Home

Afrika kan niet wachten op klimaatgerechtigheid, vindt prof. Wangari Maathai

De VN-Klimaattop in Kopenhagen van vorige maand is geëindigd zonder duidelijk akkoord of bindende afspraken om de uitstoot van broeikasgassen drastisch terug te dringen. De kloof tussen de grootste vervuilers en de armste landen die de zwaarste gevolgen van de klimaatverandering moeten ondergaan, bleek te groot. De Keniaanse professor Wangari Maathai, laureaat van de Nobelprijs voor de Vrede in 2004 en bezielende figuur van de Green Belt Movement, is - uiteraard - ontgoocheld over Kopenhagen, maar ziet toch mogelijkheden voor Afrikaanse landen om zélf stappen vooruit te zetten. Afrika kan gewoon niet wachten tot de machtigste en rijkste landen met geld over de brug komen om iets te doen aan de klimaatverandering, schrijft ze in een opiniestuk. Afrikaanse leiders moeten nu aantonen dat het hen menens is met de toekomst van het continent. Anders zullen de groeilanden altijd wel excuses vinden om aan hun mondiale verantwoordelijkheid te ontsnappen, terwijl de armsten nu al de gevolgen dragen van de klimaatverandering in hun dagelijks leven. Nog nooit waren er zo veel klimaatvluchtelingen als gevolg van droogte en ontbossing in landen als Kenia en Somalië.

De VN moet dringend zorgen dat het proces van Kopenhagen niet stilvalt en dat de impasse wordt doorbroken. Onze planeet kan zich een mislukking niet veroorloven. De industrielanden vinden een beperking van de opwarming van de aarde met 2°C een na te streven doelstelling, maar volgens de kwetsbaarste landen moet de grens op 1,5°C liggen. De zakenwereld en de kiezers van de ontwikkelde landen moeten worden overtuigd van hun historische verantwoordelijkheid en hun morele verplichting om de gevolgen van het economisch beleid dat ze jarenlang hebben gevoerd niet af te wentelen op mensen die er weinig of niets aan kunnen doen. Vroeg of laat moet extra geld ter beschikking komen.

Maar Afrikaanse regeringen kunnen en mogen daar niet op wachten. Klimaatverandering is ook een zaak van nationale veiligheid. Droogte, woestijnvorming, ontbossing, uitdroging van rivieren en bronnen zullen nog meer druk leggen op de vaak moeizame en kwetsbare samenlevingsvormen in het continent.

Veel kan worden gedaan zonder de financiële steun van buitenaf. Laten we bijvoorbeeld beginnen met wat nog rest van onze bossen te beschermen. Jarenlang werden bossen gekapt in Kenia. De gevolgen waren dramatisch. Gelukkig heeft de huidige regering ingezien dat duurzaam bosbeheer geen luxe is. Het behoud van de biodiversiteit is essentieel voor een duurzaam beleid. Bossen houden water vast dat nodig is om hydro-elektriciteit op te wekken zodat we minder bomen moeten kappen voor brandhout. Milieuminister John Michuki wil de herbebossing in een hogere versnelling brengen. Hij besliste onlangs dat iedereen in Kenia tien procent van zijn of haar landbezit met bomen zou moeten beplanten. Als we gemiddeld 25 bomen per hectare planten, geeft dat enorme mogelijkheden voor duurzaam bosbeheer. Verder besliste de minister dat eucalyptusbomen die te dicht bij de oever van een rivier staan, moeten worden gekapt. Steile hellingen mogen niet langer braak blijven liggen, want dat geeft erosie vrij spel. Regenwater moet zo efficiënt mogelijk worden opgevangen en gebruikt voor irrigatie door middel van een systeem van kleine dammen. Allemaal maatregelen die niet noodzakelijk veel geld hoeven te kosten en toch positieve gevolgen hebben op korte termijn.

We moeten aantonen dat we niet te beroerd zijn om corruptie aan te pakken en het donorgeld op een transparante manier kunnen beheren zonder dat onze soevereiniteit wordt aangetast. Alleen dan zal het diepe wantrouwen tussen de geïndustrialiseerde wereld en met name de VS en China - de landen met de grootste uitstoot van broeikasgassen - en de armste landen van Afrika verminderen.

Jan Van Criekinge

Prof. Wangari Maathai won in 2004 de Nobelprijs voor de Vrede en is momenteel goodwill ambassadeur voor het Ecosysteem van het Congobekken van de VN. Zij was de eerste vrouw die hoofd werd van een departement aan een Keniaanse universiteit. Als milieuactiviste binnen de Green Belt Movement lag ze jarenlang overhoop met de overheid van haar land onder president Arap Moi. In december hield ze een toespraak op de VN-Klimaattop in Kopenhagen.

Klik voor Continent Can't Sit on Its Hands and Wait for Climate Justice -opiniestuk van prof. Wangari Maathai verscheen in de Keniaanse krant Daily Nation (Nairobi) op 28 december 2009 - of klik hier

Klik voor Forests Are Part of the Solution - opiniestuk van Maathai (17 december 2009)

Klik voor toespraak van prof. Maathai op 16 december 2009 op de VN-Klimaattop in Kopenhagen

Regio's: 
Landen: 
Thema: 

Lees ook

7 oktober - Internationale Dag voor Waardig Werk: lage lonen zullen armoede doen toenemen in Kenia

Als de economische machine begint te sputteren, worden de (te) hoge loonkosten en de rigide arbeidswetgeving vaak door economen met de vinger gewezen als oorzaken van delocalisatie van bedrijven en het daarmee samenhangende verlies van banen in de productieve sectoren van de economie. Zeker in arme landen zouden gegarandeerde minimumlonen en de georganiseerde vakbonden de verdere ontwikkeling van de productieve privésector tegenwerken. Een dergelijke teneur viel in 2005 nog te lezen in het Wereldbank-rapport ‘Jobs in Kenya: Concept Note'. Robert Pollin, Mwangi we Githinji en James Heintz, onderzoekers verbonden aan het Political Economy Research Institute (PERI) van de Universiteit van Massachusetts-Amherst zijn het daarmee grondig oneens.

Illegaal elektronisch afval uit het Westen vergiftigt Ghana

In het West-Afrikaanse Ghana raakt de bodem zwaar vervuild door de illegale dumping van afgedankte westerse elektronica die vol gevaarlijke stoffen zit. Dat blijkt uit een nieuwe studie van de internationale milieuorganisatie Greenpeace. In bodem- en slibmonsters vonden de Greenpeace-onderzoekers grote hoeveelheden schadelijke stoffen waaronder lood, weekmakers en dioxines. Een eerste grondig bodemonderzoek op diverse schrootmarkten in Ghana werd de afgelopen maanden uitgevoerd. Afgedankte elektronica-apparaten uit het Westen worden er op primitieve schrootmarkten gesloopt door kinderen, die vaak met blote handen recupereerbare metalen uit televisietoestellen en computers halen.

Afrikaanse vrouwen eisen controle over grondbezit en productiemiddelen als middel tegen honger en voedselcrisis

In de marge van de 25ste regionale Afrikaanse conferentie (ARC) van de VN-Voedsel- en Landbouworganisatie FAO, die van 16 tot 20 juni plaatsvond in de Keniaanse hoofdstad Nairobi, kwamen ook vrouwen van de meest diverse Afrikaanse basisgroepen samen om zich te beraden over de actuele voedselcrisis.

Grand Inga Project in Congo zonder inspraak van direct betrokkenen

De wedloop om Afrika's natuurlijke rijkdommen beperkt zich niet tot de ondergrond. Ook op het vlak van waterkracht biedt het continent enorme mogelijkheden en met de extra stimulans om de CO2-uitstoot terug te dringen, worden grootschalige stuwdamprojecten opnieuw een aantrekkelijk perspectief voor de niet aflatende energiehonger van industriële groepen. Neem nu Inga op de Congostroom in het westen van de Democratische Republiek Congo. De bouw van de stuwdammen Inga I en II stond tijdens de Mobutujaren haast symbool voor ‘witte olifanten': grootschalige infrastructuurprojecten waarvan de bevolking allerminst de vruchten plukte, maar die wel bijdroegen tot de groei van de staatsschuld en de corruptie.