Het jaarrapport van Amnesty International is meestal geen opwekkende lectuur en dit jaar is dat niet anders. “Hoopgevende signalen voor de mensenrechten werden ondermijnd door loze beloften en regelrechte bedreigingen door invloedrijke regeringen”, schrijft Amnesty. In de wereldwijde ‘war on terror’ werden vorig jaar de meest essentiële mensenrechten met de voeten getreden door landen die geacht worden het goede voorbeeld te geven. "Wanneer de machtigste landen te arrogant zijn om hun beleidsstrategieën te evalueren en bij te sturen, betalen de armen en machtelozen de zwaarste tol – in dit geval gewone Irakese vrouwen, mannen en kinderen," waarschuwt Amnesty. Het rapport veroordeelt ten zeerste terroristische aanslagen, maar vindt dat de verantwoordelijken recht hebben op een eerlijk proces en in geen geval mogen gemarteld worden of opgesloten in geheime detentiecentra. Ook Europese landen maakten zich medeplichtig aan de illegale wanpraktijken van de VS door onder meer gevangenen uit te leveren aan landen die gekend zijn voor folterpraktijken zoals Egypte, Saudi-Arabië en Syrië. Toch ziet Amnesty ook lichtpuntjes: het Britse Hooggerechtshof verwierp het plan van de regering-Blair om bewijsmateriaal te gebruiken dat verkregen werd door foltering en in de VS werd het verbod op foltering herbevestigd in de wetgeving ondanks zware tegenwind van president Bush.
Amnesty International jaarrapport 2006
http://www.aivl.be/Index.cfm?PageID=2677