Terwijl vorig jaar vooral het West-Afrikaanse Niger geregeld in het nieuws kwam met berichten over een hongercatastrofe, lijkt het probleem van ondervoeding en acute hongersnoodi zich dit voorjaar naar Zuidelijk en Oost-Afrikai te verplaatsen. Het Wereldvoedselprogramma van de Verenigde Naties (WFP) heeft de hongercrises in kaart gebracht op zijn website. Enkele muisklikken volstaan om te leren dat 41 procent van de bevolkingi van Zuidelijk Afrikai (zonder Zuid-Afrikai) momenteel ondervoed is. In het uiterst droge noordoosten van Kenia zijn 3,5 miljoen mensen direct bedreigd in hun voedselzekerheid. Vooral de nomadische veehouders zijn er getroffen. Wanneer hun vee sterft, hebben deze mensen geen inkomen meer en worden ze volledig afhankelijk van voedselhulp. Bovendien dreigen conflicten om grond toe te nemen met landbouwers die op de schaarse vruchtbare gronden ook al niet voldoende kunnen oogsten om tot het volgende seizoen de voorraden aan te vullen. Zware regenval in de maand januari heeft gewassen weggespoeld in Mozambique, Malawi en Zimbabwe. Volgens het WFP heeft Zuidelijk Afrikai te kampen met een drievoudige bedreiging: aids/HIV, voedselonzekerheid en de beperkte capaciteit van de regeringen om een adequaat sociaal beleid te voeren. Hongerkaart Wereldvoedselprogramma www.wfp.org/country_brief/hunger_map/map/hungermap_popup/map_popup.html
Alle jongeren kunnen gerust zijn. Hun leven zal niet saai zijn. En dat geldt eigenlijk voor al wie het jaar 2050 nog zal beleven. Straks schiet vrijwel niets meer over van de vrij stabiele wereld die onze ouders of grootouders nog hebben gekend.
Op 19 oktober publiceren we met Global Society van Verontwaardiging naar Verandering, een nieuw boek van Dirk Barrez. Hierbij laten we u alvast kennis maken met de voorstellingstekst en geven we ook graag de inleiding mee.
Wie iets uitvindt, kan daar een patent of octrooi voor krijgen, meestal voor zowat twintig jaar. In die periode heeft alleen de uitvinder het recht om de vruchten te plukken van die uitvinding, als een vergoeding voor de geleverde inspanningen. Dat lijkt fair maar die periode is zo lang dat er dikwijls superwinsten kunnen worden gemaakt, vele malen meer dan de investeringskost. Farmaceutische bedrijven en ook heel wat softwarebedrijven behoren niet toevallig tot de meest winstgevende. Die winsthonger kan vele mensenlevens kosten, denk bijvoorbeeld aan de weigering van bedrijven om de prijzen voor hun aidsmedicijnen in vele ontwikkelingslanden te laten zakken. De gecreëerde monopolies riskeren ook vernieuwingen in de samenleving te blokkeren. Zeker in het geval van computerprogramma’s vormen zogenaamde sotwarepatenten een rem op innovatie en zijn deze nadelen veel duidelijker dan de voordelen. Vandaar de opkomst van de beweging voor opensource software. Daarmee belanden we bij nog een andere kritiek: er kan gewoonweg veel te veel gepatenteerd worden. Nu zijn zelfs patenten mogelijk op het leven zelf, op stukjes plant, dier of mens. Biotechnologische en farmaceutische bedrijven hebben de jacht geopend op genen of stukken van genen waarvan ze denken dat ze die nuttig kunnen gebruiken, en waarmee ze dus geld hopen te verdienen. Bekend is het verhaal van Myriad Genetics dat in 2001 het octrooi verwerft op een borstkankergen. Volgens het bedrijf mogen de borstkankertests alleen nog in de VS worden gevoerd… en dan moeten vrouwen tien keer meer betalen. Zo bedreigen stijgende kosten onze gezondheidszorg en de solidariteit waarop zij steunt; ze halen het principe onderuit dat iedereen recht heeft op de beste gezondheidszorg. Vandaar de fundamentele vraag: kan de genetische rijkdom van planten, dieren en menselijk leven wel geprivatiseerd worden – want daar draait het om bij dit soort patenten - of is dit alles gemeenschappelijk eigendom van de mensheid? Tot waar reikt het privé belang, en waar begint het algemeen belang? Die discussie is hard nodig.
Schrijf je in op de PALA nieuwsbrief
wanneer massaal veel mensen sterven door gebrek aan voedsel en verhongering. Opvallend is dat hongersnoden niet voorkomen in min of meer democratisch bestuurde landen. Zo woekert ondervoeding nog altijd in India maar na de onafhankelijkheid komen grote hongersnoden niet meer voor. China is er wel in geslaagd de inwoners een beter dieet te bezorgen maar kende door de mislukte grote sprong voorwaarts rond 1960 waarschijnlijk de grootste hongerdood van vorige eeuw. Vaak gaat hongersnood samen met oorlog en burgeroorlog zoals b.v. in Soedan. Hongersnood is in elk geval veel meer een menselijk dan een natuurlijk fenomeen. Wie arm is en wie rijk is, wie veel, weinig of zelfs geen vruchtbare grond heeft, dat wordt vooral bepaald door de verhoudingen tussen mensen. Vanzelfsprekend spelen ook natuurlijke fenomenen zoals droogte of overstromingen een rol. Ze kunnen de menselijke keuzen of stommiteiten versterken.
Het armste continent, dat weten we allemaal. Maar in tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht is Afrika tevens het meest geglobaliseerde continent: de Afrikanen halen drie maal meer van hun povere inkomen uit internationale handel dan Europeanen of Amerikanen. Zij zijn dus veel meer ingeschakeld in de wereldeconomie dan andere continenten. Maar zij worden van de export van hun grondstoffen en landbouwgewassen niet rijker, zij verarmen er zelfs van. Dan spreken we beter van uitbuiting en niet van handel.
zijn we met te veel? In 2015 telt de wereld 7,350 miljard mensen. In de toekomst kijken is niet makkelijk, maar omstreeks 2050 zullen we in de medium schatting meest waarschijnlijk met zowat 9,73 miljard zijn. Ongeveer zoals vandaag zouden 1,29 miljard mensen in de nu rijke, vooral industriële landen leven, daar komt vergrijzing van. De nu veel armere landen zien hun bevolking aangroeien van goed 6,18 tot wel 8,44 miljard, met volgens sommigen dreigende overbevolking. Tegen 2100 zou de groei stevig terugvallen met een wereldbevolking van dan waarschijnlijk 11,21 miljard.
Het armste continent, dat weten we allemaal. Maar in tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht is Afrika tevens het meest geglobaliseerde continent: de Afrikanen halen drie maal meer van hun povere inkomen uit internationale handel dan Europeanen of Amerikanen. Zij zijn dus veel meer ingeschakeld in de wereldeconomie dan andere continenten. Maar zij worden van de export van hun grondstoffen en landbouwgewassen niet rijker, zij verarmen er zelfs van. Dan spreken we beter van uitbuiting en niet van handel.
Het armste continent, dat weten we allemaal. Maar in tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht is Afrika tevens het meest geglobaliseerde continent: de Afrikanen halen drie maal meer van hun povere inkomen uit internationale handel dan Europeanen of Amerikanen. Zij zijn dus veel meer ingeschakeld in de wereldeconomie dan andere continenten. Maar zij worden van de export van hun grondstoffen en landbouwgewassen niet rijker, zij verarmen er zelfs van. Dan spreken we beter van uitbuiting en niet van handel.
Het armste continent, dat weten we allemaal. Maar in tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht is Afrika tevens het meest geglobaliseerde continent: de Afrikanen halen drie maal meer van hun povere inkomen uit internationale handel dan Europeanen of Amerikanen. Zij zijn dus veel meer ingeschakeld in de wereldeconomie dan andere continenten. Maar zij worden van de export van hun grondstoffen en landbouwgewassen niet rijker, zij verarmen er zelfs van. Dan spreken we beter van uitbuiting en niet van handel.