Of Turken zich uiteindelijk ‘Europees' voelen, is niet zo duidelijk. Bij de stichting van de Turkse republiek in 1923 werd Atatürk geïnspireerd door de Franse revolutie en hij probeerde de jonge republiek in die traditie te verankeren. De nieuwe elite ging daarin mee en stortte zich bijvoorbeeld op de Europese klassieke muziek. De eigen culturele traditie zag die elite vaak als een residu van het verleden. De Europese identiteit werd gezien als een ideaal, waarvoor gevochten moest worden. In West-Europa daarentegen zien mensen hun Europese identiteit als een resultaat van eeuwen van historische ontwikkeling, dat er simpelweg is en waarvoor geen strijd geleverd hoeft te worden.
De tegenstellingen binnen Turkije zijn uiterst groot. Om te beginnen de regionale verschillen: inwoners van Izmir beschouwen zich als Europees en nemen vaak afstand van mede-Turken uit Anatolië. Naast de elite is er ook de grote massa van het Turkse volk. Ziet de elite Europeanisering als ideaal, het volk staat vaak dichter bij de islam en klaagt over de beperkingen die worden opgelegd aan de godsdienstbeleving.
En dan is er ook nog de verstedelijking en de kloof tussen jong en oud. Oudere Turken die opgroeiden in hun dorpjes in Anatolië kijken anders naar het leven dan hun kinderen die opgroeiden in Istanbul en het internet als hun natuurlijke leefdomein beschouwen. Zo snel verandert Turkije dat ook Turkse sociologen niet meer precies weten hoe de samenleving in elkaar steekt. Het land wordt snel rijker en hele generaties Turken gaan voor het eerst in hun leven op vakantie. Het land verandert pijlsnel.
Uit het nieuwe Turkije Landenboek, auteur Bernard Bouwman, 129 p., met foto's plus uitvouwbare overzichtskaart
Klik hier voor meer informatie en bestellen - de landenboeken zijn alfabetisch gerangschikt