Home

Rijkdommen van Congo vroeger en nu

Het duurde een tijdje vooraleer koning Leopold II de grote Belgische kapitaalgroepen wist te overtuigen om volop in ‘zijn’ privékolonie Congo te investeren. De risico’s waren in de woelige begindagen nog te groot en de kansen op winsten groter in meer stabiele landen zoals Rusland, China of Argentinië. Maar een keer de grote koloniale compagnieën de rijkdommen van Congo (vooral dan de ondergrondse ertsen van Katanga) hadden ontdekt, stroomden de winsten overvloedig naar de aandeelhouders in het moederland. De Antwerpse doctor in de Toegepaste Economische Wetenschappen, Frans Buelens, schreef er een omvangrijk studiewerk over: Congo 1885-1960. Een financieel-economische geschiedenis. Buelens weerlegt hiermee glashelder de ‘burden of empire-theorie’ die stelt dat een kolonie veeleer een bodemloze put was dan een wingewest. Grote bedrijven zoals Union Minière (Société Générale, nu Umicore) of Unilever hebben in het koloniale Congo de basis gelegd voor de succesvolle ondernemingen die ze nu nog altijd zijn. Maar ook de minder bekende namen van de Belgische industriële wereld hebben toentertijd flink verdiend aan hun Congolese investeringen. Sommigen hadden na nauwelijks twee jaar hun startkapitaal al terugverdiend. Bovendien zorgde het systeem van de concessiemaatschappijen (dat o.a. werd toegepast bij de aanleg van spoorwegen) ervoor dat eventuele financiële risico’s door de overheid werden gedekt.
Ook de voorbije tien jaar stonden de bodemrijkdommen van Congo weer in de belangstelling. Alle betrokken partijen in de verwoestende oorlog die meer dan vier miljoen slachtoffers maakte, hebben geprobeerd zich meester te maken over een stuk van die taart. Nu Congo opnieuw een democratisch verkozen regering heeft, is de tijd rijp om een aantal mijncontracten eens grondig door te lichten en ervoor te zorgen dat de rijkdommen maximaal ten goede komen aan de ontwikkeling van het land. Een brede coalitie van internationale en Congolese NGO’s heeft dit dossier grondig voorbereid en lijkt nu voorzichtig gehoor te vinden

Frans Buelens, Congo 1885-1960. Een financieel-economische geschiedenis, Antwerpen 2007, uitgeverij EPO, 671 p.
U kan het boek bestellen met een mail naar info@globalsociety.be, vergeet niet uw adres mee te delen, betalen na ontvangst met bijgevoegde factuur.
Interview met Frans Buelens in ‘Knack’ van 11 april 2007
http://www.knack.be/archief/index.jsp
‘Een rechtvaardig aandeel voor Congo’, stand van zaken op portaalsite 11.be
http://www.11.be/index.php?option=content&task=view&id=102121

Regio's: 

Lees ook

Hoe omgaan met ons koloniaal verleden?

Precies honderd jaar geleden werd de Belgische staat - een beetje tegen wil en dank - een koloniale mogendheid. Koning Leopold II zag zich door schandalen gedwongen zijn reusachtige privékolonie Congo over te dragen. Toch blijft dat Belgische koloniaal verleden nog zeer omstreden en grotendeels onbekend terrein voor de huidige generaties. In tegenstelling tot andere Europese koloniale mogendheden is het koloniaal verleden zo goed als een blinde vlek gebleven in het Belgische onderwijscurriculum. In Congo is de toestand op dat vlak nog erger.

7 oktober - Internationale Dag voor Waardig Werk: lage lonen zullen armoede doen toenemen in Kenia

Als de economische machine begint te sputteren, worden de (te) hoge loonkosten en de rigide arbeidswetgeving vaak door economen met de vinger gewezen als oorzaken van delocalisatie van bedrijven en het daarmee samenhangende verlies van banen in de productieve sectoren van de economie. Zeker in arme landen zouden gegarandeerde minimumlonen en de georganiseerde vakbonden de verdere ontwikkeling van de productieve privésector tegenwerken. Een dergelijke teneur viel in 2005 nog te lezen in het Wereldbank-rapport ‘Jobs in Kenya: Concept Note'. Robert Pollin, Mwangi we Githinji en James Heintz, onderzoekers verbonden aan het Political Economy Research Institute (PERI) van de Universiteit van Massachusetts-Amherst zijn het daarmee grondig oneens.