Home

Topman IAO pleit in Azië voor een sociale sokkel en voor basisinkomen

Vele Aziatische landen kennen een nooit geziene economische groei. Maar die levert niet zo veel nieuwe arbeidsplaatsen op. De vooral industriële groei van China is zelfs in grote mate jobless, ze creëert met andere woorden weinig of geen bijkomend werk.
Dit is een grote bron van ongerustheid voor Aziatische regeringen. Want de arbeidsreserve van hun continent is reeds 1,8 miljard werkenden groot. En tussen nu en 2015 neemt die nog toe met tweehonderd miljoen mensen.
De Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) heeft, voor het eerst sinds de lancering in Azië van haar campagne Waardig Werk, verantwoordelijken van regeringen, vakbonden en werkgevers uit twintig landen verzameld op een Forum in Peking.
 "Er is een duurzame ontwikkeling nodig. De huidige groei is op lange termijn politiek onhoudbaar want ze creëert allerlei sociale spanningen", aldus IAO directeur-generaal Juan Somavia op dat forum.
En hij geeft een stevige voorzet voor oplossingen: "Het is tijd om een sociale sokkel te leggen onder de economie, elk land volgens zijn mogelijkheden. Zowel nationaal als internationaal moeten we dat nastreven om mensen meer bestaanszekerheid te bieden. Om dat te bereiken kunnen we bv. kiezen voor een combinatie van een basisinkomen met gezondheidszorg en scholing - in combinatie met werknemersrechten en versterking van werknemersorganisaties om hun stem te laten horen en hun belangen te verdedigen. Zulke maatregelen zullen zonder twijfel de groei en de productiviteit versterken en ze zijn volledig gerechtvaardigd door de fors gestegen welvaart."
Je kan de topman van de IAO niet verwijten dat hij wollige taal spreekt.

Weblinks

Sustainable approach to growth crucial in Asia, says top UN official

ILO Asia-Pacific employment forum opens in Beijing

Landen: 
Thema: 

Lees ook

Van een nieuwe Ikea en de jobs van General Motors: de jacht op goedkope arbeid woedt heviger

Wereldwijd hebben allen die van werk moeten leven het moeilijk. Hun aandeel in de welvaart die we produceren gaat op de meeste plaatsen al heel lang achteruit. Dat de financiële crisis ook voor wie van kapitaal moet leven de kaarten hard anders heeft geschud, verbetert daarom nog niet de situatie bij werknemers. Op mondiale economische markten blijven ze gevangen in een heel kwetsbare positie.

Neem de werknemers van de grote Amerikaanse autobedrijven. Vooral in de Verenigde Staten is het lang bon ton geweest, en soms is het dat nog altijd, om de vakbonden te hoge lonen te verwijten en daar de reden voor het falen te zoeken. Vrijwel iedereen moet vandaag beseffen dat in de eerste plaats het management van General Motors, Ford en Chrysler hebben gefaald.

Mexicaanse exporteconomie botst op China

Economisch ontwikkelen via export of via de binnenlandse markt, het is een bijna ‘eeuwige' discussie. De dramatische Mexicaanse ervaring van de jongste decennia stemt tot veel nadenken.
Vele jaren lang mikte Mexico op de ontwikkeling van de eigen economie om meer welvaart te creëren. Tot de ommezwaai van twintig jaar geleden de deuren opende voor de wereldeconomie: handel en investeringen werden vrijgemaakt, geliberaliseerd zoals dat heet. Het land wilde vooral zijn voordeel doen met een vrije toegang tot de grootste economie in de wereld, die van de Verenigde Staten. Hoeksteen van die exportgerichte keuze is de Noord-Amerikaanse Vrijhandelsorganisatie die de VS, Canada en Mexico vormden in 1994.

China: waar is de harmonie gebleven?

In Mao's China was in principe iedereen gelijk. In feite waren de partijbazen met hun privileges beter af, en hadden ook de stedelingen het beter. In het China van Deng Xiaoping begon de kloof tussen arm en rijk, boeren en stedelingen, minderheden en Han-Chinezen snel te groeien. In het China van Jiang Zemin keerde de oude klassenmaatschappij helemaal terug, met tussen de rijken en de armen een vanuit het niets opgekomen middenklasse. In het huidige China is de kans op een sociale explosie zo groot geworden dat de communistische partij Confucius' ideaal over de harmonieuze samenleving heeft omhelsd. De erkenning van het gebrek aan harmonie had niet duidelijker kunnen zijn.

Goedkope Chinese producten op Afrikaanse markten: Chinese handelaren in de straten van Dakar

De Chinese export draait op volle toeren. Nu al zit China op een torenhoge berg spaargeld. Toch zijn er meningsverschillen over de werkelijke economische kracht van dit grote land. De één ziet er een bewijs in dat het zich onstuitbaar ontplooit tot de dominante wereldmacht. Een andere analist wijst erop dat China vooral toch exporteert naar Afrika en ziet dit als een zwaktebod. Voor ‘rijpere' markten zou het Chinese aanbod te weinig voldoen. Analisten en specialisten, gelukkig dat ze er zijn, maar ze verschaffen niet altijd duidelijkheid... en soms zijn ze ronduit fout of creëren ze zelfs verwarring.