Home

100 Resilient Cities

Al enkele jaren woont ruim meer dan de helft van de wereldbevolking in steden, en dat aandeel blijft snel stijgen. Daarenboven is de ecologische voetafdruk van die stadsbevolking nog fors groter dan die van het platteland waar de armoede, de laagste inkomens, de poverste koopkracht en zelfs regelrechte honger zich concentreren. De nood aan duurzame, veerkrachtige steden is dus reuzegroot.

In mei van dit jaar wist het netwerk 100 Resilient Cities, gestart eind 2013, honderd steden te verzamelen. Voortaan telt het leden in vijf continenten. In Nederland zijn dat Den Haag en Rotterdam, België staat niet op de kaart.

Ze definiëren stedelijke veerkracht als de capaciteit van individuen, gemeenschappen, instituties, bedrijven en systemen in een stad om te overleven, zich aan te passen en te bloeien. Dat moeten ze ook kunnen als ze geconfronteerd worden met om het even welke stressfactoren - zoals hoge werkloosheid of chronisch gebrek aan voedsel of water - of met acute schokken zoals een overstroming of aardbeving.

Interessant zijn de veerkrachtstrategieën die steden ontwikkelen. Voor zeventien leden, waaronder Rotterdam en Porto Alegre, zijn die strategieën al te vinden op de website.

Bron

Website 100 resilient cities 

Tot het einde gelezen? En het artikel gewaardeerd?
Dan kan Pala misschien op uw steun rekenen.
We verwelkomen u graag als steungever - klik hier

Een goed artikel? Interessant nieuws? Schenk vrienden, familie, kennissen of collega’s een gratis abonnement, dan hoeven ze Pala nooit te missen. Gebruik daarvoor het geschenkabonneeformulierklik hier

Lees ook

Van een nieuwe Ikea en de jobs van General Motors: de jacht op goedkope arbeid woedt heviger

Wereldwijd hebben allen die van werk moeten leven het moeilijk. Hun aandeel in de welvaart die we produceren gaat op de meeste plaatsen al heel lang achteruit. Dat de financiële crisis ook voor wie van kapitaal moet leven de kaarten hard anders heeft geschud, verbetert daarom nog niet de situatie bij werknemers. Op mondiale economische markten blijven ze gevangen in een heel kwetsbare positie.

Neem de werknemers van de grote Amerikaanse autobedrijven. Vooral in de Verenigde Staten is het lang bon ton geweest, en soms is het dat nog altijd, om de vakbonden te hoge lonen te verwijten en daar de reden voor het falen te zoeken. Vrijwel iedereen moet vandaag beseffen dat in de eerste plaats het management van General Motors, Ford en Chrysler hebben gefaald.