Home

The Man Who Bought The World

Het staatsfonds van Saoedi-Arabië is betrokken bij schendingen van mensenrechten, heeft daar voordeel uitgehaald… en is volledig in de greep van kroonprins Mohammed bin Salman. Zo meldt Human Rights Watch in het rapport The Man Who Bought The World.

Met De man die de wereld kocht doelt Human Rights Watch op kroonprins Mohammed bin Salman die voorzitter is van het Saoedi-Arabische Public Investment Fund.

Dat overheidsinvesteringsfonds PIF is met een kleine duizend miljard dollar één van de allergrootste. Zijn kapitaal haalde en haalt het uit de enorme olie-inkomsten van het land.

Eén persoon controleert bijna 1000 miljard

In een op 20 november 2024 gepubliceerd rapport komt Human Rights Watch met volgende bevindingen.

“Het Public Investment Fund heeft schendingen van mensenrechten gefaciliteerd en ervan geprofiteerd.”

“Het Fonds is feitelijk in handen van één persoon, Mohammed bin Salman, die zijn ongecontroleerde macht grotendeels willekeurig en voor zichzelf aanwendt in plaats van voor de Saoedi-Arabiërs.”

“De kroonprins heeft de economische kracht van het fonds aangewend om ernstige mensenrechtenschendingen te plegen.” Het rapport vermeldt o.a. de moord op journalist Jamal Khashoggi in 2018, misbruiken van arme inwoners, van buitenlandse werknemers en van plattelandsgemeenschappen alsook de zogenaamde ‘anticorruptiecampagne’ met willekeurige aanhoudingen, mishandelingen en het inpikken van de eigendommen van een groot deel van de elite.

Wie de kennismaking met de vele misbruiken van het Saoedi-Arabische Public Investment Fund wil voortzetten, kan terecht op de website van HRW. Vind hieronder de link om het rapport te downloaden. (db)

Bron
Human Rights Watch, Saudi Arabia: Public Investment Fund Linked to Abuses – rapport downloadbaar
Human Rights Watch, The Man Who Bought The World. Rights Abuses Linked to Saudi Arabia’s Public Investment Fund and Its Chairman Mohammed bin Salman 

Afbeelding Human Rights Watch

Landen: 

Lees ook

Boycot Myanmar

Sinds de staatsgreep van 1 februari pogen binnen- en buitenlandse tegenstanders van het militaire regime, zoals de Civil Disobedience Movement (CDM), de National Unity Government (NUG) en veel OESO-regeringen, druk uit te oefenen op de junta, de Tatmadaw of State Administrative Council (SAC).