Europese ontwikkelingssamenwerking: is méér ook beter?
dinsdag, 6 november 2007 - 15:27
De Europese Uniei is de laatste jaren uitgegroeid tot een heel belangrijke speler op het vlak van ontwikkelingssamenwerkingi. 57 procent van de wereldwijde officiële ontwikkelingshulp (of ODA in het jargon) is nu afkomstig van de EUi. Vijf EUi-lidstaten hebben de fameuze norm van 0,7% van hun BNPi voor ontwikkelingssamenwerkingi gehaald en Ierland staat op het punt om als zesde land bij deze kopgroep aan te sluiten. Aan de andere kant moeten de nieuwe EUi-lidstaten vaak nog beginnen met de uitbouw van een eigen ontwikkelingsbeleid. Maar betekent méér ook automatisch betere en coherentere hulp of staat het EUi-beleid de realisatie van de VN-Millenniumdoelstellingen veeleer in de weg? De controverse over de lopende onderhandelingen tussen de EUi en regionale groepen van ACP-landen over de Economische Partnerschapsakkoordeni (EPA's) bewijzen dat de eigen handelsbelangen vaak zwaarder doorwegen dan de ontwikkelingskansen van boeren in het Zuiden. Deze vragen waren aanleiding tot een studiedag in Maastricht georganiseerd door DPRN, het Nederlands-Belgische netwerk van experts in ontwikkelingsbeleid in samenwerking met ECPDM. Philippe Van Damme van de Europese Commissie verdedigde het 10de European Development Fund (2008-2013) dat niet alleen over het recordbedrag van ruim 20 miljard euro zal kunnen beschikken, maar ook flexibeler rekening zal houden met de specialiteiten van de lidstaten en de noden van de ontvangende landen. Vooral de Millenniumdoelstellingen moeten de leidraad vormen. De democratische controle door het Europees Parlement is verbeterd, maar blijft te zwak. De EUi-hulpadministratie is grondig hervormd en afgeslankt, maar is nog niet efficiënt en transparant genoeg. Bovendien ontbreekt het cijfermateriaal om een degelijke vergelijking tussen de lidstaten mogelijk te maken. De traditionele projectsteun wordt meer en meer vervangen door budgetsteun, wat meer verantwoordelijkheid legt in de handen van de lokale overheden. De nieuwe - vrijwillige - gedragscode die de 27 EUi-lidstaten sinds 15 mei 2007 toepassen, zou het ontwikkelingsbeleid van de staten moeten harmoniseren. Paul Hoebink uitte kritiek op het EUi-voorwaardenbeleid dat te zeer een liberale markteconomie zou willen doordrukken bij de ontvangende landen. De EPA-onderhandelingen zijn een voorbeeld van hoe het niet moet. Kortom, méér geldi leidt niet automatisch tot betere hulp.
POLITIEKE DWAASHEDEN 1. Hoe kwam het zover dat we de klimaatverandering steeds harder ervaren? Ze zijn er, natuurgeweld, droogte, hittegolven, stijgende zee, schuivende klimaatzones, slechtere oogsten, smeltende ijskappen. Toch is er ook een plezierige ontdekking.
Tot voorbij de verkiezingen verschijnt een artikelreeks op basis van het boek '11 politieke dwaasheden'. Omdat het belangrijk is wie we kiezen. En omdat burgers na de verkiezingsdag hun politici niet mogen loslaten als ze hun toekomst willen herwinnen.
We gebruiken artificiële intelligentie al lang. Met het oprukken van AI rijzen fundamentele vragen. Hoeveel macht geven we aan de technologie en de bedrijven die ze gebruiken? Hoe verzoenen we hun activiteiten met privacy en andere essentiële democratische waarden en mensenrechten?
‘Wil je schrijven over hoe teleurgesteld je bent in de politiek?’ vroeg een hoofdredacteur toen hij het nieuwe boek 11 politieke dwaasheden ontdekte. Ik respecteer vele politici, maar ja dus, om hun verontrustende collectieve falen te verkennen en voorbij de teleurstelling te kijken.
PLANETAIRE GRENZEN 7. Wetenschappers serveren – naast de zes die reeds passeerden - nog drie andere planetaire grenzen: de aantasting van de ozonlaag in de stratosfeer, chemische verontreiniging en een teveel aan aerosols in de atmosfeer.
De doorstroom van alle materialen en energievormen voor onze welvaartsmachinerie moet vóór 2050 binnen een ecologisch duurzame schaal blijven. Voor rijke landen dringt zich een dematerialisatie op met factor 10: grondstoffenverbruik én broeikasgasuitstoot moeten tienmaal kleiner.
Schrijf je in op de PALA nieuwsbrief
Meer dan in andere continenten hebben de (meeste) Europese landen werk gemaakt van hun gemeenschappelijke belangen en hun samenwerking soms verregaand uitgebouwd. Over het belang van en de uitdagingen voor hun Europese Unie handelen volgende PALA artikels:
zie onder ontwikkeling
zie Europese Uniezie ook Europees model
zie Europese Uniezie ook Europees model
Het bnp of bruto nationaal product telt gewoon op wat er zoal aan goederen en diensten is voortgebracht in een land. Maar wat het resultaat daarvan is, daar vertelt de meetlat niets over.
zie onder ontwikkeling
zie Europese Uniezie ook Europees model
zie Europese Uniezie ook Europees model
zie Europese Uniezie ook Europees model
de EPA’s (van het Engelse Economic Partnerschip Agreement) zijn regionale handelsakkoorden die de Europese Unie wil sluiten met de 77 zogenaamde ACS-landen uit Afrika, de Caraïben en de Stille Oceaan, waaronder heel veel van de armste landen. Het zijn eigenlijk vrijhandelsakkoorden. De bedoeling ervan was om op 1 januari 2008 de grenzen te openen en de douanetarieven op bijna alle Europese goederen af te schaffen.
zie Europese Uniezie ook Europees model
zie Europese Uniezie ook Europees model
zie Europese Uniezie ook Europees model
Vind Pala artikels die inzoomen op de rol van geld, financiële crisis, falen van grootbanken en alternatieven.Onder Dexia zijn meer artikels te vinden over de ineenstorting van deze wereldwijd opererende fantoombank.