Niet iedereen is enthousiast over de manier waarop de Europese Centrale Bank in anderhalf jaar meer dan 1000 miljard euro in ons financieel systeem pompt. Onder andere 19 economen laten hun grote onvrede horen.
Na deel 1 en deel 2 kon u even laten bezinken hoe hard samenleving, milieu en democratie onder vuur liggen. Mogen we hopen dat we nog deze eeuw kunnen schrijven: we leefden gevaarlijk?
Extremisme is terug van nooit weggeweest. Daar herinnerde deel 1 van dit essay aan. In deel 2 zoeken we naar wat we vooral moeten onthouden van 2014 vanuit sociaal en ecologisch oogpunt. Jammer genoeg zijn dat de talloze ecologische en sociale ravages die we collectief veroorzaken.
Honderd jaar nadat de kanonnen van augustus de Eerste Wereldoorlog echt lieten losbarsten, maakte 2014 duidelijk dat we opnieuw heel gevaarlijk leven. Wat valt er vooral te onthouden vanuit democratisch oogpunt?
Vrijwel overal in Europa strijden burgers voor hun energie. Dat is niet altijd duidelijk voor wie vooral met een lokale bril kijkt. Veel zichtbaarder wordt het wanneer actievoerders en energiecoöperaties verzamelen blazen, zoals vorige maand in Tsjechië.
Proficiat voor de initiatiefnemers van Klimaatzaak, ze hebben gelijk. Maar hun rechtvaardige zaak loopt gevaar om te sneuvelen in de gerechtelijke molen. Dan biedt een klimaattribunaal hen een bijkomend alternatief.
Het publieke goed bij uitstek is de bescherming van de lichamelijke integriteit van elke mens, veiligheid dus. In de straten van stad of dorp mag geen geweld regeren. Het is hoog tijd om dit principe te mondialiseren.
Outsourcing groeit sterk in de mondiale economie van de 21ste eeuw. In 2000 was deze activiteit 45 miljard dollar waard, in 2012 maar liefst 99 miljard. Al die tijd steeg ook de twijfel over het nut ervan.
Met de economie die we vandaag wereldwijd pratikeren, zitten we als ratten in de val.In plaats van de weg van een systeemcrisis in te lopen, moeten we naar een sociaalecologische economie.
Alle dagen zijn er berichten over conflict en oorlog, in Irak, Gaza, Oekraïne, Syrië, Libië, Nigeria, Zuid-Soedan… de gewekte indruk dat oorlogsgeweld en geweldsdoden in opmars zijn, is echter onjuist.
Onder de PALA lezers zijn ze wellicht vrij talrijk, degenen die tot in de vroege jaren negentig burgerdienst hebben gepresteerd in plaats van legerdienst.
Naar aanleiding van het uit elkaar gaan van PALA en De Wereld Morgen reageerde deze laatste met een bijdrage die medeoprichter Dirk Barrez ettelijke malen vermeldde. De Wereld Morgen weigerde een rechtsgeldig recht van antwoord. Hierbij dus.
Woord in de kijker: structureel aanpassingsprogramma
Ontwikkelingslanden die financieel in de problemen komen, moeten zeker nog in de jaren tachtig en negentig aankloppen bij het Internationaal Monetair Fonds. Heel dikwijls krijgen zij dan een structureel aanpassingsprogramma opgelegd als voorwaarde om hulp te krijgen. Het doel daarvan is om het land in staat te stellen zijn schulden terug te betalen. Altijd krijgen die landen een monetaristische politiek te slikken die de munt devalueert, de overheidsuitgaven drastisch naar beneden haalt en alle economische inspanningen op de export richt. Die zware bezuinigingen halen meer dan eens de gezondheidszorg, het onderwijs en de landbouwondersteuning onderuit. In feite verplicht men die landen elk sociaal-economisch beleid op te geven en een sociale politiek te vergeten. De forse muntdevaluatie maakt het leven veel duurder en verhoogt de schuld in reële termen. Wanneer je daarenboven zowat alle arme landen datzelfde beleid opdringt, stort je hen allemaal samen in een neerwaartse concurrentiespiraal. Een vlammende kritiek op dat beleid van het Internationaal Monetair Fonds komt van Joseph Stiglitz, de Nobelprijswinnaar economie van 2001 en voormalig topeconoom bij de Wereldbank. Heel overtuigend beschrijft hij in zijn in 2002 verschenen boek Perverse globalisering hoe het IMF tientallen landen het slechtst denkbare economische beleid opdringt. Altijd opnieuw is het resultaat een veel diepere economische crisis dan zou moeten, veel meer werkloosheid, armoede en verloren welvaartsproductie.