Home

Niger toont de andere kant van kernenergie: uranium is zegen én vloek

Ook de elektriciteit uit kerncentrales stoelt op de inzet en beschikbaarheid van een grondstof: geen steenkool, olie of gas, wel uranium. Veel kans dat die uit het noorden van Niger komt, het West-Afrikaanse land met één van de grootste reserves ter wereld, en goed voor 8 procent van de mondiale productie, na Canada, Australië en Kazachstan.

Sommigen zullen opwerpen dat dit vooral goed nieuws is. Er kwamen mijninvesteringen, een asfaltweg en de geheel nieuwe mijnstad Arlit die al gauw de bijnaam Petit Paris kreeg. De Franse uraniumexploitant Areva, die zesendertig jaar lang het exploitatiemonopolie had, verschaft werk aan 1600 werknemers.

De uraniumwinning was vanaf 1971 een van de belangrijkste inkomstenbronnen voor Niger. Maar de opbrengst was als een jojo. Vanaf de jaren tachtig kelderde de prijs tot een dieptepunt van 14 dollar per kilo in 2000. Dan explodeerde de prijs en was uranium in 2007 goed voor 55,4 procent van de exportopbrengsten.

Die bodemrijkdom helpt Niger echter niet weg uit de staart van de armoedeklassering. Dat komt deels doordat Niger slechts een derde van de opbrengst heeft, de rest is voor exploitant Areva. Zelfs al betaalt die sinds 2007 de helft meer voor de exploitatievergunningen, toch stroomt veel van de winst naar Frankrijk. Sinds 2007 hebben ook bedrijven uit China, Canada, Zuid-Afrika, India, Australië en de VS uraniumconcessies, de mondiale jacht op grondstoffen woedt volop. Maar Areva blijft veruit de grootste exploitant.

Het meest onverantwoordelijke bedrijf ter wereld

Opvallend was al die tijd hoe weinig de lokale bewoners profiteerden. De nieuwe infrastructuur is er voor de uraniumindustrie en haar werknemers, die veelal komen uit Frankrijk of uit het zuiden van het land. De natuur werd aangetast en mijnafval in de woestijn gedumpt. Vanaf 2003 werd er gerapporteerd over rondslingerend radioactief afval, besmette waterbronnen en daarmee verbonden ziektes. Areva ontkent veiligheidsnormen ter bescherming van mens en milieu te overtreden. En de overheid ligt vooral wakker van de uraniumwinning, niet van de veiligheid.
In januari 2008 kreeg Areva voor de activiteiten in Niger de Public Eye Global Award voor het slechtste, meest onverantwoordelijke bedrijf ter wereld.  Een ex-mijnwerker uit Arlit getuigt: we werkten zonder beschermende kledij in de mijn, en ik kwam elke dag onder het mijnstof thuis. Ik heb nu een longaandoening en kan niet langer werken. Veel van mijn collega's zijn gestorven aan ziektes die we voorheen niet kenden. (JG en DB)

Uit het nieuwe Niger landenboek, auteur Jolijn Geels, 130 p., met foto's plus uitvouwbare overzichtskaart
Klik hier voor meer informatie en bestellen
Klik hier voor de volledige lijst van landenboeken: ze zijn alfabetisch gerangschikt

Klik voor Public Eye Awards - Hall of Pain

Klik voor website Areva

Regio's: 
Landen: 

Lees ook

Grand Inga Project in Congo zonder inspraak van direct betrokkenen

De wedloop om Afrika's natuurlijke rijkdommen beperkt zich niet tot de ondergrond. Ook op het vlak van waterkracht biedt het continent enorme mogelijkheden en met de extra stimulans om de CO2-uitstoot terug te dringen, worden grootschalige stuwdamprojecten opnieuw een aantrekkelijk perspectief voor de niet aflatende energiehonger van industriële groepen. Neem nu Inga op de Congostroom in het westen van de Democratische Republiek Congo. De bouw van de stuwdammen Inga I en II stond tijdens de Mobutujaren haast symbool voor ‘witte olifanten': grootschalige infrastructuurprojecten waarvan de bevolking allerminst de vruchten plukte, maar die wel bijdroegen tot de groei van de staatsschuld en de corruptie.

Kaapverdië kiest resoluut voor windenergie

Energievoorziening in een kleine eilandstaat zonder eigen fossiele brandstoffen en met een snel groeiende economie (in 2006 +6,5 procent) is geen eenvoudige zaak. Kaapverdië kampt al jaren met grote problemen bij de productie van voldoende elektriciteit, vooral op het grootste eiland Santiago, waar zich ook de hoofdstad Praia bevindt. Totnogtoe wordt alle elektriciteit er opgewekt in centrales die op dure, want ingevoerde petroleum draaien. Al van in 2003 bestonden er plannen om ook alternatieve energiebronnen te betrekken. Het ligt voor de hand dat windenergie dan het eerst in beeld komt gezien de ligging van de eilanden in de Atlantische Oceaan ter hoogte van Senegal, waar het meestal stevig waait.