Velen gaan achteloos aan Europa voorbij. Ze geloven de Europese politici niet wanneer ze nog eens warrig beweren de sterkste kenniseconomie ter wereld te willen uitbouwen die daarenboven nog een sociaal en ecologisch model zou zijn. Ook al varen Europese politici een zigzagkoers en overtuigen ze niet echt, toch is die achteloosheid niet zo verstandig.
In een dertigtal landen voeren mensen zowat vijfendertig oorlogen. Het zijn allemaal burgeroorlogen, met uitzondering van de oorlog in Irak. Waarom ‘slechts’ dertig?
De grootste armoede en honger uitbannen, lager onderwijs wereldwijd toegankelijk maken voor iedereen, de gelijke behandeling van mannen en vrouwen bevorderen door vrouwen mee
We plukken bijna allemaal graag de vruchten van een economie waarin de vrije markt een grote rol speelt. Een auto, fiets, gsm, dvd speler, kleding, eten, voor geld is het allemaal te koop.
Flits honderd jaar terug in de tijd, zwarte armoede is dan nog bijna overal tastbaar aanwezig in Europa, algemeen stemrecht voor mannen en vrouwen nog een verre droom.
Kan een rijk land zijn fabrieken, werk en welvaart verliezen? Ja, dat kan, kijk naar Argentinië, 50 jaar geleden rijker dan de meeste West-Europese landen.
Het zal sommigen nog verrassen maar mensen uit de meest diverse culturen zijn merkwaardig eensgezind over wat kan en wat in geen geval door de beugel kan : moord en terrorisme kunnen niet, mens
Het communisme is dood, gelukkig maar, het was economisch een ramp, ecologisch een catastrofe en democratisch een aanfluiting van de meeste mensenrechten.
Mbaye Gueye is een Senegalese jongen van 17, wat zwakjes én levenslustig, wanneer ik hem bij het filmen van de televisiereportage ‘Het gezicht van de honger’ leer kennen.
Vreemd toch, de manier waarop we met onze wereld omgaan. We doen amper iets aan het broeikaseffect, ook al beseffen we best dat het een ernstige bedreiging is voor ons ruimteschip aarde.
Mbaye Gueye is een Senegalese jongen van 17, wat zwakjes én levenslustig, wanneer ik hem bij het filmen van de televisiereportage ‘Het gezicht van de honger’ leer kennen. Drie maanden later zou ik hem opnieuw ontmoeten maar… twee dagen tevoren is hij overleden. Waarom vertel ik dit? Omdat hier globalisering aan het werk is.
Is vanaf 1995 de opvolger van het vrijhandelsakkoord GATT. De Wereldhandelsorganisatie – meestal aangeduid met zijn Engelstalige afkorting WTO - is een intergouvernementele organisatie waarbinnen de ruim 151 lidstaten afspraken maken over hun onderlinge internationale handel. De WTO is machtiger geworden omdat het GATT-overlegforum is uitgegroeid tot een heuse permanente instelling met een eigen, interne rechtspraak. Bij conflicten tussen haar 151 lidstaten treden WTO-experten op als rechters die bindende uitspraken doen, en indien nodig, eveneens zware sancties uitvaardigen. In het internationale recht is dat zeer bijzonder. Het maakt van de WTO meteen één van de machtigste instellingen ter wereld. Bovendien kan de WTO meer thema’s op de onderhandelingstafel leggen dan de GATT. Naast de industriële producten, komen nu ook de landbouwproducten, diensten (zie ook GATS) en intellectuele eigendomsrechten (zie ook TRIPS) ter sprake. De Wereldhandelsorganisatie is de drijvende kracht achter de liberalisering of vrijmaking van de wereldhandel. Steeds lagere handelstarieven of handelsbarrières, dat is het devies. Of de werknemers en het milieu niet in hun rechten worden geschaad blijkt allerminst de zorg van de WTO. De fundamentele sociale rechten of arbeidsnormen kunnen geen aanspraak maken om opgenomen te geraken in haar handelsakkoorden. Als het van de WTO afhangt leven we in een wereld waarin de rechten van goederen en diensten wereldwijd afdwingbaar zijn maar niet de vakbondsvrijheid of het gezondheidsrecht van de Europeanen om de import van Amerikaans hormonenrundvlees tegen te houden. Vooral sinds de WTO-conferentie in Seattle in 1999 rijst daartegen wereldwijd protest van vakbonden, boerenbewegingen, milieuorganisaties, enzovoort verzameld in de andersglobaliseringsbeweging. Sinds de WTO conferentie in 2003 in Cancun slaagt de organisatie er niet meer in om akkoorden te sluiten. Voor het eerst vormen de ontwikkelingslanden daar een krachtig blok dat geen genoegen neemt met wat de Verenigde Staten, de Europese Unie en Japan beslissen.