In Tigray voeren Ethiopië, Tigray, Eritrea en milities een wrede oorlog. "Tot wel een miljoen troepen zouden vechten met wellicht 100.000 doden de jongste weken." Er is nu wel een bestand, maar enkel tussen Ethiopië en Tigray... en houdt het stand?
De ommekeer in Afghanistan zoog de voorbije weken veel aandacht weg bij tal van media. Dan schiet er vaak weinig journalistieke kracht over voor andere belangrijke evoluties, zoals bv. de oorlog in Tigray, in feite in zowat de hele Hoorn van Afrika en zelfs daarbuiten.
In vele landen hebben maar weinig mensen toegang tot geld. Ook in Ethiopië lenen de meesten gedwongen aan buitensporige intresten bij niet-officiële kredietverleners. De bestaande spaar- en kredietcoöperaties zouden een oplossing kunnen bieden… maar moeten dan wel beter kunnen presteren.
Op 25 november 2016 overleed Fidel Castro. Het is een moment om een blijvende donkere kant te belichten, namelijk van organisaties die een onbegrijpelijke en volledig onkritische verafgoding koesteren voor mensen, partijen of regimes die dictatoriaal en gewelddadig zijn.
Het is een paradox waar niet hard genoeg op gehamerd kan worden. Economische groei leidt op zichzelf niet tot vermindering van ongelijkheid. Zelfs een vermindering van het aantal armen in een land vloeit niet voort uit louter economische groei.
het verrichten van werk zonder erkenning of contract en dus buiten elke wettelijke regeling, zonder sociale rechten, zonder sociale bescherming ook en meestal onder slechte arbeidsvoorwaarden. Niet verwonderlijk is dergelijk werk veelal onzeker, weinig productief, onderbetaald of ronduit slecht betaald en zijn de inkomens heel wisselend. Hun informele arbeid kunnen informele werkers – als ‘werknemer’ of ‘kleine zelfstandige’ - zowel binnen als buiten informele ondernemingen uitvoeren. Vanzelfsprekend zijn ze uitermate kwetsbaar. Contracten afdwingen zit er niet in voor hen, eigendomsrechten hebben ze niet, ze zijn onbeschermd tegen gevaarlijke of vervuilende stoffen, zelfs hun veiligheid is allerminst gegarandeerd. Zich syndicaal organiseren, zich laten vertegenwoordigen en zich laten horen is aartsmoeilijk. Hun toegang tot publieke diensten is laag of onbestaande. Het gaat om een grote en uiterst verscheiden groep: straatventers, kledingarbeiders, transporteurs, huispersoneel, sekswerkers, straatvegers, schoenpoetsers, … Hun informele economie blijft groeien. Meer en meer mensen moeten werken zonder degelijk loon en zonder sociale bescherming, zowel in de arme als in de rijke landen. In heel Sub-Sahara Afrika is de informele werkgelegenheid de voorbije tien jaar gestegen tot 70 en soms zelfs 90 procent. Binnen deze grote groep mensen zijn de vrouwen oververtegenwoordigd. Omdat er geen werk is in de formele economie, zoeken mensen voor zichzelf een broodwinning. Ook is er een toenemende vervaging van de grens tussen formele en informele economie. Zo hebben perfect ‘formele’ bedrijven toch een aantal ‘informele’ werknemers in dienst.