Overslaan en naar de inhoud gaan
Ongelijkheid: het grote politieke thema van de 21ste eeuw
vrijdag, 11 april 2008 - 11:30
Dit is het thema van het nieuwste boek van Rik Coolsaet - ‘De geschiedenis van de wereld van morgen' - waar hij met het Koninklijk Instituut voor Internationale Relaties een internationale conferentie over organiseerde.
Het thema kan verbazen, want tot nog toe is enkel armoedebestrijding de officiële prioriteit en die ‘armoede
i' wordt beschouwd als absolute en extreme armoede
i, los van elke overweging over inkomensongelijkheid. Dat is meteen ook het zwaktebod van het ‘armoedeverminderingsbeleid' van de Wereldbank
i of de millenniumdoelstellingen van de VN. Waar je vijf of tien jaar geleden nog werd weggehoond of miskend als je zo iets durfde beweren, blijkt dit besef nu toch doorgedrongen te zijn tot op zijn minst een aantal visionnaire academici.
Zelfs Louis Michel had het in zijn inleiding tot de conferentie over ‘de vloek van de rijkdom' en de werkelijke onrechtvaardigheid in de wereld. Niet de mondialisering moet hiervoor volgens hem met de vinger worden gewezen, maar wel het gebrek aan goed bestuur en belastingbeleid. ‘De aarde
i is plat' zo stelt hij in navolging van Thomas Friedmann, ontwikkelingshulp helpt doorgaans niet en we moeten van liefdadigheid naar partnerschap.
De vele andere sprekers boden een meer evenwichtig beeld. André De Coster van de KUL toonde aan dat de cijfers alles behalve eenduidig zijn, maar dat veel er toch op wijst dat de ongelijkheid in de wereld toeneemt. Peter Townsend van de London School of Economics verwierp de internationale armoedemetingen en pleitte voor een internationaal sociaal beleid, met een soort van Tobin Tax. Een nog meer uitgesproken voorstander van zo'n mondiaal beleid was Bob Deacon van de Universiteit van Sheffield. Een ideaalbeeld is gauw geschetst, zo stelde hij bij zijn voorstellen voor een meer evenwichtige VN met herverdelingsbevoegdheid, maar we zullen wellicht met minder genoegen moeten nemen. Hij denkt aan een soort ‘wereldregionalisme' die regio's solidair laat samenwerken. Ook Bea Cantillon verwees naar het belang van mondiale herverdeling en zelfs Françoise Moreau van de Europese Commissie stelde dat men ‘beyond' de millenniumdoelstellingen moest kijken.
Het bijzonder interessante aan deze conferentie was dat het thema van de ongelijkheid in verband werd gebracht met de nieuwe internationale ordening en met het denken over veiligheid
i. Want niet extreme armoede
i is een bedreiging, wel de ongelijkheid kan dat worden. De vraag is wanneer en in welke omstandigheden dat kan gebeuren. Op dat thema gingen ondermeer Sven Biscop van het Egmont Instituut en Thomas Manz van de Friedrich Ebert Stiftung in.
Robert Wade van de London School of Economics en Yash Tandon van het South Centre in Genève belichtten nog de huidige financiële crisis en de standpunten van de derde-wereldlanden.
Met de zaal ontspon zich een interessante discussie over zin of onzin van ontwikkelingshulp. Vooral Yash Tandon was hierover vrij radikaal: door de asymetrische machtsverhoudingen is er enkel plaats voor neokolonialisme en leidt hulp tot meer afhankelijkheid. Ontwikkelingshulp, zo stelde hij, is een contradictio in terminis. Robert Wade was gematigder. Hij pleitte voor een akkoord tussen donoren en begunstigde landen om de hulp tot een bepaald percentage van het BBP te beperken. We moeten vooral naar een nieuw beleid, van de Washinton Consensus naar een ‘BEST' consensus (BEijing, Seoul, Tokyo) en we moeten niet aarzelen om opnieuw voor controles op het kapitaalverkeer te pleiten, ook al is dat momenteel nog een taboe.
Luc Cortebeeck van het ACV tenslotte bepleitte de ‘decent work' agenda van de ILO waarrond de vakbonden
i en de Belgische ngo's volgend jaar campagne gaan voeren.
Ik weet niet of het zo was bedoeld, maar deze conferentie kan een echte mijlpaal worden voor het Belgische ontwikkelingsbeleid. Ongelijkheid bleef immers al te lang onbesproken, en als het al aan de oppervlakte kwam, dan ging het om gelijkheid van kansen. De inkomensongelijkheid wordt echter alsmaar groter, binnen de landen, tussen de landen en tussen de mensen, wereldwijd. De extreme armoede
i mag ondertussen dan misschien verminderen, maar bij een toenemende ongelijkheid groeit het risico op verzet en protest. Solidariteit en herverdeling zijn daarom dringend nodig en dat vergt een andere politieke krachtsverhouding.
De Belgische ngo's waren helaas niet aanwezig op deze conferentie. Ook de pers bleef weg. Toch zou het goed zijn mocht het besef van de toenemende inkomensongelijkheid in brede kring kunnen doorsijpelen. Want dat is een voorwaarde voor een veranderend beleid. De academici hebben hier getoond dat ze de weg kunnen effenen en dat hun ideeën uitgangspunten kunnen zijn voor vernieuwing.
Francine Mestrum
Klik hier voor een uitgebreid artikel over ongelijkheid
Klik hier voor meer info en bestellen boek Coolsaet Rik, De geschiedenis van de wereld van morgen
Lees ook
dinsdag, 6 november 2018 - 12:10
"Probeer maar ergens aan te bellen, een pakje af te leveren en bijbehorende handtekening te krijgen in 35 seconden. Onze nieuwe postbodes haken sneller af dan er bijkomen, het is dramatisch."
maandag, 5 november 2018 - 09:36
Het ontbreekt ons aan een ernstig migratiebeleid. En er is geen spoor van een ontwikkelingspolitiek die werkt. Wat dan? Een mondiaal basisinkomen is de beste hefboom om snelst en meest effectief welvaart en welzijn te verspreiden. Derde deel van de artikelreeks Migratie en ontwikkeling: de olifanten in de kamer.
dinsdag, 23 oktober 2018 - 15:00
Vorige bijdrage leerde: Europese politici verzuimen ernstig migratiebeleid uit te werken. Tweede grote falen: al ruim 50 jaar lukt het niet om wereldwijd een duurzame economie te stimuleren. Dit is deel twee van de artikelreeks 'Migratie en ontwikkeling: de olifanten in de kamer'.
vrijdag, 19 oktober 2018 - 12:54
De Switch programma's willen sociale en ecologische innovaties versterken en de transitie bevorderen naar efficiënte, circulaire en deeleconomieën. Bemoedigend maar te vroeg om de waarde echt in te schatten.
donderdag, 11 oktober 2018 - 15:54
India bouwt al 20 jaar hekken op de grens met Bangladesh. China sluit de grens met Noord-Korea af en Saoedi-Arabië met Jemen. Niet enkel de VS, Israël of sommige Europese landen hebben iets met muren. Eerste artikel in de reeks 'Migratie en ontwikkeling: de olifanten in de kamer'.
Armoede is in de eerste plaats een gevolg van een gebrek aan inkomen. En dat gebrek is geen natuurramp. Mensen of samenlevingen zijn arm en verdienen te weinig omdat ze niet over de middelen en mogelijkheden beschikken om welvaart te creëren, of omdat de gecreëerde welvaart onvoldoende verdeeld geraakt. En soms hebben ze de pech dat het allebei waar is, dat de weinige welvaart terecht komt bij maar heel weinig mensen. Die ongelijke inkomensverdeling heeft alles te maken met ongelijke machtsverdeling. Om meer inkomen te verwerven en dus armoede te bestrijden is het nodig dat mensen meer te zeggen krijgen, dat ze meer politieke en economische macht verwerven dus. In die strijd speelden en spelen sociale bewegingen, vooral de werknemersbewegingen, een cruciale rol. Het belang van behoorlijk vergoed werk om fatsoenlijk te kunnen leven kan bijna onmogelijk overschat worden. Vandaar dat ook het realiseren van dit recht op werk nooit teveel kan worden beklemtoond.
Armoede is in de eerste plaats een gevolg van een gebrek aan inkomen. En dat gebrek is geen natuurramp. Mensen of samenlevingen zijn arm en verdienen te weinig omdat ze niet over de middelen en mogelijkheden beschikken om welvaart te creëren, of omdat de gecreëerde welvaart onvoldoende verdeeld geraakt. En soms hebben ze de pech dat het allebei waar is, dat de weinige welvaart terecht komt bij maar heel weinig mensen. Die ongelijke inkomensverdeling heeft alles te maken met ongelijke machtsverdeling. Om meer inkomen te verwerven en dus armoede te bestrijden is het nodig dat mensen meer te zeggen krijgen, dat ze meer politieke en economische macht verwerven dus. In die strijd speelden en spelen sociale bewegingen, vooral de werknemersbewegingen, een cruciale rol. Het belang van behoorlijk vergoed werk om fatsoenlijk te kunnen leven kan bijna onmogelijk overschat worden. Vandaar dat ook het realiseren van dit recht op werk nooit teveel kan worden beklemtoond.
Is samen met het IMF opgericht in 1944 in Bretton Woods (zie ook daar).Ze bestaat uit de Internationale Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling en de Internationale Associatie voor Ontwikkeling. De Wereldbank telt 185 landen-aandeelhouders. Met 16,45 procent van de stemmen bezit de VS – de grootste aandeelhouder – als enige een blokkeringsminderheid. Erg democratisch functioneert de Bank dus niet.Samen vormen IMF en Wereldbank zowat het mondiale ministerie van financiën. Terwijl het IMF zich concentreert op het monetaire en budgettaire beleid van landen, verschaft de Wereldbank leningen om hun ontwikkeling te financieren. In het begin leent zij aan het verwoeste naoorlogse Europa, later aan ontwikkelingslanden.In de praktijk vormt de Wereldbank één as met het IMF en wendt zij haar financiële macht aan in het kader van het gezamenlijk voorgestane beleid van structurele aanpassing. Die benaming mag dan na kritiek in onbruik geraken, daarom is de doelstelling van IMF en Wereldbank om economieën open te gooien, om ze te liberaliseren en te privatiseren, nog niet veranderd.De gevolgen voor de betrokken samenlevingen blijven al even dikwijls asociaal en zelfs dramatisch. Uit onvrede over dat beleid neemt de vice-voorzitter van de Wereldbank, Joseph Stiglitz, in 2001 ontslag. Hij schrijf zijn kritiek neer in het boek Perverse globalisering (zie ook onder structureel aanpassingsprogramma).
Hoe je het ook draait of keert, al onze welvaart komt van onze Aarde. Heel langzaam beginnen we een vervelende maar steeds belangrijker waarheid te erkennen. We kunnen ons niet veroorloven dat de talrijke economische activiteiten die we allemaal samen uitoefenen de draagkracht van onze planeet te boven gaan. Pas in de tweede helft van de twintigste eeuw zijn de mensen zich ervan bewust geworden dat de planeet waarop ze leven veel weg heeft van een kwetsbaar ruimteschip. Dat moeten we piekfijn in orde houden want we kunnen niet zonder.
Onder toelichting weblinks naar artikels en instellingenIn nationale staten behoort het geweldmonopolie toe aan de overheid, die er heel terughoudend, streng gereglementeerd en democratisch gecontroleerd moet mee omspringen. Net zo komt het internationale geweldmonopolie toe aan de mondiale en regionale overheden.
Armoede is in de eerste plaats een gevolg van een gebrek aan inkomen. En dat gebrek is geen natuurramp. Mensen of samenlevingen zijn arm en verdienen te weinig omdat ze niet over de middelen en mogelijkheden beschikken om welvaart te creëren, of omdat de gecreëerde welvaart onvoldoende verdeeld geraakt. En soms hebben ze de pech dat het allebei waar is, dat de weinige welvaart terecht komt bij maar heel weinig mensen. Die ongelijke inkomensverdeling heeft alles te maken met ongelijke machtsverdeling. Om meer inkomen te verwerven en dus armoede te bestrijden is het nodig dat mensen meer te zeggen krijgen, dat ze meer politieke en economische macht verwerven dus. In die strijd speelden en spelen sociale bewegingen, vooral de werknemersbewegingen, een cruciale rol. Het belang van behoorlijk vergoed werk om fatsoenlijk te kunnen leven kan bijna onmogelijk overschat worden. Vandaar dat ook het realiseren van dit recht op werk nooit teveel kan worden beklemtoond.
Nog altijd zijn vakbonden, samen met boerenbewegingen, veruit de grootste sociale organisaties die de wereld kent. Nog altijd zijn vakbonden het allerbeste instrument voor werknemers om hun belangen te verdedigen. Samen staan ze sterker om goede loons- en arbeidsvoorwaarden af te dwingen, om er met andere woorden voor te zorgen dat zij fatsoenlijk kunnen leven van hun werk en dat zij kunnen werken in behoorlijke en veilige omstandigheden. Slechts als ze samen optreden, kunnen werknemers beletten dat hun loons- en arbeidsvoorwaarden achteruitgaan of hun werk zelfs verdwijnt, en daarmee ook hun inkomen.
Armoede is in de eerste plaats een gevolg van een gebrek aan inkomen. En dat gebrek is geen natuurramp. Mensen of samenlevingen zijn arm en verdienen te weinig omdat ze niet over de middelen en mogelijkheden beschikken om welvaart te creëren, of omdat de gecreëerde welvaart onvoldoende verdeeld geraakt. En soms hebben ze de pech dat het allebei waar is, dat de weinige welvaart terecht komt bij maar heel weinig mensen. Die ongelijke inkomensverdeling heeft alles te maken met ongelijke machtsverdeling. Om meer inkomen te verwerven en dus armoede te bestrijden is het nodig dat mensen meer te zeggen krijgen, dat ze meer politieke en economische macht verwerven dus. In die strijd speelden en spelen sociale bewegingen, vooral de werknemersbewegingen, een cruciale rol. Het belang van behoorlijk vergoed werk om fatsoenlijk te kunnen leven kan bijna onmogelijk overschat worden. Vandaar dat ook het realiseren van dit recht op werk nooit teveel kan worden beklemtoond.
Economie omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.