De Hoge Commissaris voor de Vluchtelingen brengt geen verheugend nieuws. Eind 2019 is het aantal ontheemden of vluchtelingen in de wereld gestegen tot 79,5 miljoen mensen. Dat is bijna een verdubbeling sinds 2010.
De aanslepende oorlog in Syrië die burgers op geen enkele wijze ontziet, confronteert de wereld nog maar eens met die grote uitdaging: hoe oorlogsgeweld keren? Hoe de hete oorlog kwijtraken?
Maar waar ook de migratiedruk zich het scherpst laat voelen, in Syrië, Turkije of Griekenland, in Libië, Italië of elders, zeker is dat vele landen en regio’s falen inzake migratie en burgerschap. Dit moet beter.
De Verenigde Naties en de Europese Unie verbijten hun onmacht in het Syrische conflict dat nu al vijf jaar aansleept. In de media domineren dikwijls heel individuele verhalen. Ze nemen de fundamentele vragen niet weg: hoe gaan we om met dit conflict? Hoe beëindigen we het?
Het publieke goed bij uitstek is de bescherming van de lichamelijke integriteit van elke mens, veiligheid dus. In de straten van stad of dorp mag geen geweld regeren. Het is hoog tijd om dit principe te mondialiseren.
Woord in de kijker: Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling
De OESO verzamelt de industrielanden van de wereld en wordt daarom ook wel de club van de rijkste landen genoemd. Wat deze organisatie vooral doet is informeren en adviseren op het vlak van economisch en sociaal beleid. De OESO speelt een belangrijke rol in de mondiale economische ontwikkelingen en haar studies en rapporten hebben grote invloed op het beleid van de lidstaten. Vooral vakbonden hebben kritiek op het sociaal beleid dat doorklinkt in een aantal studies, en dat ze niet echt als werknemersvriendelijk ervaren. De werkwijze en besluitvorming van de OESO zit daar voor veel tussen. Haar belangrijkste gesprekspartners zijn immers de ministers van economische zaken die in al te veel gevallen geen hoge dunk hebben van sociaal beleid. In 1976 komt de organisatie zowat als eerste met een gedragscode voor multinationale ondernemingen die later enkele keren is gewijzigd en aangepast. Deze richtlijnen zijn geen verplichtingen. Het zijn aanbevelingen aan multinationals om vrijwillig een aantal principes te respecteren op zo verschillende terreinen als werkgelegenheid, mensenrechten, milieu, informatie, concurrentie, belastingen en zelfs wetenschap en technologie.