de helft van de mensen niet het geval is. De meeste landbouwers verdienen ronduit slecht. Heel veel werk in de zwarte of informele economie is onderbetaald. En ook de talrijke zogenaamde hamburgerjobs bieden een salaris onder het levensminimum. Nog erger is dat er gewoon veel te weinig werk is.De wereld staat dus voor de zware uitdaging om voldoende nuttig en fatsoenlijk betaald werk te creëren voor iedereen die wil werken. Probleem is dat de huidige globalisering vrijheid en rechten voor geld, goederen en diensten creëert zonder de rechten van arbeid te beschermen. Zo komt onze ambitie om iedereen loon naar werken te bieden in de verdrukking. De beloning voor wie werkt daalt en ze stijgt voor kapitaal. Die ongelijke machtsverdeling brengt ook grotere inkomensongelijkheid en meer armoede mee.
Nog altijd zijn vakbonden, samen met boerenbewegingen, veruit de grootste sociale organisaties die de wereld kent. Nog altijd zijn vakbonden het allerbeste instrument voor werknemers om hun belangen te verdedigen. Samen staan ze sterker om goede loons- en arbeidsvoorwaarden af te dwingen, om er met andere woorden voor te zorgen dat zij fatsoenlijk kunnen leven van hun werk en dat zij kunnen werken in behoorlijke en veilige omstandigheden. Slechts als ze samen optreden, kunnen werknemers beletten dat hun loons- en arbeidsvoorwaarden achteruitgaan of hun werk zelfs verdwijnt, en daarmee ook hun inkomen.
Aantasting slaat op het wijzigen van ecosytemen zodat hun kwaliteit en hun biodiversiteit schade ondervindt. En dat is ook schadelijk voor de mens die b.v. aan de opwarming een minder leefbare Aarde zal overhouden.
zie Internationale Arbeidsorganisatie
Betaald werk is op onze wereld nog altijd de belangrijkste wijze om aan een inkomen te raken. Zowat overal is het werken geblazen om te kunnen leven.Let wel, werk of arbeid is lang niet alleen contractuele loonarbeid voor een werkgever.
Armoede is in de eerste plaats een gevolg van een gebrek aan inkomen. En dat gebrek is geen natuurramp. Mensen of samenlevingen zijn arm en verdienen te weinig omdat ze niet over de middelen en mogelijkheden beschikken om welvaart te creëren, of omdat de gecreëerde welvaart onvoldoende verdeeld geraakt. En soms hebben ze de pech dat het allebei waar is, dat de weinige welvaart terecht komt bij maar heel weinig mensen. Die ongelijke inkomensverdeling heeft alles te maken met ongelijke machtsverdeling. Om meer inkomen te verwerven en dus armoede te bestrijden is het nodig dat mensen meer te zeggen krijgen, dat ze meer politieke en economische macht verwerven dus. In die strijd speelden en spelen sociale bewegingen, vooral de werknemersbewegingen, een cruciale rol. Het belang van behoorlijk vergoed werk om fatsoenlijk te kunnen leven kan bijna onmogelijk overschat worden. Vandaar dat ook het realiseren van dit recht op werk nooit teveel kan worden beklemtoond.
De IAO dateert uit 1919, is daarmee één van de oudste internationale organisaties en is gevestigd in Genève. Na de Tweede Wereldoorlog groeit zij binnen de Verenigde Naties uit tot de dochterorganisatie die gespecialiseerd is in sociaal beleid.
zie Internationale Arbeidsorganisatie
Betaald werk is op onze wereld nog altijd de belangrijkste wijze om aan een inkomen te raken. Zowat overal is het werken geblazen om te kunnen leven.Let wel, werk of arbeid is lang niet alleen contractuele loonarbeid voor een werkgever.