PALA Woordenboek
ecologisch deficit
De Aarde i, ons huis, staat in brand. De feiten onder ogen zien heeft niets met pessimisme te maken: de mens verwarmt de Aarde i op nooit geziene wijze, zorgt voor riskante klimaatwijzigingen, laat planten en dieren minstens honderd maal sneller uitsterven dan normaal, put de natuurlijke hulpbronnen uit en vergeet dat onze economie i deel uitmaakt van het ecosysteem Aarde i. De globalisering i van de huidige economie i veroorzaakt in grote mate die ecologische ravages. Maar wanneer we ons natuurlijk kapitaal i opsouperen en de ecologische productie of biocapaciteit vermindert – van water, voedsel i, energie, allerlei grondstoffen i – beleven we uiteindelijk een onvermijdelijke terugval in economische productie, van onze welvaart dus. Het is veel slimmer om ons grootste kapitaal i, de Aarde i, te bewaren; en nog slimmer is om dat kapitaal i opnieuw te laten aangroeien.
zie ook Aarde i, ecologische voetafdruk i
ecologische voetafdruk
Hoeveel heb je nodig van de Aarde i om al hetgeen je verbruikt, te produceren? Dat is wat jouw ecologische voetafdruk i vertelt. Ook voor een stad, een land of de volledige wereld is het mogelijk de voetafdruk te meten op basis van wat ze consumeren aan energie, voedsel i, water enzovoort. In cijfers voor het jaar 2010: iedere mens beschikt over ongeveer 1,7 hectare. Dat is het evenwicht waarbij het gebruik van de natuurlijke hulpbronnen van de Aarde i niet sneller verloopt dan ze zich kunnen herstellen. Het wordt ook wel Eerlijke Aarde i-aandeel genoemd.
Maar wat toont de werkelijkheid? Een inwoner van de Europese Unie i heeft gemiddeld bijna 4,5 hectare nodig, iemand uit Noord-Amerika vrijwel 7. Iemand uit Afrika i heeft gemiddeld voldoende aan 1,5 hectare en iemand uit Azië i of de Pacific 1,7. En dat zijn nog maar gemiddelden. Er zijn dus enorme verschillen in de mate waarop mensen hun belangrijkste kapitaal i, de planeet Aarde i, belasten.
En de gemiddelde wereldburger? Die legt beslag op 2,6 hectare. Sinds 1970 verbruiken we allemaal samen meer van de Aarde i dan ze kan (ver)dragen. In 2010 is dat al de helft meer. Met die niet-duurzame aanpak handelen we dus alsof we anderhalve Aarde i tot onze beschikking hebben. Dat is het groeiende ecologische deficit, of in het Engels overshoot. Het gaat nog steeds de verkeerde richting uit. In 2015 leggen we beslag op 1,6 Aardes. Wanneer er een paar miljard mensen bijkomen en de gemiddelde mens nog meer zou verbruiken, hebben we twee of zelfs drie Aardes nodig – en die zijn er echt niet.
Lees meer in hoofdstuk 7 van het boek Transitie. Onze welvaart van morgen
economie
Voor ‘oorsprong’ en ‘meer lezen’
naar beneden scrollen
Wat is economie i eigenlijk?
We zitten in de rats, zelfs in de val, met onze huidige productie- en distributiesystemen. Ze brengen welvaart voort op een allerminst duurzame wijze en ze verdelen die welvaart heel onrechtvaardig. Het is wel opletten om het begrip ‘economie i’ niet in de verdomhoek te stoppen. Want dat is niet haar plaats, we hebben haar nodig. Laten we eerst de economie i terug omarmen door ons eraan te herinneren waarvoor dat begrip hoort te staan. Wat is economie i eigenlijk?
Zowel creatie als verdeling
van welvaart en welzijn
Economie i omvat alles wat met de creatie, bevordering en verdeling van welvaart en welzijn te maken heeft. De economie i is de draaischijf voor onze behoeften en ambities, zowel van de mens als van de samenleving. Het gaat erom de schaarse middelen zo goed mogelijk te gebruiken om aan de behoeften en ambities te voldoen. Economie i is dus kiezen: kiezen welke behoeften vervuld worden en welke ambities worden nagestreefd, en welke niet.
Wat, hoe en voor wie?
De economie i leert ons ‘wat’ we produceren, met andere woorden, welke goederen en diensten we voortbrengen; ze leert ons hoe de productie daarvan gebeurt en voor wie we produceren.
De ‘hoe-vraag’ maakt ons wijzer over de manier waarop de productiefactoren – arbeid i, grondstoffen i, kapitaal i en kennis – ingezet worden. Die vraag herbergt of verbergt dus ook het ecologische vraagstuk: hoe graag sommigen het ook willen ontkennen, de economie i kan maar zo groot zijn als de Aarde i kan (ver)dragen.
De vraag ‘voor wie’ herinnert ons aan het verdelingsvraagstuk.
Economie i is kiezen en dus politiek
Telkens worden er keuzes gemaakt. Geloof vooral niet dat die opgelegd zijn door zogenaamde economische wetmatigheden. Of een samenleving de weg plaveit voor steeds meer Ferrari’s of voorrang geeft aan sociale woningbouw, of Coca-Cola wereldwijd meer verspreid is dan zuiver water, of mobiliteit vooral aangedreven is door fossiele brandstoffen of door hernieuwbare energie, of we onze hernieuwbare energie zelf in handen nemen of ons blijven onderwerpen aan concerns, of belastingen i zorgen voor goede publieke diensten en infrastructuur en een duurzame economie i in de hand werken dan wel ongelijkheid bevorderen, of we ons enkel blindstaren op bruto productie dan wel oog hebben voor echte welvaart, welzijn en welbevinden… al die keuzeprocessen verlopen allerminst ‘neutraal’ of ‘waardevrij’.
zie ook duurzame economie i, duurzame ontwikkeling i, economische groei i
Oorsprong van deze omschrijving
Deze definitie van economie i is overgenomen uit 'Op weg naar een duurzame economie i', hoofdstuk 8 van Dirk Barrez, Transitie. Onze welvaart van morgen, 2016, p.55-57
De omschrijving verscheen voor het eerst in 1999 in ‘Economie
i, draaischijf voor onze behoeften en ambities’, hoofdstuk 5 van het boek Dirk Barrez, Ik wil niet sterven aan de XXste eeuw. Over leven in de 20ste eeuw, p.79-93. Dit boek is integraal te lezen op Pala.
Markant: economie
i komt na het hoofdstuk ‘Kan de mens leven?’. De gehanteerde logica is duidelijk: de economie
i is een middel in dienst van mens en samenleving, geen doel.
Ze sluit nauw aan bij de reeds in 1991 ontwikkelde zienswijze op economie i, in het afsluitende hoofdstuk ‘Is er een alternatief’’ van het pamflet De Val der Engelen. Waarom ontwikkelingsorganisaties falen (1991). Dat veelbesproken pamflet was aanleiding voor en is gepubliceerd in het boek Het Orkest van de Titanic. Werken aan andere Noord-Zuid Verhoudingen, 1993.
Meer lezen
Op Pala
i verscheen reeds eerder een meer uitgebreide versie - zie
Op weg naar een duurzame economie | Pala
i 5-7-2019
Dat eerste artikel van de reeks ‘Waar moet het naartoe’ werd aangevuld met drie artikels gebaseerd op hoofdstuk 9 van Transitie. Onze welvaart van morgen, 2016, p.58-66. Samen vormen ze de kern van een ecologische en sociale economie
i.
Ecologisch duurzame schaal | Pala
i 12-7-2019
Rechtvaardige aanspraken in een menselijke samenleving | Pala
i 12-8-2019
Architectuur van een duurzame economie | Pala
i 10-9-2019
economische democratie
Democratie krijgt pas echt betekenis wanneer het gelijkheidsbeginsel niet enkel politiek maar ook economisch krachtig doorbreekt en dus zowel de politieke democratie als haar economische tegenhangster sterk ontwikkeld en heel levenskrachtig zijn.
Het recht op kapitaal i en het recht om welvaart te creëren – basisrechten voor alle mensen - vormen fundamenten van die economische democratie i.
Wanneer de mens zijn of haar arbeid i inbrengt in een breder productieproces komt het erop aan die essentiële doelstelling van het democratiseren van onze economie i waar te maken. Ze krijgt uitwerking door medebeheer, zelfbeheer, coöperatieve samenwerking, gezamenlijke eigendom van productiemiddelen en andere democratische economische organisatievormen.
(gebaseerd op boek Van eiland tot wereld. Appèl voor een menselijke samenleving, hoofdstuk 11)
economische groei
In een wereld vol noden is vanzelfsprekend veel welvaart nodig. Eigenlijk fungeert de economie i vooral als een grote draaischijf tussen onze economische mogelijkheden aan de ene kant en onze behoeften en ambities aan de andere kant. Om die behoeften en ambities te stillen is de economie i en de economische productie hard nodig.
Vandaag is die productie groter dan ooit, ze is nog nooit zo fel gestegen als in de jongste zestig jaar. Merkwaardig genoeg zijn we veel minder intens bezig (geweest) met onze behoeften en ambities. Welke behoeften eerst voldoen, en voor wie, zijn vragen waarvoor de aandacht veel minder is gegroeid dan de explosie van de economische productie zou laten vermoeden. We zijn als het ware gefixeerd op economische groei i en veel minder op waarvoor die dan wel moet dienen. En dus krijgt de welvaartsverdeling veel te weinig aandacht.
We verzuimen ook ernstig bezig te zijn met de vraag hoe aan onze behoeften voldoen, hoe produceren dus. En we leren maar slecht dat in een per definitie eindige wereld waarvan we de draagkracht nu volop overschrijden, economische groei i altijd op grenzen zal botsen. Meer en meer wordt duidelijk dat wat wij groei noemen, nu al in landen als de VS, GB of Nederland tot minder in plaats van meer welvaart leidt. Op een bepaald ogenblik wordt de groei oneconomisch.
Probleem is dat onze meetlat uiterst slecht is om echte en duurzame welvaart te meten. Volgens het bruto nationaal product i (BNP i) worden we rijker van alle kosten die een kettingbotsing meebrengt, of de vervuiling i van waterlopen, of tandbederf. Alles wat mensen of de natuur gratis presteren telt dan weer niet mee.
Het is dringend tijd om volop te zoeken naar en over te schakelen op een duurzame economie i die werkelijk welvaart voortbrengt om voor iedereen een goed leven mogelijk te maken zonder onze planeet pijn te doen of te overvragen.
Economische Partnerschapsakkoorden
de EPA’s (van het Engelse Economic Partnerschip Agreement) zijn regionale handelsakkoorden die de Europese Unie i wil sluiten met de 77 zogenaamde ACS-landen uit Afrika i, de Caraïben en de Stille Oceaan, waaronder heel veel van de armste landen. Het zijn eigenlijk vrijhandelsakkoorden. De bedoeling ervan was om op 1 januari 2008 de grenzen te openen en de douanetarieven op bijna alle Europese goederen af te schaffen.
Al ruim dertig jaar genieten deze landen van een voordelige toegang tot de Europese markt. Maar dat mag niet van de Wereldhandelsorganisatie i. En dus moet die voorkeursbehandeling verdwijnen.
Dit maakt het voor deze landen in grote mate onmogelijk hun landbouw i te beschermen en hun eigen economieën uit te bouwen. En ze verliezen daarenboven de inkomsten die de douanetarieven opleverden waardoor ze nog armer achterblijven.
Daarom komt er veel kritiek op die EPA’s, zowel in de ACS-landen als in Europa van o.a. NGO’s voor ontwikkelingsorganisaties en milieuorganisaties. Eind 2007 is duidelijk dat Europa niet van wijken wil weten. Toch raakt er slechts met één regio een echt EPA-akkoord rond, met de Cariben. De andere regio’s moeten toezien hoe Europa interimakkoorden begint te onderhandelen met de afzonderlijke landen. Twintig landen hebben zulke akkoorden intussen aanvaard, met 41 landen is er geen akkoord bereikt. In 2008 worden de onderhandelingen hervat.
lees meer over EPA’s en de interimakkoorden
Ecosoc - Economisch en Sociaal Comité van de Europese Unie
het Economisch en Sociaal Comité van de Europese Unie
i telt 344 leden. Dat comité geeft advies over ieder ontwerp van richtlijn, aanbeveling of actieprogramma van de Europese Unie
i en dit voor om het even welk onderwerp. Bestaande nationale economische en sociale comités vormden het model voor Ecosoc.
Er zitten vertegenwoordigers in van drie groepen: de nationale werknemersorganisaties, de nationale werkgeversorganisaties en een groep diversen die vertegenwoordigers telt van o.a. de consumenten en de landbouwers.
Het zijn de lidstaten die de vertegenwoordigers voordragen maar meer en meer coördineren de Europese sociale partners de werkzaamheden van Ecosoc.
eerlijke handel
zie fair trade i
emergentie
Wanneer, los van elkaar, nieuwe initiatieven ontstaan die zich vervolgens verbinden tot een netwerk en uitgroeien tot sterke praktijken, kunnen daaruit plots nieuwe systemen ontstaan met een heel eigen kracht. Dat proces heet emergentie i.
Transitiekringen hechten veel belang aan de dynamiek van emergentie i om tot grote transities te komen. Velen gaan ervan uit dat de economie i een heel complex systeem is dat enkel door zo’n emergentie i fundamenteel kan veranderen.
Lees meer in hoofdstuk 16 van het boek Transitie. Onze welvaart van morgen
Enron
Dit Amerikaanse energieconcern was de grootste financier van de eerste kiescampagne van president Bush junior. Wanneer Enron i frauduleus failliet gaat in 2002, verliezen de mensen die er werken niet alleen hun job en daarmee hun maatschappelijke status, ze spelen ook hun spaargeld kwijt want dat zijn Enron i aandelen, ze zien zelfs hun pensioenen in rook opgaan want ook die bestaan uit Enron i aandelen. En wanneer ze het faillissement zien aankomen, wordt het hen zelfs verboden om hun aandelen nog voor een beetje geld i te verkopen. Dat is in zeker opzicht nog erger dan slavernij, want de heer die zijn slaaf niet kon onderhouden had de plicht hem vrij te laten.
Film Enron i, The Smartest Guys in the Room - www.enronmovie.com
EU
zie Europese Unie i
zie ook Europees model i
Europees model
Democratische rechtsstaten die niet langer oorlog i voeren en met een vrije markteconomie die in grote mate sociaal gecorrigeerd is, en meer en meer ook ecologisch.
Niet alle prijzen komen volledig vrij op de markt tot stand. Wat betaald wordt voor nogal wat landbouwproducten, brandstoffen, sigaretten, geneesmiddelen, huishuur, arbeid i, doktersbezoek enzovoort is in veel landen gereglementeerd.
Te langzaam dwingen we onze economie i ook om ecologisch duurzamer te zijn.
Overheden nemen sommige diensten zelf in handen, openbaar vervoer i b.v., of laten privéspelers werken binnen een bindend publiek kader, dikwijls ook spelers zonder financieel winstoogmerk, denk aan scholen of mutualiteiten. Zo genieten we van goede en heel betaalbare gezondheidszorg en onderwijs.
Het Europees model i is deze vrij succesvolle en pragmatische middenweg tussen de bijna verdwenen planeconomie en het falende neoliberalisme. Dat laatste blijkt heel dikwijls de rechte weg naar sociale ongelijkheid, armoede i,en milieuvernietiging en verlies aan democratie.
Dit Europese model is bewonderd in de hele wereld. Vraag is of deze sociale markteconomie overeind kan blijven in een mondiaal model van volledig vrije markt waar sociale correcties niet verplicht zijn en in vele landen maar moeilijk of zelfs niet afgedwongen geraken.
En hoe haalbaar blijft het om ecologische correcties te eisen van economische sectoren die bloot staan aan felle mondiale concurrentie i? Dan spreken we niet eens over de ombouw naar een echt duurzame economie i.
Europees Sociaal Forum
In navolging van het Wereld Sociaal Forum i ontstaan al gauw ook continentale en regionale sociale fora. Het eerste Europees Sociaal Forum i dateert al van in 2002 en grijpt plaats in het Italiaanse Firenze. Later volgen Parijs in 2003, Londen in 2004 en Athene in 2006. Tienduizenden vertegenwoordigers van sociale bewegingen uit heel Europa debatteren over de strijd voor een democratisch, sociaal en solidair Europa en over de rol van Europa in de wereld. Een Europees Sociaal Forum i neemt meestal vier tot vijf dagen in beslag. De tienduizenden aanwezigen voeren het debat met elkaar over de toekomst van de beweging en gaan na of er gemeenschappelijke campagnes mogelijk zijn. Ze treffen elkaar in duizenden workshops, seminaries of in grote meetings. Op die manier ontstaan er steeds sterkere Europese netwerken rond een heleboel uiteenlopende thema’s. De sociale bewegingen blijven zeker en vast ook actief op het nationale en lokale niveau, maar nu zeventig procent van nieuwe nationale wetgeving het gevolg is van Europese richtlijnen en afspraken, moet meer dan ooit ook op Europees niveau een sociale tegenmacht worden opgebouwd. zie ook Belgisch Sociaal Forum i, Wereld Sociaal Forum i
Europees sociaal overleg
bij het verdrag van Maastricht hoort ook een sociaal protocol. Daarin staat dat over ieder voorontwerp van Europese wet en initiatieven inzake sociaal beleid de Europese Commissie de representatieve Europese werknemers
i- en werkgeversorganisaties moet consulteren. Voor de werknemers
i is dat het Europees Vakverbond (EVV) en voor de werkgevers UNICE en CEEP. Als het over sectorale aangelegenheden gaat, zijn de Europese vakbondsfederaties bevoegd. Op die manier zijn de sociale partners van bij het begin betrokken bij de besluitvorming.
De Europese sociale partners kunnen ook Europese collectieve arbeidsovereenkomsten sluiten. Op hun voorstel of dat van de Europese commissie kan de Europese Commissie die Europese CAO’s algemeen bindend verklaren.
Sinds 2002 zijn de Europese sociale partners nog meer betrokken bij de strategie voor werkgelegenheid en sociale bescherming. Hun tripartiete sociale top komt minstens één maal per jaar samen. Ze tekenen er hun gemeenschappelijk werkprogramma uit.
Europees vakverbond (EVV)
In de jaren vijftig van vorige eeuw groeit de idee om de Europese vakbonden i te groeperen. Met de oprichting van de Europese Gemeenschap van Kolen en Staal (EGKS) is het noodzakelijk voor de vakbeweging om de gemeenschappelijke problemen te kunnen aanpakken met een representatieve organisatie. In 1972 raakt men akkoord over de oprichting van een nieuwe organisatie, het Europees Vakverbond (EVV).
Alles samen vertegenwoordigt het EVV vandaag meer dan 50 miljoen werknemers i uit 33 landen. De professionele pijlers van het EVV zijn de Vakbondsfederaties (zoals metaal, transport, openbare diensten, hout en bouw,...). Ze hebben de taak om de vakbondsacties uit hun sector te coördineren.
Binnen het EVV worden ook de Europese ondernemingsraden georganiseerd. De Europese richtlijn inzake voorlichting en raadpleging van werknemers i in transnationale bedrijven i betekent een grote stap vooruit voor het Europese syndicalisme. Ze geeft de vakbeweging immers de kans om zich in de multinationals beter te structureren, haar actievermogen te versterken en op termijn gemeenschappelijke acties op te zetten. Het EVV coördineert ook hier de vakbondsstandpunten en waakt erover dat deze richtlijn in de verschillende landen op een coherente en homogene wijze wordt omgezet in regelgeving.
Europese Ondernemingsraad
Al te dikwijls loopt het economische ver voor op het sociale. Ook al zijn we terecht fier op onze sociaal gecorrigeerde vrije markteconomie, toch is dat ook zo bij de Europese integratie. Vanaf de jaren vijftig internationaliseert de economie i volop in de West-Europese ruimte. We krijgen meer en meer grote bedrijven i die zich Europees ontplooien en het vroegere nationale kader ontgroeien. Zo raakt het nationale recht op informatie en raadpleging van werknemers i snel achterhaald. In de jaren zeventig gaan er stemmen op om de werknemers i meer zeggingschap te garanderen in Europees gestructureerde ondernemingen, om dus ook te werken aan sociale internationalisering. Het kost enorm veel tijd vooraleer er regelgeving komt. De Europese besluitvaardigheid botst op de vereiste unanimiteit omdat zeker Groot-Brittannië niet wil weten van sociale regels.
Pas op 22 september 1994 keurt de Ministerraad de Europese richtlijn 94/45/EG goed. Dat kan omdat met het verdrag van Maastricht unanimiteit geen absolute voorwaarde meer is.
De nieuwe richtlijn regelt de instelling van een Europese ondernemingsraad i of van een procedure ter informatie en raadpleging van de werknemers i. De goedkeuring betekent de start van een Europese sociale dialoog die is afgestemd op de Europees gestructureerde concerns.
In het Belgische recht is de bevoegdheid van de standaard Europese Ondernemingsraad i beperkt tot het verstrekken van informatie en tot raadpleging over wat van belang is voor het hele concern of voor minstens twee vestigingen in verschillende lidstaten. Bovenop moet het gaan om materies die te maken hebben met vestigingen in de lidstaten van de Europese Unie i.
Wat slechts voor één vestiging van belang is, wordt nu dus niet als transnationaal beschouwd. Dat is enkel zo indien er gevolgen kunnen zijn voor de hele groep.
Het Europees vakverbond zou de transnationale kwesties liefst ruimer willen definiëren bij een eventuele herziening van de richtlijn.
zie ook Europees vakverbond, internationale kaderovereenkomst i
Europese Unie
Meer dan in andere continenten hebben de (meeste) Europese landen werk i gemaakt van hun gemeenschappelijke belangen en hun samenwerking soms verregaand uitgebouwd. Over het belang van en de uitdagingen voor hun Europese Unie i handelen volgende PALA i artikels:
Na de Brexit. Hoe kan EU presteren en ons vertrouwen verdienen?
Europa is nodig, maar dan wel een ander Europa
Wat nu Europeanen? Een nieuwe koers voor Europa
Het ziekbed van Europa. Van crash tot succes tot crisis
Hoe gebruiken we geld het best?
Europese sociale pijler krijgt vorm
zie hoger in dit woordenboek - Europees model
(verwijzingspagina)
extremisme
Voor informatie over extremisme i kan u terecht in:
- het artikel Extremisme veronachtzamen | 6-6-2019 - gebaseerd op hoofdstuk negen uit 11 politieke dwaasheden
- het hoofdstuk ‘Nieuwe en oude bedreigingen voor vrede en democratie’ in Barrez Dirk i, Ik wil niet sterven aan de XXste eeuw. Over leven in de 21ste eeuw, 1999, p.175-185 (boek is uitverkocht) of in het gratis toegankelijke E-boek pala.be/e-boek-ik-wil-niet-sterven-aan-globalisering-over-leven-de-21ste-eeuw p.153-162
- het essay Beeldenstorm. Essay 'We leven gevaarlijk' - 1 Extremisme i is terug van nooit weggeweest | 14-1-2015
maatschappelijk verantwoord ondernemen
Herinner je de golf van protest wanneer Shell eind vorige eeuw het olieplatform Brent Spar in zee wil dumpen, of de brede onvrede over mensonwaardige arbeidsomstandigheden bij onderaannemers van de grote sportmerken. Sindsdien is er in het bedrijfsleven en daarbuiten een stroming gegroeid die ijvert voor maatschappelijk verantwoord of duurzaam ondernemen i.
Bedrijven i moeten niet enkel winstgevend of economisch leefbaar zijn, ze moeten ook de sociale en de ecologische balans van hun activiteiten in rekening brengen. In het Engels spreekt men van de tripple bottom line, de drie P's - profit, people en planet - die elk bedrijf zou moeten respecteren, in onze taal misschien best vertaald met winst, mensen en Aarde i. Eigenlijk is er nog een vierde bottom line want ook cultuur verdient respect.
De roep naar maatschappelijk verantwoord ondernemen i vertaalt zich o.a. in bedrijfs- en gedragscodes, en een inflatie van ecologische, sociale en fair trade i labels. Naast de traditionele financiële balans is er de opkomst van duurzaamheidsverslaggeving i die ook de sociale en ecologische balans opmaakt. En er is het groeiend fenomeen van internationale kaderovereenkomsten tussen multinationale bedrijven i en internationale vakbonden i.
Sommige bedrijven i wijzen echt de weg op ecologisch en sociaal vlak én blijven economisch gezonde en winstgevende bedrijven i. Eigenlijk zou je er niet één bedrijf mogen uitpikken maar de ommekeer die Umicore – het vroegere Union Minière - in de loop van de jongste jaren liet optekenen is toch vermeldenswaard. Van een ontzettend vervuilend koper- en loodbedrijf dat gezondheidsravages aanrichtte en maandenlange stakingen kende is het getransformeerd in een nieuwe materialenbedrijf dat duurzaamheid i werkelijk in de praktijk weet te brengen.
Maar nog al te vaak gaat maatschappelijk verantwoord ondernemen i om schone schijn, om een marketingtruc, en primeert finaal altijd die ene bottom line, de winst.
En altijd gaat het om vrijwillige initiatieven. Vergeet niet dat labels inderdaad goed kunnen helpen om de duurzaamheidslat hoger te leggen, maar dat overheden in elk geval minimale sociale en ecologische normen moeten afdwingen om te beletten dat malafide bedrijven i helemaal onder de lat lopen.
Lees meer in hoofdstuk 18 van Transitie. Onze welvaart van morgen
zie ook duurzaamheidsverslaggeving i, Global Reporting Initiative i, internationale kaderovereenkomst i
macht
Waar het in de wereld in grote mate om draait. Al te vaak gereduceerd tot staatsmacht of zelfs tot militaire staatsmacht waarbij nog niet zo lang geleden enkel maar twee zogenaamde supermachten meetelden, de VS en de voormalige Sovjetunie. Dat kleine groepen een terroristische machtspositie kunnen uitbouwen, beseffen we nu ook. Maar er zijn veel andere vormen van macht
i in onze globaliserende wereld, vooreerst economische en financiële macht
i. De opkomst van Oost-Azië
i heeft vooral met die macht
i te maken, de sleutelpositie van multinationals eveneens en bovenal de dominantie van financiële groepen. Er is de politieke macht
i, hard nodig om de economische macht
i zonodig te corrigeren; ze komt op wereldvlak meer dan één maatje te kort. Cultuur, kennis en technologie bieden in hoge mate het vermogen om het leven en het samenleven te organiseren. Op het snijvlak van cultuur en economie
i is er de stijgende mediamacht die de agenda van de publieke opinie meer en meer beheerst. Religies en levensovertuigingen laten hun soms sterke invloed gelden in de wereld.
In een steeds complexere mondiale samenleving zijn er talloze vormen van macht
i en machtsuitoefening die voortdurend op elkaar inwerken. Omdat onze wereld snel verandert, betekent dit ook dat bestaande machtsverhoudingen vlugger onder druk kunnen komen.
media
'Van wie zijn de media i? De media i zijn van ons'; 'Een democratische samenleving koestert betrouwbare media i'; 'De mediatoekomst is aan encyclopedische journalistiek'; 'Een goede publieke omroep is best voor iedereen'; 'De openbare omroep moet dan wel de best mogelijke informatie garanderen'
Een selectie van artikels over media
i en het belang van een goede publieke omroep die te lezen zijn op Pala
i:
De openbare omroep moet de best mogelijke informatie garanderen (2020)
Een goede VRT is best voor iedereen (2015)
Waarheen met de VRT-journalistiek? (2021)
VRT moet veranderen... maar niet zoals Vlaams regeerakkoord het wil (2019)
Journalistiek zal kwaliteitsvol zijn of niet zijn (2017)
De waarheid waar wij voor staan (2018)
De mediatoekomst is aan encyclopedische journalistiek (2017)
Zwarte Zondag na Zwarte Zondag: lessen na 28 jaar (2019)
Publiekscoöperaties voor Proximus, Belfius en VRT de betere oplossing (2014)
VRT telt meest erkende beroepsjournalisten (2019)
Een democratische samenleving koestert betrouwbare media (2004)
Van wie zijn de media? De media zijn van ons (2010)
De democratie bijt in haar eigen staart. Media en Trump (2016)
Media brengen slecht nieuws (2009)
mensenrechten
De mens zoekt voortdurend naar een beter leven. Die moeizame zoektocht is ook te lezen als een verhaal van rechten en vrijheden. Op 10 december 1948 schrijft de mensheid van dat verhaal de mooiste en meest unieke bladzijde. Die dag keurt de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens i goed. Die Verklaring telt slechts 30 artikelen, maar is een ontzettend rijke en veelzijdige tekst. Het bevat zowel de burgerlijke en politieke vrijheden (art.1-21), de sociale en economische rechten (art. 22-25) als de culturele rechten (art. 22,26,27). Ook het recht op ontwikkeling i is er reeds in vervat (art. 28). En zelfs dat rechten ook plichten meebrengen (art. 29). Tientallen verdragen en conventies hebben ze daarna aangevuld.
Geregeld vallen er geluiden te horen die het universele karakter van deze mensenrechtenverklaring betwijfelen. Maar neem ze en lees ze niet vooringenomen. Daar staat weinig in dat b.v. door cultuurverschillen gerelativeerd kan worden. Zeker de principes blijven altijd en overal overeind, al kan de concrete invulling er wel anders uitzien.
Zo kan de uitwerking van b.v. het recht op sociale zekerheid i heel verschillende vormen aannemen. Aan de andere kant, op het verbod om te folteren of op de gelijkheid van man en vrouw zit helemaal geen rek.
Het zal sommigen nog verrassen, maar mensen uit de meest diverse culturen zijn merkwaardig eensgezind over wat kan en wat in geen geval door de beugel kan. Zover zijn we allemaal samen toch al geraakt.
De volledige Mensenrechtenverklaring is hier te vinden of te lezen in deel 8 van het boek Ik wil niet sterven aan de XXste eeuw
methaan
Methaan i heeft een veel kortere levensduur dan CO2 maar is een uiterst krachtig broeikasgas.
Het warmt de aarde i gedurende twintig jaar vierentachtig maal meer op dan CO2. Bekeken over een periode van 100 jaar is de opwarmingskracht van methaan i ongeveer achtentwintig maal groter dan van CO2.
Dertig procent van de opwarming sinds de industriële revolutie is veroorzaakt door methaan i. Het is daarmee na het veel meer voorkomende CO2 het broeikasgas dat meest schadelijk is.
Vind meer in Wikipedia Atmospheric methane | Methane
zie ook klimaatverandering i, Global Methane Pledge i
microkredieten en microfinanciering
De meeste mensen die een inkomen willen vergaren, hebben geen werkgever of arbeidscontract. Erger nog, als arme zelfstandige landbouwster, handelaarster, bakker, werkloze of wat dan ook raken ze maar zelden aan voldoende middelen om te kunnen investeren in een lonende activiteit. Gewone commerciële banken hebben weinig of geen belangstelling voor de 3 miljard armen. Heel jammer want dikwijls is er maar weinig geld i nodig om hun opbrengsten te verhogen, hun zaak beter te laten draaien en hen dus een beter leven te bezorgen.
Microkredieten van slechts enkele tientallen of honderden euro slagen er vooral sinds de jaren '70 in om vele arme mensen in ontwikkelingslanden aan een inkomen te helpen. Meest bekend voor haar microkredieten en microfinanciering i is de Grameen Bank uit Bangladesh.
Wie microfinanciering zegt, ziet het breder, dan betreft het niet enkel krediet maar ook sparen, verzekeren of andere financiële diensten. In de hele wereld zijn er intussen duizenden microfinancieringsinstellingen.
middenveld
Maatschappelijk middenveld i vol leven
In 1907 zijn honderd zesenzeventig duizend mensen lid van een niet-gouvernementele organisatie of ngo. Dit cijfer stijgt langzaam tot de jaren zestig. Vanaf dan lijkt de groei van de ngo’s niet meer te stuiten: in 1993 nadert hun gezamenlijke ledental negenentwintig miljoen.
In 1995 zijn honderdvierenzestig miljoen werknemers i lid van een vakbond. De arbeidersbeweging is tot vandaag veruit de grootste sociale beweging.
Het loopt niet altijd even vlot, maar we moeten durven opmerken dat overal ter wereld steeds meer mensen uiting geven aan hun emancipatiedrang. Ze verenigen zich in politieke organisaties, in bevrijdingsorganisaties, in vakbonden i; boeren, vrouwen, landlozen i, consumenten, minderheden, ze organiseren zich allemaal; er komen coöperaties i, en organisaties rond milieu, mensenrechten i, cultuur en nog veel meer organisaties, allemaal om meer greep te krijgen op hun levenscondities, om hun rechten uit te zoeken, te formuleren en op te eisen. Dat maatschappelijke middenveld i tussen individu en overheid is de civiele samenleving i; en het wordt er gelukkig alsmaar drukker. Daar is er met andere woorden veel sociale beweging.
Het zijn deze bewegingskrachten die het democratiseringsproces van de wereldsamenleving verder stuwen. Zij verplichten de wereld om gaandeweg respect voor eenieders rechten af te dwingen. Natuurlijk gaat hun weg niet over rozen. Misschien zal iemand willen opmerken dat hun emancipatiestrijd moet leiden tot conflicten met de machthebbers. Dat is onmiskenbaar zo. Mensen krijgen hun emancipatie en ontvoogding zelden in de schoot geworpen. Bijna altijd wacht de confrontatie met andere belangen, met wie profijt haalt uit de bestaande situatie.
Daarbij mag men niet uit het oog verliezen dat uiteindelijk elke macht i het moeilijk krijgt om een georganiseerde samenleving te weerstaan. Wie verandering beoogt, moet dus vooral de samenleving of de mensen ‘uitdagen’, niet zozeer de machtsstructuren of machthebbers, dat komt dan vanzelf wel.
Het belang van het maatschappelijke middenveld i voor emancipatie en voor de goede werking van een democratie kan moeilijk overschat worden.
Uit Barrez Dirk
i, Ik wil niet sterven aan de XXste eeuw. Over leven in de 21ste eeuw', p.171-172. Het boek is uitverkocht maar nog te lezen als e-boek - klik hier
Deze informatie is ook te vinden onder de term civiele samenleving i
Weblinks naar verwante artikels
Van vlag tot hashtag Blijven bewegingen motor van verandering in globaliserende wereld? | 8-10-2015
Sociale beweging versus civiele samenleving of middenveld | 17-9-2001
Bloeiende civiele samenleving doet mensenrechten respecteren en is rem op dictatuur | 17-11-2014
Gewogen en te licht bevonden | 5-6-2007
Als ze de wereld echt willen veranderen, moeten NGO’s voor zichzelf de lat hoger leggen | 1-11-2004
Welke toekomst voor onze Noord-Zuid-NGO’s? | 11-9-2007
Met kwaadheid alleen bouw je geen andere wereld – waarin de antiglobalisten (voorlopig) tekortschieten | 30-1-2002
migratie
Voor Pala i artikels over migratie i – zie onderaan deze term
Over de hele wereld trekken mensen naar de rijke gebieden: Mexicanen en Salvadoranen naar de Verenigde Staten, Argentijnen naar Italië en Spanje, Egyptenaren en Pakistani naar het Midden-Oosten, Zuidoost-Aziaten naar Zuid-Korea en Japan. Wereldwijd is de allergrootste migratie i die van platteland naar stad, meestal binnenin landen.
Europa was lange tijd een emigratiecontinent, zelfs tot na de Tweede Wereldoorlog. Vooral na 1965 vestigen miljoenen buitenlanders zich in West-Europa. Ze komen uit het Middellandse Zeegebied, vanaf de jaren tachtig ook uit het verdere Azië i en Afrika i, en na de val van het ijzeren gordijn komen ook Oost-Europeanen en inwoners van de voormalige Sovjetunie. We wonen nu in een immigratiecontinent maar willen het nog niet echt erkennen.
De laatste tijd groeit het besef dat we ergens tussen volledig open grenzen en het bouwen van een fort Europa - waaruit men alle ‘illegalen’ wil verwijderen - een manier moeten vinden om met migratie i om te gaan. Ook wint de overtuiging veld dat onze verouderende bevolking i en het straks krimpende arbeidsreservoir externe impulsen kunnen gebruiken. Er is economische druk om de vacatures van knelpuntberoepen in te vullen. En dus komen er initiatieven voor legale migratie i van werknemers i en gaan er stemmen op voor gecontroleerde migratie i.
Daar is allemaal weinig op tegen… alleen dat het een nogal éénzijdige kijk is, ingegeven door de toevloed van illegale migranten en door onze eigen bevolkingsevolutie en economische behoeften. Ze houdt niet echt rekening met de zwakkeren in de wereld. De grenzen openen klinkt mooi maar het is best de gevolgen in te schatten voor de arbeidskansen en –voorwaarden van lager geschoolden en al wie het moeilijk heeft op de arbeidsmarkt.
We moeten ons aan de andere kant afvragen of het zo goed is voor ontwikkelingslanden als we hun beste krachten willen afromen.
En we moeten ook het perspectief van de migranten zelf durven nemen. Wat mensen meest beweegt zijn economische redenen. Wie arm is, wil het beter hebben. Als dat in de vertrouwde omgeving niet kan, zoeken mensen elders beterschap. Laten we niet blind zijn voor het feit dat de huidige wereldeconomie voortdurend de bodem onder hun leven wegslaat. Het kan toch niet dat mensen tot migratie i gedwongen zijn, dat is de fundamentele uitdaging. Onze wereld moet erover waken dat alle samenlevingen in staat zijn om een goed presterende economie i op te bouwen en de welvaartsvruchten daarvan door iedereen te laten plukken. Want mensen moeten ook kunnen kiezen om te blijven waar ze zijn.
Pala i artikels over migratie i
36. Waar is de mens thuis? Over migratie’ (10-03-2006)
Het andere deel van dit tweeluik is 35. Waar is de mens thuis? Over vluchtelingenstromen (23-02-2006)
Voor wanneer een voldragen migratiepolitiek? (11-10-2018) Dit is het eerste deel van de driedelige artikelreeks Migratie i en ontwikkeling i: de olifanten in de kamer
Global Compact Migration (16-11-2018)
milieuproblemen
Ze bestaan in verschillende soorten.
Er is vooreerst vervuiling
i of verontreiniging
i die het milieu opzadelt met een verhoogde concentratie van stoffen die schadelijk is voor mens en natuur. Denk maar aan de bijna klassieke water-, lucht- of bodemverontreiniging.
Het is belangrijk om het verschil te zien tussen dat eerste generatiemilieuprobleem en de tweede generatieproblemen van uitputting
i en aantasting
i.
Bij uitputting
i gaat het om het al te mateloze verbruik van de natuurlijke hulpbronnen die onze Aarde
i weet te bieden, zowel van de niet-hernieuwbare fossiele brandstoffen en delfstoffen als van de hernieuwbare bronnen. Voor die laatste komt het erop aan de natuurlijke productiecapaciteit van de Aarde
i en haar ecosystemen niet te overschrijden of uit te putten. Voorbeelden daar van zijn overbevissing
i of overmatig oppompen van water.
Voor de delfstoffen geldt de afweging van de beschikbare voorraden, van de recuperatiemogelijkheid en van de eventuele alternatieven. Maar heel vervelend voor de fossiele brandstoffen is dat de verbranding ervan de opwarming van de atmosfeer en klimaatverandering
i veroorzaakt, ruim voor hun uitputting
i dreigt.
Daarmee zijn we bij aantasting i belandt. Die slaat op het wijzigen van ecosytemen zodat hun kwaliteit en hun biodiversiteit i schade ondervindt. En dat is ook schadelijk voor de mens die b.v. aan de opwarming een minder leefbare Aarde i zal overhouden.
millennium (ontwikkelings)doelstellingen
Op hun Millennium Top in september 2000 nemen de wereldleiders de Millenniumverklaring aan. Zij verbinden hun landen ertoe zich in te zetten voor acht concrete Millennium Ontwikkelingsdoelstellingen die moeten gerealiseerd zijn in 2015.
In het Nederlands spreekt men meestal kortweg van Millenniumdoelstellingen, hier volgt het lijstje:
1. Het aantal mensen dat in extreme armoede i leeft, d.i. met minder dan een dollar per dag, is gehalveerd ten opzichte van 1990. Dit geldt ook voor het aantal mensen dat honger i heeft
2. Alle kinderen op de wereld - jongens én meisjes (sic) - volgen volledig basisonderwijs
3. Meisjes krijgen dezelfde kansen als jongens, in het basis- en middelbaar onderwijs reeds in 2005, tegen 2015 op alle onderwijsniveaus
4. Het sterftecijfer van kinderen onder de vijf jaar is met twee derde teruggebracht
5. De moedersterfte is met driekwart teruggebracht
6. Strijd tegen HIV/Aids, malaria en andere ziektes : er is een halt toegeroepen aan de verspreiding ervan en een begin gemaakt van hun terugdringing
7. Verzekeren van ecologisch duurzaamheid i : we integreren overal de principes van duurzame ontwikkeling i in het beleid en het onomkeerbare verlies van natuurlijke hulpbronnen is gestopt. Het aantal mensen zonder toegang tot veilig drinkwater is gehalveerd en de levensomstandigheden van ten minste honderd miljoen mensen in sloppenwijken is aanzienlijk verbeterd in 2020
8. Wereldwijd wordt samengewerkt op het gebied van ontwikkeling i
Wie kan hier tegen zijn, niemand toch? Dat is de reden waarom heel veel mensen en organisaties zich sinds enkele jaren inspannen voor deze millenniumdoelstellingen.
Toch is een kritische kijk hard nodig. Want eigenlijk koesteren die doelstellingen geen al te hoge ambities. Zo willen zij de honger i en de armoede i slechts halveren. Dat is een onaanvaardbare achteruitgang i.v.m. de rechten die de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens i aan alle mensen toekent, o.a. het recht op een levensstandaard i die hoog genoeg is om de nodige voeding, kleding, huisvesting, gezondheidszorg enzovoort te verzekeren.
Daarenboven weten de wereldleiders best dat, zoals men nu bezig is, zelfs die halvering van honger i en armoede i niet zal lukken. En dat heeft alles te maken met een volslagen gebrek aan aandacht voor de structurele oorzaken van al deze problemen. Het is de huidige globalisering i die op veel plaatsen meer ongelijkheid, armoede i, honger i, milieuverloedering en verlies aan democratie creëert.
Om dat te keren zijn mondiale politieke veranderingen nodig: het is aan de politici om de wereld en de wereldeconomie te verplichten op meer sociale en ecologische sporen te rijden, het is aan hen om de welvaart van deze wereld voldoende te herverdelen en het bestaan van alle mensen individueel te verzekeren. Zoniet blijft het met de millenniumdoelstellingen grotendeels dweilen met de kraan open.
zie ook duurzame ontwikkelingsdoelen i
VN website over de millenniumdoelstellingen
zie ook millennium (ontwikkelings)doelstellingen en arbeid i
millennium (ontwikkelings)doelstellingen en arbeid
Er is de algemene kritiek dat de millenniumdoelstellingen een achteruitgang betekenen in ambities ten opzichte van wat we zijn overeengekomen in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens
i en dat ze geen aandacht opbrengen voor de structurele oorzaken achter de mondiale problemen.
Meer specifiek maar heel opvallend is dat arbeid
i bij de opstelling van de Millenniumdoelstellingen in 2000 amper aan bod kwam. Degelijk betaald werk
i, zo cruciaal om die doelen te halen, was zoveel als vergeten. Daar is toen vanuit syndicale organisaties, NGO’s en VN-instellingen veel kritiek op gekomen. In september 2005 hield de Verenigde Naties een opvolgingstop rond de Millenniumdoelstellingen. Na veel druk kwam er ook een paragraaf over menswaardig werk
i en werd het thema op de agenda geplaatst van de Economische en Sociale Raad (ECOSOC) van de Verenigde Naties. Alle aanwezige ministers namen daar een verklaring rond menswaardig werk
i aan. De commissie voor sociale ontwikkeling
i van ECOSOC heeft in 2007-2008 ‘volledige tewerkstelling en menswaardig werk
i’ als centraal werkthema
zie ook millennium(ontwikkelings)doelstellingen, waardig werk i, werk i
mitigatie
Duur woord voor vermindering of verzachting.
Meestal gebruikt in de context van klimaatverandering i, met als betekenis: het voorkómen van nog meer opwarming van de Aarde i door overmatige broeikasgasemissies
Korter: het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen
zie ook adaptatie i, klimaatverandering i
multinationale onderneming
een multinational bestaat uit een moederbedrijf en filialen of vestigingen in minstens één ander land, meestal in heel veel landen zelfs. Belangrijk is dat het moederbedrijf die vestigingen controleert. In 2004 schat UNCTAD het aantal multinationale ondernemingen in de wereld op 64.000 met samen zowat 866.000 filialen waarin 53 miljoen mensen werken.
Vroeger waren dochterbedrijven in grote mate het evenbeeld van het moederbedrijf en bedienden ze hun regionale markt. Vandaag zijn multinationals veeleer geëvolueerd tot complexe productieketens waarbij de filialen zich specialiseren in één of meer schakels daarvan. Dat productieproces raakt steeds meer en steeds sneller gefragmenteerd in een onophoudelijke zoektocht naar waar het kostenplaatje meest voordelig is. Zo komt het dat één derde van de wereldhandel zich afspeelt tussen vestigingen van multinationals. Zulke geïntegreerde netwerken verhogen sterk hun flexibiliteit
i. Maar de keerzijde is dat het voortbestaan van filialen veel onzekerder is en dat werknemers
i veel minder zeker zijn van hun job.
Nog altijd hebben de meeste multinationals hun hoofdkwartier in de traditionele economische kerngebieden. Van de 500 grootste multinationale ondernemingen telde de Europese Unie
i er 163 in 2007, de Verenigde Staten 162 en Japan 67. Intussen zijn we al langer gewoon aan Zuid-Koreaanse multinationals, nu met 14 in de lijst. Sinds het Chinese bedrijf de personal computer afdeling van IBM heeft overgenomen in 2005 en de Indiër Lakshmi Mittal wereldwijd overduidelijk de staalproductie domineert, groeit het besef dat we snel zullen wennen aan multinationals uit andere opkomende industrielanden. China
i heeft al 25 bedrijven
i onder de 500 grootste, India 6 en Brazilië 5.
Op basis van de omzet behaalde Wal-Mart in 2007 de eerste plaats, op de voet gevolgd door Exxon Mobil. Dan komen de andere oliefirma’s Shell en BP en op plaatsen vijf en zes vinden we de autobedrijven General Motors en Toyota. Verder vinden we bij de eerste tien DaimlerChrysler, ConocoPhilips en Total.
Nu de bedrijfswereld zich steeds meer op mondiaal vlak organiseert, staan vakbonden
i voor de opgave om ook internationaal voor tegenwicht te zorgen. Zo is binnen Europa het alternatief van de Europese Ondernemingsraad
i gegroeid en mondiaal zijn de jongste jaren heel wat internationale kaderovereenkomsten gesloten.
Website Fortune Global 500
Unctad definitie Transnational corporations
zie ook Europese Ondernemingsraad i, Internationaal Vakverbond, internationale kaderovereenkomst i