Nieuws

Verregaande economische beleidswijzigingen zijn dringend nodig. Dat is alvast de mening van een groeiend aantal mensen in Nederland en Vlaanderen. Op 10 januari blazen ze verzamelen in Tilburg op de conferentie ‘Groei naar een duurzame en solidaire economie'.
De conferentie bouwt voort op twee vrij succesvolle petities die economische groei en het bruto nationaal product als meetlat voor onze welvaart stevig op de korrel nemen en pleiten voor een goede meetlat die ook sociale en ecologische waarden weet te waarderen. De Nederlandse Tweede Kamer kreeg de petitie aangeboden op 29 augustus 2006, de Belgische regering op 23 april van dit jaar.

Ruim zeven jaar na de allereerste topontmoeting van staatshoofden en regeringsleiders van de Europese Unie en Afrika (Cairo 2000) had het Portugese EU-voorzitterschap er alles aan gedaan om van de EU-Afrikatop van 8 en 9 december in Lissabon een succes te maken. Eerste minister José Sócrates sprak zelfs van een historische gebeurtenis in de wederzijdse relaties tussen de twee continenten waarin zijn land een ideale brugfunctie vervult. Maar of de hooggestemde verklaringen over een ‘nieuw strategisch partnerschap' waarin de relatie donor-ontvanger geleidelijk moet vervagen veel zullen uithalen, is de vraag. Algemeen wordt aangevoeld dat deze top veel te laat kwam.

De jongste decennia, sinds Internet en de Derde Industriële - Communicatie - Revolutie, is de zogenaamde informatiesamenleving in opmars. In het begin van de 21ste eeuw kregen de Verenigde Naties dat goed in de gaten.

De Amerikaanse Financial Times pakte begin december uit met het nieuws dat de Wereldbankgroep zware fouten begaat bij het beheer van de kwetsbare regenwouden van Congo. Eerder hadden milieuorganisaties zoals Greenpeace de illegale kapactiviteiten van grote houtexploitanten in het Congobekken al aangeklaagd. Ook het interne controleorgaan van de Wereldbank heeft een kritische doorlichting klaar die in januari door de raad van bestuur van de Bank zou worden besproken. Sinds 2002 heeft de Wereldbank al voor ruim twee miljard dollar aan leningen toegekend aan Congo, vooral in de sectoren mijn- en bosbouw, met de bedoeling het land na de verwoestende oorlogen weer op te bouwen.

Economische groei en respect voor fundamentele rechten van arbeiders gaan niet altijd samen. De beruchte maquila's, multinationale bedrijven gevestigd in de vrijhandelszones van Centraal-Amerika, blinken niet bepaald uit wat arbeidsomstandigheden betreft. Af en toe behalen arbeiders ondanks intimidaties en dreigementen met sluiting toch een kleine overwinning. Neem nu de Vaqueros Navarra-jeansfabriek in Tehuacan in de Mexicaanse deelstaat Puebla. Dit bedrijf van de Navarra Group levert aan bekende Amerikaanse jeansmerken zoals Gap, Levi Strauss, American Eagle Outfitters, The Limited, Warnaco, Abercrombie & Fitch en Tommy Hilfiger. Sinds enkele jaren weigert de directie onafhankelijke vakbonden te erkennen.

Officieel heerst er vrede in de regio van de Grote Meren. Congo hield vorig jaar verkiezingen na een turbulente periode van tien jaar waarbij naar schatting vier miljoen mensen omkwamen. De Burundezen hadden al een jaar eerder een moeizame overgangsperiode afgesloten met verkiezingen. En Rwanda experimenteert met het gacaca-systeem voor de berechting van duizenden genocideverdachten. Maar iedereen weet dat de vrede in de regio heel broos is. In het oosten van Congo gaat het de laatste weken veeleer de verkeerde kant uit. Kan de strijd tegen de straffeloosheid van oorlogsmisdaden een voldoende voorwaarde scheppen voor een duurzame vrede?

De laatste vijf jaar heeft de handelsrelatie tussen China en Afrika een enorme sprong voorwaarts gemaakt. 800 Chinese bedrijven zijn al actief in 50 Afrikaanse landen. Nu begint China zich ook duidelijk als hulpdonor te manifesteren. Vorig jaar was het officiële Chinese hulpbudget goed voor ruim 1,8 miljard dollar en tegen 2009 moet dit minstens verdubbelen. Het leeuwendeel ervan gaat naar Afrika. Bijna alle Chinese hulp is ‘gebonden', wat wil zeggen dat Chinese firma's met eigen personeel ook de uitvoering van de toegezegde hulp verzekeren van het begin tot het einde. Een praktijk die veel westerse donoren tot voor kort ook toepasten, maar onder druk van kritiek op misbruiken geleidelijk meer en meer verlieten.

Eindelijk zijn we zover. Er wordt in het kader van de Verenigde Naties onderhandeld over wat we écht moeten doen tegen de dreigende klimaatverandering. Deze en volgende week lopen die onderhandelingen in Bali (Indonesië), en er volgen nog meer gespreksrondes. Makkelijk zal het niet gaan, want de opgave is groot, zeker voor de industrielanden. Als tegen 2050 de uitstoot van broeikasgassen zoals CO2 met de helft naar beneden moet, dan gaat het voor de industrielanden om tachtig procent. Dan komt het er eigenlijk op neer dat we wereldwijd een andere economie, een ecologische economie uit de grond moeten stampen die resoluut veel minder energie en materialen verbruikt.

Onder het Portugese EU-voorzitterschap komt op 19 en 20 november de EU-ministerraad voor Buitenlandse Zaken en Externe Betrekkingen samen in Lissabon. Hoog op de agenda staan de lopende onderhandelingen over de Economische Partnerschapsakkoorden (EPA's) die de EU nog voor het einde van dit jaar wil afsluiten met de landengroepen van de ACP-landen. Dit zijn de landen waarmee de EU ooit de akkoorden van Lomé en Cotonou heeft afgesloten over voorkeursbehandeling van hun exportproducten bij toegang tot de EU. Die akkoorden moeten onder druk van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) worden aangepast aan de eisen van de vrije markt.

Unesco bepaalde de strategie voor de komende zes jaar. Er is gekozen voor vijf prioriteiten. Allereerst is er het belang van levenslange en kwalitatieve educatie voor iedereen; daarmee hangt ook de ambitie samen van kennissamenlevingen die inclusief zijn, die niemand uitsluiten; vervolgens het mobiliseren van wetenschappelijke kennis en van een beleid van duurzame ontwikkeling; culturele diversiteit en interculturele dialoog staat al even hoog op de agenda;  en hoe omgaan met nieuwe ethische vraagstukken als vijfde prioriteit.

Hoe voelt het om te weten dat we met de trein rijden over dezelfde rails waarlangs het Amerikaanse leger materieel vervoert waarmee het ten oorlog trekt in Irak of Afghanistan? Die vraag stelden actievoerders van Vredesactie op 9 en 10 november, het weekend waarop we Wapenstilstand herdenken, aan treinreizigers en NMBS-personeel op tientallen stations in België. Want de voorbije jaren werden de Belgische spoorwegen en havens regelmatig gebruikt voor het transport van Amerikaans wapentuig naar het oorlogsgebied. De Belgische regering toonde zich in 2003 een tegenstander van de oorlogspolitiek van president Bush, maar legt deze wapentransporten geen strobreed in de weg. Ze verklaart gebonden te zijn aan de ‘geheime' NAVO-akkoorden uit 1971 met bondgenoot de VS.

De komende weken zal het thema van de klimaatverandering weer niet uit de internationale media te branden zijn. Van 3 tot 14 december vindt in het Indonesische Bali de VN-klimaatconferentie plaats. Daar moet de wereld dringende en sluitende afspraken maken over de toekomstige beperkingen van de uitstoot van koolstofdioxide en andere broeikasgassen. Het protocol van Kyoto uit 1997, dat de rijke landen oplegt de komende vier jaar gemiddeld vijf procent minder broeikasgassen uit te stoten dan in 1990, loopt immers in 2012 af. De opvolger van Kyoto zal ambitieuzere doelstellingen moeten formuleren. Dat zegt o.a.

De Europese Unie is de laatste jaren uitgegroeid tot een heel belangrijke speler op het vlak van ontwikkelingssamenwerking. 57 procent van de wereldwijde officiële ontwikkelingshulp (of ODA in het jargon) is nu afkomstig van de EU. Vijf EU-lidstaten hebben de fameuze norm van 0,7% van hun BNP voor ontwikkelingssamenwerking gehaald en Ierland staat op het punt om als zesde land bij deze kopgroep aan te sluiten. Aan de andere kant moeten de nieuwe EU-lidstaten vaak nog beginnen met de uitbouw van een eigen ontwikkelingsbeleid. Maar betekent méér ook automatisch betere en coherentere hulp of staat het EU-beleid de realisatie van de VN-Millenniumdoelstellingen veeleer in de weg?

Het jongste jaar is er dan wel meer aandacht voor de opwarming van de aarde maar er wordt nog veel te weinig aan gedaan. En de tijd dringt, vertelt ons de nuchtere wetenschap.
Zo hebben de wetenschappers van het Global Carbon Project recent vastgesteld dat de groei van CO2 - het belangrijkste broeikasgas - in de atmosfeer is versneld tot bijna twee deeltjes per miljoen per jaar. Misschien zegt u dat weinig. Maar het betekent dat de snelheid van de stijging op 3,3 procent ligt voor de periode 2000-2006. En dat is veel meer dan de ‘slechts' 1,3 procent van de jaren negentig, zelfs meer dan de meest pessimistische schatting van toen.

Dat oorlogen en ontwikkeling niet samengaan, weten we al lang. Maar voor het eerst hebben onderzoekers van Oxfam International, IANSA and Saferworld zwart op wit aangetoond dat de oorlogen die tussen 1990 en 2005 in Afrika hebben gewoed het continent ruim 300 miljard dollar armer hebben gemaakt. Geld dat aan wapentuig wordt besteed, is uiteraard niet meer beschikbaar voor ontwikkeling. In dezelfde periode kreeg Afrika ongeveer evenveel ontwikkelingshulp van de internationale donorgemeenschap. Dat het rapport er nu komt, is geen toeval. Binnenkort moet de VN-groep van experts met aanbevelingen komen over een in 2008 goed te keuren internationaal wapenhandelverdrag (ATT).