arbeidsnormen
Binnen de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) onderhandelen regeringen, werknemers en werkgevers over arbeidsconventies en aanbevelingen. Daarin leggen zij de overeengekomen arbeidsnormen vast. Sinds 1919 zijn reeds 189 conventies en 205 aanbevelingen goedgekeurd (2019). Daarmee is een conventie echter niet meteen afdwingbaar in alle lidstaten van de IAO. Een conventie wordt maar dwingend wanneer een lidstaat ze ratificeert.
De fundamentele arbeidsnormen - vrijheid van vereniging of vakbondsvrijheid, het recht op collectieve onderhandelingen, geen dwangarbeid, geen discriminatie op de werkvloer, geen kinderarbeid – moeten volgens een IAO Verklaring uit 1998 door iedereen worden nageleefd. Naast de fundamentele arbeidsnormen zijn er conventies over tal van arbeidsverbonden thema’s: werkgelegenheid, arbeidsinspectie, tripartiete sociaal overleg op nationaal vlak, veiligheid en gezondheid, sociale zekerheid, arbeidsduur, ontslagrecht,…
De IAO heeft controlemechanismen opgezet om de toepassing van de conventies op te volgen.
De commissie van onafhankelijke deskundigen rapporteert elk jaar over hoe de normen zijn toegepast in de lidstaten.
De commissie voor de toepassing van de normen die drieledig is samengesteld met vertegenwoordigers van regeringen, werknemers en werkgevers.
En ten derde is er het drieledige comité voor de vakbondsvrijheid. In de praktijk blijkt de IAO vooralsnog te zwak om de arbeidsnormen overal afdwingbaar te maken. Zij beschikt niet over de machtsinstrumenten waarover bijvoorbeeld de Wereldhandelsorganisatie wel beschikt.
website IAO over internationale arbeidsnormen
zie ook fundamentele arbeidsnormen, Internationale Arbeidsorganisatie